Herhaling hersenen en hersenletsel

Herhaling hersenen en hersenletsel
Terugblik op de vorige les

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Herhaling hersenen en hersenletsel
Terugblik op de vorige les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In de afbeelding zie je de hersenen van een mens. wat zijn de hersenen?
A
Een cel
B
Een orgaan
C
Een orgaanstelsel
D
Een organisme

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Functies van de hersenen zijn:
A
Het aanmaken van hormonen
B
Het regelen van autonome functies
C
Het reguleren van de stofwisseling
D
Alle antwoorden zijn correct

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De kleine hersenen
A
Zorgen er voor dat je kunt zien
B
Zorgen voor een juiste hartslag en bloeddruk
C
Zorgen voor een juiste coördinatie
D
Zorgen voor de juiste emoties

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat doen de hersenen?
A
Zij zorgen dat jij kunt nadenken
B
Zij zorgen dat jij kunt leren
C
Zij sturen jouw hele lichaam
D
Zij doen soms pijn en dan heb je hoofdpijn

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De hersenen bestaan uit...
A
Grote hersenen, kleine hersenen en ruggenmerg
B
Grote hersenen, hersenstam en ruggenmerg
C
Kleine hersenen, hersenstam en ruggenmerg
D
Groter hersenen, kleine hersenen en hersenstam

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De hersenen zijn verdeelt in
A
kwakjes
B
Kwabben
C
Kwallen

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De hersenstam
A
Reguleert vitale functies
B
Reguleert reuk
C
Zorgt voor gezichtsvermogen
D
Coördineert bewegingen

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel hersenkwabben hebben wij mensen?
A
3
B
5
C
6
D
4

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Uit welke kwabben bestaan onze grote hersenen?
A
Onderhoofdskwab, wandbeenkwab, slaapkwab, achterhoofdskwab
B
Voorhoofdskwab, wandbeenkwab, slaapkwab, achterhoofdskwab
C
Voorhoofdskwab, wandbeenkwab, snurkwab, achterhoofdskwab
D
Voorhoofdskwab, wandarmkwab, slaapkwab, achterhoofdskwab

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Niet aangeboren hersenletsel (NAH) kan NIET ontstaan door...
A
Auto ongeluk
B
Zuurstoftekort door verdrinking
C
Aangeboren afwijking
D
Herseninfarct

Slide 11 - Quizvraag

NAH kan ontstaan door een oorzaak buiten het lichaam of in het lichaam. het kan leiden tot beperkingen in bewegen, denken, en zelf in karakterveranderingen
Niet aangeboren hersenletsel wordt onderverdeeld in traumatisch hersenletsel en niet traumatisch hersenletsel. Hoe ontstaat niet-traumatisch hersenletsel?
A
oorzaak ligt buiten het lichaam
B
door een proces in het lichaam
C
er is geen duidelijke oorzaak

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Iemand heeft NAH (niet aangeboren hersenletsel) als:
S
A
Iemand na hersenletsel nog klachten heeft.
B
Iemand een hersenschudding heeft gekregen.
C
Iemand een tumor in de hersenen heeft.
D
Iemand langer dan 2 jaar restverschijnselen heeft.

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies