Meten en wegen in de keuken

In de keuken meten en wegen
Inhoud en gewicht
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
VoedingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

In de keuken meten en wegen
Inhoud en gewicht

Slide 1 - Tekstslide

Van welke hoeveelheden in de keuken heb je al gehoord?

Slide 2 - Woordweb

Welke eenheid is even veel als een kubieke centimeter (cc)?
A
liter
B
deciliter
C
centiliter
D
milliliter

Slide 3 - Quizvraag

Hoeveel centiliter zit er in 1 liter?
A
10
B
100
C
1000

Slide 4 - Quizvraag

Wat is gelijk aan 3800 g?
A
3,8 kg
B
38 kg
C
0,38 kg
D
380 kg

Slide 5 - Quizvraag

Sleep het juiste gewicht naar het juiste aantal grammen. 
50 gram 
1000 gram
500 gram 
10 gram 
1 gram
een halve ons
1 kg
1 pond 
0,1 kg 
0,001 kg

Slide 6 - Sleepvraag

Welke inhoudsmaat
is gelijk aan een kilogram?
(bij water)
A
liter
B
deciliter
C
centiliter
D
milliliter

Slide 7 - Quizvraag

Welke inhoudsmaat
is gelijk aan een gram?
(bij water)
A
liter
B
deciliter
C
centiliter
D
milliliter

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Hoeveel milliliter is 15 deciliter?
A
1,5
B
150
C
1500
D
15000

Slide 10 - Quizvraag

Hoeveel centiliter is 500 milliliter?
A
0,5 cl
B
5 cl
C
50 cl
D
500 cl

Slide 11 - Quizvraag

Wat is gelijk aan 25 cl?
A
25 cc
B
2,5 liter
C
250 cc

Slide 12 - Quizvraag

Hoeveel gram is 0,5 kilogram?
A
5 gram
B
50 gram
C
500 gram
D
5000 gram

Slide 13 - Quizvraag

Je hebt 100 milliliter melk nodig.
Hoeveel deciliter is dat?
A
0,1 dl
B
1 dl
C
10 dl
D
100 dl

Slide 14 - Quizvraag

Hoeveel milliliter is 1/4 deciliter?
A
2,5 ml
B
25 ml
C
250 ml

Slide 15 - Quizvraag

Zet de inhoudsmaten 
in de goede volgorde
van groot naar klein.
0,7 l
71 dl
720 ml
450 cl
345 ml

Slide 16 - Sleepvraag

Zet de inhoudsmaten 
in de goede volgorde
van groot naar klein.
240 cl
30 dl
950 ml
75 cl
0,9 l

Slide 17 - Sleepvraag

Hoeveel weegt dit samen?
 
A
1000 g
B
100 g
C
500 g
D
250 g

Slide 18 - Quizvraag

Wat is zwaarder?
A
zak appels
B
pak melk

Slide 19 - Quizvraag

Wat weegt 1 kg?
A
fles cola van 1,5 liter
B
pak suiker
C
koffiepads
D
zak chips

Slide 20 - Quizvraag

Welke 2 inhoudsmaten
zijn gelijk aan 0,8 liter?
A
8 dl en 8000 ml
B
8 dl en 800 ml
C
80 cl en 8000 ml
D
800 cl en 8000 ml

Slide 21 - Quizvraag

Welke 2 inhoudsmaten
zijn gelijk aan 4 deciliter?
A
400 cl en 0,4 liter
B
4000 ml en 0,4 liter
C
40 cl en 4000 milliliter
D
40 cl en 0,4 liter

Slide 22 - Quizvraag

0,05 l =                          =                          =                          
ml
dl
5
5
50
500
5000
0,5
0,05
0,005
0,0005
l
dl
cl
ml
cc

Slide 23 - Sleepvraag

100 cl =                          =                        =                          
1
gr
10
10
100
1000
10000
1
0,1
0,01
0,001
l
dl
cl
ml
cc
kg
g

Slide 24 - Sleepvraag

150 cl =                          =                          =                          
kg
g
15
15
150
1500
15000
1,5
0,15
0,015
0,0015
l
dl
cl
ml
cc

Slide 25 - Sleepvraag

50 ml =                          =                        =                          
l
cc
0,5
5
50
500
5000
0,5
0,05
0,005
0,0005
l
dl
cl
ml
cc
kg
g

Slide 26 - Sleepvraag

Nog een paar...

Slide 27 - Tekstslide

Petri koopt 400 g tomaten.
Hoeveel kg is dat?
A
40 kg
B
4 kg
C
0,4 kg
D
0,04 kg

Slide 28 - Quizvraag

9 l is hetzelfde als
A
9 cl
B
90 cl
C
900 cl
D
9000 cl

Slide 29 - Quizvraag

In een appeltaart zit 75 g rozijnen. Hoeveel mg is dat?
A
0,750 mg
B
750 mg
C
7500 mg
D
75000 mg

Slide 30 - Quizvraag

Hoeveel weegt deze hijskraan?
A
300 kg
B
3000 kg
C
3 ton
D
300 ton

Slide 31 - Quizvraag

In een glas zit 3 dl sinaasapelsap. Hoeveel liter is dit?
A
0,03 l
B
0,3 l
C
3 l
D
30 l

Slide 32 - Quizvraag

In een emmer muurverf zit 10 l verf.
Dit is evenveel als:
A
100 dl
B
100 cl
C
1000 dl
D
1000 ml

Slide 33 - Quizvraag

Een appel weegt 400 g. Hoeveel kg wegen 4 appels.
A
0,1 kg
B
0,16 kg
C
1 kg
D
1,6 kg

Slide 34 - Quizvraag

Een ei weegt 60g. Hoeveel weegt een doos met 12 eieren.
A
0,5 kg
B
0,72 kg
C
500 mg
D
720 mg

Slide 35 - Quizvraag

Een fles heeft 1,5 l cola. Hoeveel zit er in de 4-pack.
A
40 cl
B
60 cl
C
40 dl
D
60 dl

Slide 36 - Quizvraag

2 kg + 60 g =
A
2,6 kg
B
260 g
C
8 kg
D
2060 g

Slide 37 - Quizvraag

Ik weet hoe ik moet rekenen
met inhoudsmaten en gewichten.
😒🙁😐🙂😃

Slide 38 - Poll