lesweek 4 multimorbiditeit, polyfarmacie en therapietrouw

lesweek 4 
Multimorbiditeit, polyfarmacie en therapietrouw
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

lesweek 4 
Multimorbiditeit, polyfarmacie en therapietrouw

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Je kunt uitleggen wat multimorbiditeit inhoudt en wat de gevolgen van multimorbiditeit zijn
  • Je kent de begrippen: comorbiditeit, complexiteit en polyfarmacie uitleggen
  • Je weet waar de langdurige zorg voor chronisch zieke (oudere) zorgvragers uit bestaat
  • Je weet wat de rol van de verpleegkundige is bij multimorbiditeit en farmaceutische zorg
  • Je kunt het verschil uitleggen tussen zelfmanagement en Empowerment

Slide 2 - Tekstslide

Wat betekent multimorbiditeit?

Slide 3 - Open vraag

Boven welke leeftijd komt multimorbiditeit veel voor?

Slide 4 - Open vraag

Multimorbiditeit
Letterlijk: veel ziekte aantal
Meer dan 1 ziekte bij tijdens een bepaalde periode (veel chronisch zieken)

Onder de 55 jaar zelden multimorbiditeit
Boven de 75 jaar hebben 1 op de 3 personen multimorbiditeit
 

Slide 5 - Tekstslide

Zorgvragers met chronische ziekten
70% --> 1 chronische ziekte, goed hanteerbaar
20% --> risico's van chronische ziekte zijn toegenomen. Ontvangt langdurige chronische behandeling en zorg
10% --> meerdere chronische ziekten tegelijk op hogere leeftijd (multimorbiditeit)

Slide 6 - Tekstslide

Vormen van multimorbiditeit
(wat voor ziektes zie je vaak samen)

Slide 7 - Woordweb

Vormen van multimorbiditeit
  • Zorgvrager heeft verschillende ziekten door zelfde oorzaak
- COPD en hartfalen door roken
  • Ene ziekte is een complicatie van een andere ziekte (comorbiditeit)
- Nierfalen door chronische diabetes mellitus
  • Een groep ziekten komt gezamenlijk voor
  • geen verklaring, het lijkt op toeval te berusten

Slide 8 - Tekstslide

Wat betekend comorbiditeit?

Slide 9 - Open vraag

Comorbiditeit
Er wordt van 1 ziektebeeld uitgegaan. Als de zorgvrager daar complicaties/andere ziekten van ervaart wordt comorbiditeit genoemd.

BV: iemand heeft diabetes mellitus en wordt opgenomen in het ziekenhuis. De neuropathie is dan comorbiditeit bij diabetes mellitus. 

Slide 10 - Tekstslide

Gevolgen van multimorbiditeit
  • Hoe meer ziekten --> meer klachten, complicaties en eerder overlijden
  • Kwaliteit van leven en eigen regie komt in het geding
  • Complexe behandeling en zorg, toenemend gebruik van zorg en polyfarmacie. 

Slide 11 - Tekstslide

Wat betekend polyfarmacie?

Slide 12 - Open vraag

Bij het gebruik van hoeveel verschillende medicatie soorten spreek je van polofarmacie?

Slide 13 - Open vraag

Polyfarmacie 
>Multimorbiditeit = >Farmacotherapie
5 of meer verschillende medicijnen (uit de ATC)
Anatomisch Therapeutisch Chemische Classificatie
Risico's Polyfarmacie:
- leidt tot meer polyfarmacie
- medicatie beïnvloed elkaar en geeft bijwerkingen
-ouderen breken medicatie slechter af. 
-levensverwachting en risico's: wat is het nut om het te geven?
- makkelijker maken van fouten

Slide 14 - Tekstslide

Zorg voor chronisch zieke zorgvragers.
Onder te verdelen in:
- Alle preventie en voorlichting gericht op de hele bevolking om chronische ziekten te voorkomen
- Zorg voor chronisch zieken, vooral gericht de groep die door 1 chronische ziekte beperkingen ondervindt
- Zorg bij multimorbiditeit, die gericht is op de zorgvragers met meerdere chronische ziekten tegelijk

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Link

Opdracht
Maken zorgplan voor een chronische ziekte:
Diabetes mellitus
Hartfalen
COPD
Depressie
Reuma

Slide 17 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  1. Maak een poster met daarop voorlichting voor de gehele bevolking.
  2. Beschrijf de zorg/aandachtspunten voor de zorgvrager met de desbetreffende chronische aandoening.  Hierin moeten de onderstaande termen terug te lezen zijn.
  3. Wat is jouw verpleegkundige rol binnen multimorbiditeit en polyfarmacie 

Pak het boek erbij voor deze opdracht. Beschrijf uitgebreid en onderbouw de antwoorden ook. 

- Specialisatie en diseasemanagement (wat voor specialisatie, welke specifieke behandeling 1)
- Ketenzorg (Wat voor ketenzorg/transmurale zorg verwacht/ kun je zien je bij dit ziektebeeld)
- Zelfmanagement en empowerment, (Noem het verschil, hoe kun je deze begrippen toepassen bij het ziekte beeld?)
- Transitiezorg, (Wat voor transitie maakt de zorgvrager mee?)
- Ondersteuning van de mantelzorg (Hoe kunnen mantelzorgers ondersteunen?)
- Toegang tot maatschappelijke diensten (Welke maatschappelijke diensten zijn nodig/komen voor bij het ziektebeeld)

Slide 18 - Tekstslide

Opdrachten therapietrouw
Maak uit de leerlijn de opdrachten 1A en 1B over therapietrouw

Slide 19 - Tekstslide

Leerdoelen behaald?
Leerdoelen: 
  • Je kunt uitleggen wat multimorbiditeit inhoudt en wat de gevolgen van multimorbiditeit zijn
  • Je kent de begrippen: comorbiditeit, complexiteit en polyfarmacie uitleggen
  • Je weet waar de langdurige zorg voor chronisch zieke (oudere) zorgvragers uit bestaat
  • Je weet wat de rol van de verpleegkundige is bij multimorbiditeit en farmaceutische zorg
  • Je kunt het verschil uitleggen tussen zelfmanagement en Empowerment

Slide 20 - Tekstslide

Evalueren
-Wat vonden jullie van de les? 
-Veel les, veel opdrachten, zelfstandig werken, in groepjes werken, in creatieve vorm, powerpoint, lesson-up etc.?

Feedback, ja graag!!

Slide 21 - Tekstslide