De oude Grieken

De Oude Grieken
timer
1:00
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

De Oude Grieken
timer
1:00

Slide 1 - Tekstslide

Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je eigenlijk
van Griekenland?

Slide 3 - Woordweb

Griekenland
Hoofdstad: Athene 
Inwoners: 10.000.000
Taal: Ελληvικά

3x zo groot als Nederland

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen

Aan het eind van deze les kun je uitleggen waarom de Oude Grieken kolonies hadden gesticht en op welke manier ze hun stadstaten bestuurden.

Je weet ook in welke goden de oude Grieken geloofden. 

Slide 5 - Tekstslide

Parthenon in Athene

Slide 6 - Tekstslide

Het oude Griekenland

Slide 7 - Tekstslide

Koloniën buiten Griekenland 

  • Griekenland was door het droge klimaat en de rotsachtige grond erg onvruchtbaar (slechts 20% geschikt voor landbouw)

  • Een mislukte oogst betekende al snel een hongersnood

Slide 8 - Tekstslide

Daarom stichtten de Grieken koloniën buiten Griekenland. 

Slide 9 - Tekstslide

Kijk eens naar de kaart. Wat valt je op aan de ligging van de Griekse koloniën?

Slide 10 - Open vraag

Koloniën buiten Griekenland 

  • Met schepen voeren de Grieken over de Middellandse Zee naar andere gebieden om daar te gaan wonen

  • Rond 750 v. Chr. hadden de Grieken koloniën in Spanje, Italië en Turkije

Slide 11 - Tekstslide

Koloniën buiten Griekenland 
  • Tussen de koloniën en het 'moederland' ontstond zoveel handel dat de Grieken rond 550 v. Chr. geen nieuwe koloniën meer stichten.

  • Door de Griekse koloniën raakte de mensen in het Middellandse Zeegebied bekend met de Griekse cultuur (zoals: mythologie, beeldhouwkunst, enz.)

Slide 12 - Tekstslide

Griekse 
stadstaten
  • Griekenland bestond nog niet als één land

  • Er waren steden die als landen werden bestuurd: bijvoorbeeld met een eigen koning

  • Zo'n zelfstandige stad heet een polis (stadstaat)

Slide 13 - Tekstslide

Stel je voor, in jouw land...

Jouw land heeft 2 miljoen inwoners. 

1. Wie bepaalt wat er gebeurt?
2. Welke regels gelden in jouw land?
3. Hoe zorg je ervoor dat iedereen doet wat er wordt verwacht? 
4. Wat heb je nodig om het land goed draaiende te houden? Denk bijv. aan voedsel. Wat ga je verbouwen?
timer
1:00

Slide 14 - Tekstslide

Griekse 
stadstaten 
  • Poleis (meervoud van polis) worden op verschillende manieren bestuurd

  • Ze hebben wel vaak dezelfde 'Griekse' cultuur, taal en goden

  • De bekendste poleis waren Athene en Sparta

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Twee voorbeelden....

Slide 17 - Tekstslide

Sparta
  • Een koning is de baas (monarchie)

  • Oorlog en het leger zijn belangrijk

  • Kinderen krijgen een zware, Spartaanse opvoeding

  • Er zijn slaven

Slide 18 - Tekstslide

Athene
  • Het volk is de baas (democratie)

  • Oorlog en het leger zijn minder belangrijk

  • Kinderen krijgen een opvoeding met veel kunst en cultuur

  • Er zijn slaven

Slide 19 - Tekstslide


De Atheense 
democratie




  • In Athene was het volk de baas
  • Er werd in de buitenlucht gestemd over belangrijke beslissingen. Omdat iedereen één stem had, noemen we dit een directe democratie. 

Slide 20 - Tekstslide


Democratie?!




  • Niet helemaal...
  • ...alleen mannelijke burgers (ongeveer 16% van de bevolking) 
  • Vrouwen, slaven en vreemdelingen mochten niet meepraten.

Slide 21 - Tekstslide

Verschillen met de Nederlandse democratie
  • Alle mannen en vrouwen >18 jaar

  • Indirecte democratie

  • Eerste en Tweede Kamer (binnen)

  • Verkiezingen (meestal om de 4 jaar)

  • Betaalde baan

Slide 22 - Tekstslide

Aan de slag!

Slide 23 - Tekstslide

Goden
  • De Grieken geloofden in meerdere goden. Zij leken op heel mooie mensen. 
  • De goden woonden op de Olympus, de hoogste berg van Griekenland 
  • De Grieken maakten veel toneelstukken over de goden

Slide 24 - Tekstslide

Aan de slag!
  • Werk in een tweetal
  • Op je werkblad zie je afbeeldingen van Griekse goden. Zoek uit hoe alle goden heten. Hier kun je Google bij gebruiken. (tip: kijk bijv. naar wat de goden in hun handen houden of op hun hoofd hebben)
  • Zoek uit welke taak zij als god hebben (bv god van de zee)

Slide 25 - Tekstslide

Aan de slag
Feniks 'Grieken en Romeinen' 
Maken 'De oude Grieken' 3.1 
1 t/m 6 , 7ab, 8 + 9
= huiswerk 

Klaar?
Keuze opdracht A 'Olympische Spelen' 
timer
1:00

Slide 26 - Tekstslide