Les 3 - H2.2 Ionen

H2
§2.2 - Ionen 
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H2
§2.2 - Ionen 

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Voorkennis

  • Leerdoelen

  • Uitleg §2.2

  • Aan de slag

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Na deze les weet ik...:
  • hoe de elementen gerangschikt zijn in het periodiek systeem 
  • de namen van groep 1, 2, 17 en 18 uit het periodiek systeem
  • wat de edelgasconfiguratie  
  • wat ionen zijn

Na deze les kan ik...:
  • aan de hand van het periodiek systeem de ladingen van ionen afleiden

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

De perioden in het periodiek systeem zijn gerangschikt op:
A
Stofeigenschappen
B
Massa
C
Reactiviteit
D
Groepen

Slide 5 - Quizvraag

Groep 2 van het periodiek systeem zijn de:
A
Alkalimetalen
B
Halogenen
C
Edelgassen
D
Aardalkalimetalen

Slide 6 - Quizvraag

In welke groep staan de edelgassen in het periodiek systeem?
A
groep 1
B
groep 2
C
groep 17
D
groep 18

Slide 7 - Quizvraag

Het element fluor heeft atoomnummer 9 en massagetal 19. De bouw van het atoom is dus
A
19 p, 10 n, 19 e
B
9 p, 10 n, 9 e
C
10 p, 9 n, 10 e
D
9 p, 19 n, 9 e

Slide 8 - Quizvraag

Teken het atoommodel van Fluor (massagetal 19), volgens het atoommodel van Bohr
(in je schrift)

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Periodiek systeem
3 Groepen stoffen:
  1. Metalen
  2. Niet metalen
  3. Zouten

Slide 11 - Tekstslide

Zouten
  • Combinatie van metaal- en niet-metaalatoom.
  • Wordt gevormd doordat metaalatoom elektron(en) weggeeft aan niet-metaalatoom.
  • Hierdoor worden geladen deeltjes gevormd: ionen.



Slide 12 - Tekstslide

Ionen
  • + ion staat elektronen af 
  • (metalen)

  • - ion neemt elektronen op
  • (niet-metalen)

Slide 13 - Tekstslide

Ionen

  • Neutraal atoom heeft gelijk aantal protonen (+) en elektronen (-).
  • Ion heeft afwijkend aantal elektronen, waardoor een geladen deeltje ontstaat.
  • Metaalatomen vormen positief geladen ionen, doordat ze elektronen weggeven, bijv. Na+ en Ca2+.
  • Niet-metaalatomen vormen negatieve ionen, bijv. Cl- en O2-.
  • Ladingen te vinden in Binas tabel 40A, soms te voorspellen met elektronenconfiguratie.


Slide 14 - Tekstslide

Ionen
  • Elektron gaat niet zomaar weg
  • Kan alleen als er een deeltje in de 'buurt' is die het elektron kan opnemen.

Slide 15 - Tekstslide

Ionlading volgens P.S.
  • Plaats in periodiek systeem heeft invloed op de lading van ionen, i.v.m. edelgasconfiguratie
  • Alle atomen streven naar een 'volle' buitenste schil
Groep 1
Groep 2
Groep 3 - 12
Groep 13
Groep 15
Groep 16
Groep 17
1+
2+
Overwegend 2+ (Leren: de uitzondering)
3+
3-
2-
1-

Slide 16 - Tekstslide

Hoeveel protonen heeft een fluoride-ion (F-)?
A
8
B
9
C
10
D
19

Slide 17 - Quizvraag

Hoeveel elektronen heeft een titaan(II)ion (Ti2+)?
A
20
B
22
C
24
D
26

Slide 18 - Quizvraag

Hoeveel neutronen heeft een kalium-ion (K+, isotoop K-41)?
A
18
B
19
C
20
D
22

Slide 19 - Quizvraag

Aan de slag 

  • Doorlezen §2.2

  • Maken:
      * §2.2 => opdr. 19, 22, 25, 27

      * §2.1 => opdr. 8, 10, 12, 13, 15
      * §2.3 => opdr. 33, 36, 37, 38


  • Eerste 5 minuten in stilte
  • Daarna fluisterend overleggen met buur of werken met muziek

  • Vraag? Steek je hand op
  • Af? => Geen huiswerk

Slide 20 - Tekstslide