H5.3 Formules

H5.3 Formules
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

H5.3 Formules

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen

Je leert:
  • Stoffen met formules weergeven;
  • Wat moleculaire stoffen zijn;
  • Namen en formules maken van moleculaire stoffen;
  • In het Grieks tot 5 tellen.

Slide 2 - Tekstslide

Wat is elektrolyse?
A
Energie die gebruikt wordt in de vorm van licht
B
Ontleding met elektriciteit
C
Energie die gebruikt wordt in de vorm van warmte
D
Je splitst de elementen

Slide 3 - Quizvraag

Wat is een ontledingsreactie?
A
Uit 1 beginstof ontstaan meerdere reactieproducten
B
Je laat een mengsel reageren zodat er meerdere stoffen ontstaan
C
Je sorteert de stoffen uit het mengsel op stofeigenschap
D
Je voert een reactie uit waarbij de elementen weer ontstaan

Slide 4 - Quizvraag

Wat is fotolyse?
A
Energie die gebruikt wordt in de vorm van licht
B
Energie die gebruikt wordt in de vorm van warmte
C
Ontleding met elektriciteit

Slide 5 - Quizvraag

              Molecuulformule 

Slide 6 - Tekstslide

Hoeveel H, hoeveel C en
hoeveel O heeft glucose?

Slide 7 - Open vraag

Molecuulformule
Aan de hand van een molecuulmodel (zie afbeelding) kun je de formule van een stof afleiden (molecuulformule) 

Tel de hoeveelheid atomen (C, H en O)

Je zet ze op alfabetische volgorde
molecuulformule = C6H12O6



Slide 8 - Tekstslide

Geef de molecuulformule

Slide 9 - Open vraag

Geef de molecuulformule

Slide 10 - Open vraag

Molecuulformule

Slide 11 - Tekstslide

Molecuulformule

Drie watermoleculen bestaan elk uit 2 atomen waterstof en 1 atoom zuurstof -> dus,  3 H2O

  • Het getal 3 heet coëfficiënt: geeft weer dat er 3 moleculen water zijn
  • Het getal 2 heet index: geeft weer dat er 2 atomen waterstof zijn
  • Achter de O staat eigenlijk een 1, maar die mag je weglaten

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

7 twee-atomige elementen:
Br-I-N-Cl-H-O-F


BrINClHOF-groep

Claire Fietst Naar Haar Oma In Breukelen


Slide 14 - Tekstslide

Moleculaire stoffen
Moleculaire stof: bestaat uit moleculen van niet-metaal atomen die aan elkaar zitten. 



Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Naamgeving Moleculaire stoffen
1) Bepaal de index van de eerste atoomsoort

2) Bepaal de index van de tweede atoomsoort

3) Zet het voorvoegsel voor de naam van de atoomsoort

Slide 17 - Tekstslide

Naamgeving Moleculaire stoffen
Voorbeeld: H2O

1) Index van H (waterstof) = 2

2) Index van O (zuurstof) = 1

3) Diwaterstof(mono)oxide
(zuurstof, als dit op de 2e plek staat zeg je hier 'oxide' tegen)

Slide 18 - Tekstslide

Wat is de rationele naam van CO2

Slide 19 - Open vraag

Wat is de rationele naam van PCl3

Slide 20 - Open vraag

Wat is de rationele naam van P2O5

Slide 21 - Open vraag

Leerdoelen

Je weet nu:

  • Hoe je stoffen met formules weergeeft;
  • Wat moleculaire stoffen zijn;
  • Namen en formules van moleculaire stoffen;
  • In het Grieks tot 5 tellen.

Slide 22 - Tekstslide

Goed gewerkt! 💪🏻
Nu mag je werken aan de weektaak 🙂

Slide 23 - Tekstslide