h4 Woordenschat: voor- en achtervoegsels

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Woordenschat

Voorvoegsels en achtervoegsels

leerdoel: je kent de betekenis van voor- en achtervoegsels

Waar denk je aan bij voorvoegsels en achtervoegsels?

Woorden

Woorden zijn soms opgebouwd uit meerdere stukjes. Deze stukjes kunnen je helpen om te betekenis te achterhalen.

• hergebruiken: her-gebruiken
• misleiden: mis-leiden
• hoopvol: hoop-vol
• kansloos: kans-loos

voorvoegsel - achtervoegsel

De stukjes die je voor of achter een woord kunt plakken, noem je voorvoegsels of achtervoegsels.

Even lezen

Op bladzijde 108 staat uitleg over voor- en achtervoegsels.

Wat betekent het voorvoegsel anti-

1. voor
2. tegen

Wat betekent het voorvoegsel inter-

1. tussen
2. door

Welk voorvoegsel betekent 'heel klein'

Wat betekent wanorde?

1. volgorde
2. rommel
3. netjes
4. lastig

Hoe heet een trein die tussen grote steden (city) rijdt?

Een vrouw gaat scheiden van haar man. Hoe noem je iemand die jouw man niet meer is?

Iets dat je kunt eten, noem je ...

1. eetlijk
2. eetheid
3. eetsel
4. eetbaar

Als je geen hoop meer hebt, ben je ...

1. hoopvol
2. hoopheid
3. hopeloos
4. hoopbaar

Maak een zin met daarin het woord ONVERSTAANBAAR

Maak een zin met daarin het woord MISLUKT

Heb je nog extra uitleg nodig over voor- en achtervoegsels?