GT2 Oefenen Kijken en Luisteren H1 t/m H3

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

KIJKEN EN LUISTEREN

H1 LICHAAMSTAAL EN STEMGEBRUIK

H2 AANTEKENINGEN

H3 INSTRUCTIE

H1

LICHAAMSTAAL EN STEMGEBRUIK

ALS JE ERGENS NAAR KIJKT OF LUISTERT KRIJG JE INFORMATIE. JE KRIJGT NIET ALLEEN INFORMATIE DOOR WAT PERSONEN ZEGGEN, MAAR OOK DOOR HOE ZE HET ZEGGEN.

INFORMATIE

• LICHAAMSHOUDING
  
• GEBAREN
  
• GEZICHTSUITDRUKKING
  
• INTONATIE

JE KRIJGT INFORMATIE DOOR:

•    - WAT er gezegd wordt (INHOUD)
•    - HOE het gezegd wordt (LICHAAMSTAAL)

H2

AANTEKENINGEN

Als je informatie moet onthouden is het handig om aantekeningen te maken.

Je schrijft dan de belangrijkste informatie op.

HULP VAN DE SPREKER

• door zinnen; als eerste vertel ik, daarna, en als laatste…
  
• hij benadrukt zaken; Let op of luister goed
  
• hij stelt een vraag waar hij zelf antwoord op geeft: Wat gebeurt er als…?
  
• hij geeft op het eind een samenvatting van wat hij heeft gezegd
  

ZO MAAK JE AANTEKENINGEN

• SCHRIJF HET ONDERWERP OP, WORDT VAAK IN HET BEGIN GENOEMD
  
• NOTEER DE HOOFDZAKEN
  
• NOTEER DE HOOFDZAKEN IN STEEKWOORDEN
  
• JE KUNT OOK PIJLEN, STREEPJES EN NUMMERS GEBRUIKEN
  

H3

INSTRUCTIE

IN EEN INSTRUCTIE WORDT STAP VOOR STAP UITGELEGD HOE JE IETS MOET DOEN

INSTRUCTIE

DE SPREKER LAAT VAAK ZIEN HOE JE IETS MOET DOEN

JE HERKENT INSTRUCTIES VAAK AAN DOE-WOORDEN (VERPLAATS, DRUK)

 

ZO KIJK EN LUISTER JE NAAR EEN INSTRUCTIE

• LET GOED OP DE SPREKER: WAT ZEGT HIJ?
  
• LAAT HIJ OOK IETS ZIEN?
  
• LET OP SIGNAALWOORDEN DIE DE VOLGORDE VAN STAPPEN AANGEVEN
  
• STEL EEN VRAAG ALS JE IETS NIET BEGRIJPT OF STUKJE HEBT GEMIST
• 
  

SIGNAALWOORDEN

HELPEN JE OM EEN TEKST TE BEGRIJPEN

Opsomming: ten eerste, ten tweede/bovendien, ook/ als 

Tegenstelling: maar, echter, toch wel, in tegenstelling tot

Vergelijking: zo, net zo, op dezelfde manier, zie ook, vergelijk

Welk woord hoort er niet bij?

1. Gezichtsuitdrukking
2. Gebaren
3. Taal
4. Stemgebruik

Praat iemand rustig, snel of hakkelend?
Dit heeft te maken met

1. Houding
2. Gezichtsuitdrukking
3. Stemgebruik

Wat betekent intonatie?

1. Stemgebruik
2. Instructie
3. Woordgebruik
4. Bedoeling

Wat gebruik je bij lichaamstaal en stemgebruik?

1. Houding en gebaren
2. Houding, stemgebruik, gezichtsuitdrukking
3. Intonatie, houding, gebaren, gezichtsuitdrukking
4. Gebaren en intonatie

Wat is een ander woord voor intonatie?

1. Houding
2. Stemgebruik
3. Gebaren
4. Gezichtsuitdrukking

Hoe kun je mensen iets vertellen?
Meerdere antwoorden mogelijk

1. Door te praten
2. Door gebaren
3. Door een bepaalde gezichtsuitdrukking te laten zien

Wat doe je bij aantekeningen maken?

1. Alles opschrijven
2. Alleen de inleiding en het slot opschrijven
3. De bijzaken in steekwoorden opschrijven
4. De hoofdzaken in steekwoorden opschrijven

Waarom gebruikt iemand zijn handen tijdens het praten?

1. om zijn enthousiasme duidelijk te maken
2. om iemand te slaan

Als je informatie wilt krijgen tijdens het kijken en luisteren, waar let je dan op?

1. Intonatie, houding, haarkleur, uitdrukking
2. Toon, houding, tempo, gezichtsuitdrukking
3. Houding, presentatie, gebaren, gezichtsuitdrukking
4. Intonatie, houding, gebaren en gezichtsuitdrukking

Noem een voorbeeld van een doe-woord

Bijzaken zijn belangrijk voor het vinden van het onderwerp

Ja

Nee

Bij een instructie

1. Doet iemand iets voor
2. Legt iemand iets uit en doet iets voor
3. Legt iemand wat uit

Hoofdzaken schrijf je

1. helemaal op
2. in steekwoorden

De belangrijkste informatie wordt vaak genoemd in

1. Onderwerp, hoofdzaken, bijzaken
2. Slot, hoofdzaken, bijzaken
3. Inleiding, 1e en laatste zin alinea
4. Inleiding, slot, 1e en laatste zin alinea

Wat doe je als je iets niet begrijpt van een instructie?

1. Niets
2. Je gaat gewoon door
3. Je stelt een vraag

Is dit een instructie?
Een voetbalcoach legt een beweging uit en doet hem voor

1. Ja
2. Nee

Ten eerste, ten laatste en tenslotte zijn --------