6.1 Naast de deur

6.1 Je groene omgeving
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

6.1 Je groene omgeving

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen
  • Check, inleveren posters
  • herhaling 6.1
  • oefenen met 6.1

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen 6.1
1. Je leert dat je organismen indeelt in vier groepen en hoe je de naam van een plant of dier kunt 
    opzoeken
      • Je kunt benoemen in welke vier groepen je organismen indeelt.
      • Je kunt benoemen op basis van welke kenmerken een organisme tot een bepaalde groep 
          behoort.
      • Je kunt uitleggen hoe je met een determinatietabel moet werken.

2. Je leert dat elke soort een eigen leefomgeving heeft.
      • Je kunt uitleggen wat een biotoop is.
      • Je kunt biotische en abiotische factoren herkennen en benoemen in een beschreven 
         biotoop.

Slide 3 - Tekstslide

4 rijken

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Determineren
= Op basis van kenmerken de naam van een organisme opzoeken mbv een determinatietabel

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

0

Slide 11 - Video

Biotische factoren
Je ziet hier een ecosysteem van een rivier.
Neem de grote vis onder de eend even als organisme waar we op focussen.

Deze vis is afhankelijk van verschillende factoren om te kunnen overleven, o.a:
- voldoende voedsel (kleinere vissen, plankton,
   of andere kleine waterdiertjes)
- niet teveel predatoren (grotere dieren die
   hem eten
- geen ziekteverwekkers waaraan hij zal
   overlijden

Slide 12 - Tekstslide

Abiotische factoren
Je ziet hier weer het ecosysteem van een rivier. We nemen ook dezelfde vis weer om op te focussen.

Naast de biotische factoren is deze vis om te overleven ook afhankelijk van o.a:
- de temperatuur van het water
- de hoeveelheid zuurstof in het water
- de stroming van het water
Dit zijn de abiotische factoren.

Slide 13 - Tekstslide

Leerdoelen 6.1
  1. Je leert dat je organismen indeelt in vier groepen en hoe je de naam van een plant of dier kunt
    opzoeken
      • Je kunt benoemen in welke vier groepen je organismen indeelt.
      • Je kunt benoemen op basis van welke kenmerken een organisme tot een bepaalde groep
          behoort.
      • Je kunt uitleggen hoe je met een determinatietabel moet werken.

2. Je leert dat elke soort een eigen leefomgeving heeft.
      • Je kunt uitleggen wat een biotoop is.
      • Je kunt biotische en abiotische factoren herkennen en benoemen in een beschreven
         biotoop.

Slide 14 - Tekstslide