Stijlfiguren

• Nederlands
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Middelbare school
• havo
• Leerroute H
• Leerjaar 4

Uitleg stijlfiguren

Stijlfiguren: welke bespreken we?

- anticlimax                                    - sarcasme           

- climax                                            - understatement  

- tegenstelling (antithese)      - paradox 

- opsomming (enumeratie)    - herhaling (repetitio)

- eufemisme                                  - pleonasme

- hyperbool                                    - tautologie          

- ironie                                              - retorische vraag

De opsomming (enumeratio)

Wat ben jij een miezerig, vervelend, irritant, misselijk ventje.

Bij een opsomming worden achter elkaar verschillende dingen/onderdelen/etc. opgesomd.

Ik kwam, ik zag, ik overwon.

Tautologie als stijlfout

Maar ik heb dat echter nog nooit gedaan.

Wat gaat er fout?

Een woord wordt 'dubbelop' gebruikt > Maar ik heb dat nog nooit gedaan./Ik heb dat echter nog nooit gedaan.

Twee woorden van dezelfde woordsoort worden gebruikt, terwijl één genoeg is.

Pleonasme als stijlfout

We gaan dat zo mondeling bespreken. 

'Bespreken' is altijd mondeling, dus 'mondeling' is overbodig.

We moeten dit vooraf reserveren. 'Reserveren' doe je altijd vooraf, dus 'vooraf' is overbodig.

Climax en Anticlimax

Een climax is een steeds sterker wordende reeks: de film was leuk, nee fantastisch, eigenlijk onovertroffen.

Een anticlimax is een steeds zwakker wordende reeks: we hoopten op een wereldreis, maar het werd zelfs geen reisje naar een Waddeneiland, we gingen naar camping de Berekuil. 

Welke van onderstaande stijlfiguren is een pleonasme?

1. 'blij en verheugd'
2. 'een ronde cirkel'
3. 'bar en boos'
4. 'ijzeren discipline'

Welke van onderstaande stijlfouten is een tautologie?

1. Misschien hebben ze wellicht een oplossing.
2. Hoe kun je die houten boom versieren?
3. Ik sta hier al eeuwen te wachten.
4. Groot geworden door klein te blijven

Nog zo'n overwinning en ik ben verloren.

Hier is sprake van de stijlfiguur

1. tegenstelling
2. opsomming
3. paradox
4. understatement

Retorische vraag

is een stijlfiguur waarbij een vraag wordt gesteld, waarop de vraagsteller niet per se antwoord verwacht. Het is de bedoeling dat de luisteraar/lezer zich aangesproken voelt en voor waar aanneemt wat de spreker/schrijver suggereert of beweert.

'Hebben ze hier wel eens van op tijd rijden gehoord?'

Welk stijlfiguur herken je hier?
'Het licht weerkaatst op de witte sneeuw.'

1. tautologie
2. pleonasme
3. understatement
4. eufemisme

Welk stijlfiguur herken je hier?
'Wat zij deed, noem je ook wel: creatief met de waarheid omgaan.'

1. tautologie
2. pleonasme
3. understatement
4. eufemisme

Welke stijlfiguur herken je hier?
'Zij steunen elkaar door dik en dun.'

1. tegenstelling
2. paradox
3. pleonasme
4. herhaling

Welk stijlfiguur herken je hier?
'Van Nederland naar Bonaire is maar een kippeneindje (8000 km).'

1. eufemisme
2. herhaling
3. paradox
4. understatement

Welke stijlfiguur herken je hier?
'Ik heb een uur op je staan wachten.'

1. paradox
2. hyperbool
3. tautologie
4. eufemisme

Welke stijlfiguur herken je?
'Kom je weer niet naar de training? Je inzet is weer uitstekend.'

1. hyperbool
2. sarcasme
3. pleonasme
4. tegenstelling

Welke stijlfiguur herken je hier?
'De laatsten zullen de eersten zijn.'

1. tegenstelling
2. understatement
3. paradox
4. hyperbool

Ik heb het idee dat ik de stijlfiguren kan herkennen.

😒🙁😐🙂😃