Bestuursrecht: herhaling H1-4

Herhaling Bestuursrecht
Hoofdstuk 1 t/m 5
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
MBOStudiejaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Herhaling Bestuursrecht
Hoofdstuk 1 t/m 5

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen publiekrecht en privaatrecht?

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Materieel bestuursrecht gaat over de regels waar de overheid zich aan moet houden tijdens het nemen van een besluit (bijv. de voorwaarden voor het verlenen van een vergunning).

Formeel bestuursrecht gaat over de bescherming en handhaving van de rechten, plichten en belangen van burgers en de overheid (bijv. bezwaar maken).
A
waar
B
niet waar

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De Trias Politica kent drie machten. Noem iedere macht en geef daarbij een voorbeeld.

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen een wet in materiële zin en een wet in formele zin?

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De Wabo (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) is een wet in formele zin.
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De Wabo (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) is een wet in materiële zin.
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De Wabo (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht)is algemeen bestuursrecht.
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De Wet op de studiefinanciering 2000 heeft een artikel dat in strijd is met de Algemene wet bestuursrecht. Welke wet heeft voorrang?
A
Wet op de studiefinanciering 2000
B
Algemene wet bestuursrecht

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welk wetsartikel vind je de bestuursorganen van de gemeente?
A
art. 1:1 Awb
B
art. 10 Gemw
C
art. 6 Gemw
D
art. 6 PW

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer ben je een belanghebbende?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen attributie, delegatie en mandaat?

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Mag een bestuursorgaan zomaar een bevoegdheid uitoefenen (dus zonder wettelijke basis)?
A
Nee, vanwege het legaliteitsbeginsel
B
Ja, dat kan altijd op basis van mandaat

Slide 13 - Quizvraag

Iedere bevoegdheid moet een wettelijke basis hebben. DAARNA mag het pas doorgegeven worden door mandaat (mits de verantwoordelijkheid bij het oorspronkelijke orgaan blijft). Bovendien is mandaat in een paar gevallen niet toegestaan, waardoor B sowieso niet het juiste antwoord is. 
In welke artikelen van de Awb staan de definities van bestuursorgaan, besluit, belanghebbende en beschikking?

Slide 14 - Open vraag

  • bestuursorgaan = art. 1:1 Awb
  • belanghebbende = art. 1:2 Awb
  • besluit = art. 1:3 lid 1 Awb
  • beschikking = art. 1:3 lid 2 Awb
Noem de drie kenmerken van een besluit:

Slide 15 - Open vraag

  1. schriftelijke beslissing
  2. van bestuursorgaan
  3. inhoudende publiekrechtelijke rechtshandeling
Noem de vier kenmerken van een beschikking:

Slide 16 - Open vraag

  1. schriftelijke beslissing
  2. van bestuursorgaan
  3. inhoudende publiekrechtelijke rechtshandeling
  4. voor één persoon/concrete zaak/groep aanwijsbare personen
Herhaling Bestuursrecht
Hoofdstuk 1 t/m 5

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies