uitleggen op welke manieren warmte wordt getransporteerd;
werken met de formule :
uitleggen hoe je in huis warmte kunt besparen.
Slide 3 - Tekstslide
Warmte verplaatsing
Energie kunnen we omzetten van de ene soort naar de andere.
De energie vorm warmte kunnen we verplaatsen. Dit noemen we warmtetransport.
Warmtetransport vindt altijd spontaan plaats van een hoge temperatuur naar een lage temperatuur.
Slide 4 - Tekstslide
Warmtetransport
Stroming
Straling
Geleiding
Slide 5 - Tekstslide
Isolatie tegen geleiding
Geleiding kun je tegengaan door slecht geleidende materialen te gebruiken.
Bijvoorbeeld bij kozijnen van kunststof of hout, glaswol of dubbele beglazing.
Bij de laatste twee isoleert de stilstaande lucht.
Slide 6 - Tekstslide
Isolatie tegen stroming
Stroming kun je tegengaan door vloeistoffen of gassen niet te laten stromen.
Dat kan door de tussenstof weg te halen of kleine ruimtes te maken waardoor er bijna geen stroming plaatsvindt.
Slide 7 - Tekstslide
Isolatie tegen straling
Straling gaat door glas heen.
Straling wordt teruggekaatst door glimmende materialen en piepschuim.
Slide 8 - Tekstslide
Warmtestroom in huizen
Als je huis veel warmte aan de omgeving afgeeft, moet je veel stoken om het op temperatuur te houden. De hoeveelheid warmte die je afgeeft, hangt af van:
de materialen, waar muren, vloeren, daken en ramen van zijn gemaakt;
de oppervlakte van de buitenwanden, vloeren, daken en ramen;
het temperatuurverschil tussen binnen en buiten;
de tijd.
Slide 9 - Tekstslide
Warmtestroom
Dit is de warmte die per seconde door een wand gaat. De eenheid van de warmtestroom is watt (W), 1 watt is gelijk aan 1 joule per seconde.