B8: bloedgroepen

Thema 3
Bloedsomloop
Havo 3
Leg op tafel:
schrift, boek, etui
Chromebook/laptop in je tas

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Thema 3
Bloedsomloop
Havo 3
Leg op tafel:
schrift, boek, etui
Chromebook/laptop in je tas

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 3 - De bloedsomloop
3.1 - Bloed
3.2 - De bloedsomloop
3.3 - Het hart
3.4 - Uitscheiding
3.5 - Het immuunsysteem
3.6 - Gezond leven
3.7 - Weefselvloeistof en lymfe 
3.8 - Bloedgroepen
Lesdoel:
Je kunt beschrijven waarin bloedgroepen van elkaar verschillen
Planning: 
  1. herhalen 3.7
  2. uitleg 3.8
  3. opdrachten maken 3.8

Slide 2 - Tekstslide

Wat is weefselvloeistof?
A
Vloeistof in de bloedvaten
B
Vloeistof tussen de cellen in de weefsels
C
Vloeistof in de darmen
D
Vloeistof in het verteringsstelsel

Slide 3 - Quizvraag

Wat zit er weefselvloeistof?
A
O2 & voedingsstoffen
B
O2, voedingsstoffen & CO2
C
O2, voedingsstoffen, afvalstoffen & CO2
D
O2, voedingsstoffen & afvalstoffen

Slide 4 - Quizvraag

Wat kan er NIET in lymfe zitten?
A
Antistoffen
B
afvalstoffen
C
Rode bloedcellen
D
Koolstofdioxide

Slide 5 - Quizvraag

In welke richting stroomt de lymfe in het lymfe vat van de afbeelding?

A
De lymfe stroomt van P naar Q
B
De lymfe stroomt van Q naar P
C
De stroomrichting van de lymfe is niet uit de tekening af te leiden

Slide 6 - Quizvraag

Welke bloedgroepen kennen jullie?

Slide 7 - Woordweb

Bloedgroepen
Bloedgroep A
Bloedgroep B
Bloedgroep AB
Bloedgroep 0 (nul)


Het bloedplasma bevat een antistof tegen de bloedfactor die niet op de rode bloedcellen zit--> Anti A en/of Anti B

Slide 8 - Tekstslide

Bloedgroep A
Bloedgroep A heeft antigen A op zijn cellen liggen

in zijn bloed zit antistof B

Slide 9 - Tekstslide

Bloedgroep B
Bloedgroep B heeft antigen B op zijn cellen liggen

in zijn bloed zit antistof A

Slide 10 - Tekstslide

Bloedgroep AB
Bloedgroep AB heeft antigen A en B op zijn cellen liggen

in zijn bloed zit geen antistoffen

Slide 11 - Tekstslide

Bloedgroep 0
Bloedgroep 0 heeft geen antigenen op zijn cellen liggen

in zijn bloed zit antistof A en B

Slide 12 - Tekstslide

Bloedtransfusies
  • Als persoon teveel bloed verliest kan bloed van donor krijgen.
  • Bij een bloedtransfusie is het belangrijk om te weten tot welke bloedgroep de ontvanger behoort en van welke bloedgroep het donorbloed is.
  • WAAROM?

Slide 13 - Tekstslide

Als bloedtransdusie fout gaat, kan het bloed gaan samenklonteren

Slide 14 - Tekstslide

Voorbeeld
  • Klaas heeft bloedgroep A 
  • Op de buitenkant van zijn rode bloedcellen zit antigeen A 
  • In het bloedplasma zitten antistoffen tegen antigeen B -->
 anti-B 

Vraag:
 Welke bloedgroepen kan Klaas ontvangen?: 




Slide 15 - Tekstslide

Samengeklonterde bloedcellen blijven steken in de haarvaten. Dit kan onder andere beschadiging van hersenen en nieren tot gevolg hebben. 


Welke bloedgroep de bloedbank het meeste willen hebben?
Welke bloedgroep is het beste om te hebben als ontvanger?

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Ik heb onbekend bloed en ik voeg anti-A toe. Het bloed gaat klonteren.
Welke bloedgroep is het?
A
Dat weet je niet
B
B
C
AB
D
A

Slide 18 - Quizvraag

Welke bloedgroep(en) heeft/hebben de antigenen B
A
Bloedgroep A
B
Bloedgroep B
C
Bloedgroep AB
D
Bloedgroep O

Slide 19 - Quizvraag

Wat bevindt zich op plaats P?
A
bloed
B
lymfe
C
weefselvloeistof

Slide 20 - Quizvraag

Witte bloedcellen kunnen in lymfe zitten
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quizvraag

Aan de slag
Wat: Maak opdracht 1 t/m 5 van  B8 
Hoe:  7 minuten in stilte!
Hulp: Steek je vinger op 
 -Na de 7 minuten mag je met je buren overleggen


timer
7:00

Slide 22 - Tekstslide