H3.1 Karel de Grote

Par. 3.1



Leenheren en leenmannen

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Par. 3.1



Leenheren en leenmannen

Slide 1 - Tekstslide

Middeleeuwen

Slide 2 - Woordweb

Leerdoel
In deze paragraaf leer je: 
  • hoe Karel de Grote een machtig koning & keizer werd over een groot rijk
  • Leenheren en leenmannen
  • Vikingen

Slide 3 - Tekstslide

Het Frankische rijk

Frankrijk, België en Zuid-Nederland vormden in de 8e eeuw het Frankische rijk.

Koning Karel de Grote en zijn ridders maakten het Frankische rijk nog groter.

De paus kroonde Karel in 800 tot keizer.

Toen Karel de Grote in 814 stierf had hij een groot deel van Europa in zijn bezit.










Slide 4 - Tekstslide

Het rijk van Karel de Grote
Karel de Grote

Slide 5 - Tekstslide

Het leenstelsel
Leenstelsel
Leenheer
leenman

trouw
belasting
vechten

Slide 6 - Tekstslide

Leenheer en leenman

Karel de Grote bestuurde zijn rijk met hulp van edelen (= adel): groep
van aanzienlijke personen met voorrechten in de samenleving.


Een edele zwoer trouw aan Karel en kreeg een gebied in leen.
Karel bleef eigenaar van het land. De edele bestuurde het gebied en sprak recht. De edele mocht de opbrengst van het land hebben.

Karel was leenheer, de edele was leenman.




 






Karel was leenheer,
de
edele was leenman.







Slide 7 - Tekstslide

800 Karel wordt keizer

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

De Vikingen

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Kastelen

Slide 12 - Tekstslide

De Ridders

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Van welk rijk was Karel de Grote de leider?
A
Germaanse rijk
B
Christelijke rijk
C
Bataafse rijk
D
Frankische rijk

Slide 15 - Quizvraag

1. Karel de Grote was de leenheer.
2. De leenman was een graaf of hertog.
A
1 is juist, 2 is onjuist
B
1 is onjuist, 2 is juist
C
beide zijn juist
D
Beide zijn onjuist

Slide 16 - Quizvraag

Waarom kwam er in het Frankische rijk steeds meer verdeeldheid?
A
De leenmannen gingen hun leen zien als bezit
B
De leenmannen kregen ruzie met Karel de Grote
C
De leenmannen bekeerde zich tot het christendom
D
De leenmannen gingen samenwerken tegen de leenheer.

Slide 17 - Quizvraag

Een hertog en een hertog zijn mensen van …….

Slide 18 - Open vraag

Dit volk uit Scandinavië viel langs de Europese kusten vele stadjes aan. De …...….

Slide 19 - Open vraag

De tijd tussen 500 en 1500 noemen we de ……...

Slide 20 - Open vraag

In welk jaar werd Karel de Grote door de paus gekroond tot keizer?
A
814
B
800
C
714
D
700

Slide 21 - Quizvraag

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 22 - Open vraag

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 23 - Open vraag

Huiswerk
  • Maak voor de volgende les de opdrachten van par. 3.1. 

Slide 24 - Tekstslide