Voeding

 Voeding
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1,2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

 Voeding

Slide 1 - Tekstslide

Ik heb thuis gezonde
producten gevonden:

Slide 2 - Woordweb

Leerdoelen
Ik leer:
  •  Hoeveel water de vleesindustrie verbruikt
  •  Wat de gevolgen zijn van vleesindustrie
  •  Hoe ik keurmerken kan herkennen
  •  Wat Fair Trade is

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Waarom zouden we meer plantaardig voedsel moeten eten?

Slide 5 - Open vraag

Bekijk het filmpje op de volgende slide en maak aantekeningen in je schrift.  In de slide na het filmpje staan de vragen. Succes!

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Wat is de allergrootste vervuiler ter wereld?

Slide 8 - Open vraag

Wat heeft meer invloed op het klimaat?
A
Stoppen met autorijden
B
Stoppen met vlees eten

Slide 9 - Quizvraag

Waar of niet waar? Veeteelt zorgt voor veel broeikasgassen en veel waterverbruik.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Hoeveel liter water is er nodig voor de productie (van het voer voor de koe) van één biefstuk?
A
300
B
30
C
3000
D
30000

Slide 11 - Quizvraag

3000 liter kost een biefstuk. Eén minuut douchen kost ongeveer 6 liter water. Hoeveel minuten kun jij douchen met 3000 liter water?
A
550 minuten
B
600 minuten
C
650 minuten
D
500 minuten

Slide 12 - Quizvraag

Jij kunt 8,5 uur (= 500:60) douchen voor 3000 water. Hoelang douche jij per dag en per week? Je vult dus twee antwoorden in.

Slide 13 - Open vraag

De vleesindustrie
De vleesindustrie brengt drie hele grote problemen met zich mee:
1) Broeikasgas: Koeien winden en boeren het broeikasgas methaan (MH4). Door dit gas warmt de aarde op!
2) Transport: Veevoer, de dieren zelf en uiteindelijk het vlees worden allemaal vervoerd over de hele wereld.
3) Ontbossing: Bomen worden gekapt (= minder CO2 wordt omgezet in zuurstof) en verbrand (= meer uitstoot van CO2). Er wordt ruimte gemaakt voor vee en het verbouwen van veevoer.

Slide 14 - Tekstslide

Klimaatverandering is een probleem van de toekomst. Ik ben het hiermee eens/oneens, omdat:

Slide 15 - Open vraag

In Nederland merken we niks van klimaatverandering. Ik ben het hiermee eens/oneens omdat:

Slide 16 - Open vraag

Ik kan niks doen aan klimaatverandering, dit moet de overheid doen. Ik ben het hiermee eens/oneens omdat:

Slide 17 - Open vraag

Dierenwelzijn
Keurmerken:
Op verpakkingen van vlees en zuivel staan allerlei logo’s. Sommigen zijn officiële keurmerken. Deze keurmerken letten bijvoorbeeld op dierenwelzijn, milieu of mensenrechten.
Een keurmerk is dus eigenlijk een beoordeling over een product.
Keurmerkenwijzer Milieu Centraal
Deze wijzer geeft informatie over keurmerken en logo's die iets zeggen over milieu, dier en/of mens.
Klik op de link op de volgende slide. Op de site kies je de categorie 'vlees' en dan op 'toon.' Bekijk hoeveel keurmerken je herkent. 

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Link

Noem drie keurmerken die goed zijn voor milieu en dier.

Slide 20 - Open vraag

Minder vlees eten is dus beter voor je gezondheid en het milieu. Door minder vlees te eten en dit vaker te vervangen door peulvruchten (bijv bruine bonen, linzen, kikkererwten) en noten, verlaag je het risico op verschillende ziekten. Minder vlees eten leidt ook tot minder uitstoot van broeikasgassen, waardoor het milieu minder wordt belast.
In de supermarkt is enorm veel eten te koop. Niet alles wat in de winkel te koop is, is op een eerlijke manier geproduceerd. Ook zijn er veel producten waarvan de productie erg slecht is voor de aarde. Op de volgende slide staat een link naar een quiz, die gaat over duurzaam consumeren. Klik op de link, dan op 'naar de quiz' en onthoud je cijfer als je klaar bent.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Link

Mijn cijfer voor de quiz was een:
010

Slide 23 - Poll

Fairtrade
Fairtrade en Tony’s Chocolonely willen dat er een goed inkomen voor boeren komt. Armoede zorgt voor veel problemen in de cacao-handel. Hierdoor is er moderne slavernij en kinderarbeid.
Onder fairtrade (eerlijke handel) verstaan we de handel in ontwikkelingslanden in Afrika, Azië en Latijns-Amerika . Het doel is dat de boeren en andere leveranciers in deze landen een eerlijke prijs krijgen voor hun product. Fairtrade organisaties helpen hun producten te verkopen, zodat de boeren een eerlijke prijs krijgen.

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

Je hebt net gekeken naar het filmpje. Wat is het doel van dit bedrijf?

Slide 26 - Open vraag

Onderzoekje site Tony Chocolonely
Ga naar de site van Tony
Zoek naar de missie van het bedrijf; welke vijf 'behapbare' stappen worden uitgelegd? Je kunt je antwoord op de volgende slide invoeren.
Kijk op de site wat  de vijf samenwerkingsprincipes zijn. Je kunt je antwoord geven op de volgende slide.

Slide 27 - Tekstslide

Behapbare stappen
(missie)
Samenwerkings-
principes
Sterke boeren
Kijk wat jij
kunt doen
Tony's 5 principes
Tony's route
naar 100%
slaafvrije
chocolade
Kwaliteit en
productiviteit
' Probleem
De lange
termijn
Traceerbare
bonen
Hogere
prijs
wat...
slavernij?

Slide 28 - Sleepvraag

Wat is jouw favoriete Tony smaak?

Slide 29 - Poll

Voor de volgende les
Neem mee naar school:
- Een (keuken) schort
- Een maatbeker 

Slide 30 - Tekstslide

Deze les was:

Slide 31 - Poll

Slide 33 - Tekstslide