AE-6 Les 1 nieuw

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
Algemene EconomieMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Lesplan
week
stof
1
De economische orde
2
De doelstellingen van het economisch beleid
3
De doelstellingen van het economisch beleid
4
De instrumenten van het economisch beleid
5
De invloed van de overheid op de aanbodzijde van de economie
6
De invloed van de overheid op de vraagzijde van de economie

Slide 2 - Tekstslide

Wat ga je leren
De drie economische  stelsels/ orde.

De nadelen van de drie economische stelsels/ orde.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Vrije markteconomie
Plan economie
Gemengde markteconomie

Slide 6 - Sleepvraag

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Het marktmechanisme kent een gedecentraliseerde besluitvorming. Wie nemen de besluiten?
A
Overheid en gezinnen
B
Gezinnen en bedrijven
C
Gezinnen, bedrijven en overheid

Slide 19 - Quizvraag

Marktmechanisme wordt ook wel prijsmechanisme genoemd.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quizvraag

1 Waaraan is te zien dat de overheid een belangrijke rol speelt in de economie van Aruba?

Slide 21 - Open vraag

2. Wat zijn de kenmerkende verschillen tussen een centraal geleide en een vrije markteconomie?

Slide 22 - Open vraag

3 Wat voor soort economische orde kennen wij in Aruba?
A
Centraal geleide economie
B
Vrije markteconomie
C
Gemengde markteconomie

Slide 23 - Quizvraag

4 Welke twee problemen kunnen optreden in een vrije markt-economie?
A
marktprijzen die maatschappelijk gezien te hoog of te laag zijn
B
ongemotiveerde werknemers
C
Bedrijven reageren niet op prijsprikkels
D
Crisis en werkloosheid

Slide 24 - Quizvraag

5 Als de koffieoogst mislukt, wordt de aangeboden hoeveelheid (1) ... dan de gevraagde hoeveelheid. De koffieprijs (2) .... De gevraagde hoeveelheid wordt (3).....
A
groter, stijgt, kleiner
B
kleiner, stijgt, kleiner
C
kleiner, daalt, groter

Slide 25 - Quizvraag