§7.3 Hoe rijk zijn wij? deel 2

Hoe groot is onze wereld?
GT2

§7.1  Import of export?
§7.2 Wat doet de Europese Unie?
§7.3 Hoe rijk zijn wij? deel 2
§7.4 Eerlijk zullen we alles delen?

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoe groot is onze wereld?
GT2

§7.1  Import of export?
§7.2 Wat doet de Europese Unie?
§7.3 Hoe rijk zijn wij? deel 2
§7.4 Eerlijk zullen we alles delen?

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
1.  Doelen
2. Theorie §7.3 deel 2
3. Opdrachten maken
4. Reflectie & afsluiting




Slide 2 - Tekstslide

Doelen vandaag

  • Je kunt uitleggen wat een vicieuze cirkel is.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

7.3 Hoe rijk zijn wij? 
Vicieuze cirkel:
  • de oorzaak van het ene probleem is gevolg voor ander probleem
  • hulp van buitenaf is nodig om de cirkel te doorbreken

Slide 5 - Tekstslide

7.3 Hoe rijk zijn wij? 
Geen geld voor
onderwijs
2
Doen ongeschoold werk
3
Laag inkomen
4

Slide 6 - Tekstslide

7.3 Hoe rijk zijn wij? 
Nog even oefenen: 
Het nationaal inkomen van Nederland is € 688 miljard. Er zijn 17,1 miljoen inwoners.
Bereken het inkomen per hoofd van de bevolking.
Rond af op hele euro's.



Slide 7 - Tekstslide

7.3 Hoe rijk zijn wij? 
Nog even oefenen: 
Het nationaal inkomen van Nederland is € 688 miljard. Er zijn 17,1 miljoen inwoners.
Bereken het inkomen per hoofd van de bevolking.
Rond af op hele euro's.

€ 688.000 miljoen : 17,1 miljoen = € 40.233,9...  
                                                                          -->  € 40.234

Slide 8 - Tekstslide

over par. 7.1 t/m 7.3

Slide 9 - Tekstslide

Juist of onjuist?
Door import gaat er een geldstroom naar het buitenland.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag


Wat is een reden om te exporteren?
A
Geen grondstoffen aanwezig in NL
B
Goedkoper gemaakt in het buitenland
C
Ongeschikt klimaat in NL
D
Geld verdienen

Slide 11 - Quizvraag


Goederen importeren en daarna meteen weer exporteren, noemen we ...
A
wederverkoop
B
wederuitvoer
C
doorverkoop
D
open uitvoer

Slide 12 - Quizvraag

Bij een open economie
is er sprake van ...
A
weinig import en weinig export
B
weinig import en veel export
C
veel import en weinig export
D
veel import en veel export

Slide 13 - Quizvraag

Als de wisselkoers van de euro stijgt, dan worden onze producten duurder voor het buitenland.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Als de wisselkoers van de euro daalt,
is het voor ons .... om te importeren.
A
goedkoper
B
duurder

Slide 15 - Quizvraag

Als de wisselkoers van de € stijgt,
dan ...
A
wordt de € duurder
B
dan wordt de € goedkoper

Slide 16 - Quizvraag

Juist of onjuist?
Door vrijhandel wordt het goedkoper om producten te importeren.

A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quizvraag

Juist of onjuist?
Binnen de EU is er sprake van protectie.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quizvraag

Hoeveel miljoen is € 456 miljard?
A
€ 0,456 miljoen
B
€ 4,56 miljoen
C
€ 456.000 miljoen
D
€ 456.000.000 miljoen

Slide 19 - Quizvraag

Welke formule is juist?
A
deel : geheel x 100
B
deel : geheel : 100
C
deel x geheel x 100
D
deel x geheel : 100

Slide 20 - Quizvraag

Kies in de volgende tekst telkens de juiste woorden:
Met invoerrechten maakt de overheid de ...1... (import/export) van buitenlandse goederen ...2... (goedkoper/duurder). 
...1...
...2...
import
export
goedkoper
duurder

Slide 21 - Sleepvraag

Door invoerrechten kopen consumenten ...1... (meer/minder) producten uit ons eigen land. Dat is ...2... (wel/niet) goed voor de werkgelegenheid in Nederland.


...1...
...2...
meer
minder
wel
niet

Slide 22 - Sleepvraag

Wat zijn invoerrechten?
A
Belasting op importproducten
B
Subsidie op importproducten
C
Recht om producten in te voeren

Slide 23 - Quizvraag

Wat is GEEN kenmerk van een ontwikkelingsland?
A
Slechte gezondheidszorg
B
Goede infrastructuur
C
Kinderarbeid
D
Slecht onderwijs

Slide 24 - Quizvraag

Hoe noemen we
de afbeelding hiernaast?
A
Doorlopende cirkel
B
Oneindige cirkel
C
Vicieuze cirkel
D
Dubieuze cirkel

Slide 25 - Quizvraag

Aan het werk!

maak vraag 40 + 41





Slide 26 - Tekstslide

huiswerk 
herhalingsopdrachten 7.3 op blz. 211 vraag 14 tot en met 18

Slide 27 - Tekstslide