Thema 1: verbranding. Basisstof 1.1 (8-9-2025)

1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
Management en organisatieMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-6

In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klassenindeling!
timer
3:00

Slide 2 - Tekstslide

1. Startklaar
Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.
              Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 
timer
3:00

Slide 3 - Tekstslide

1. Startklaar
Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.
Afspraken
  • Telefoon THUIS, in je Zakkie en je tas of in de KLUIS.
  • Je hebt je lesmateriaal en je schoolpas bij je. 
  • Je komt rustig je lokaal binnen en bent startklaar.
  • Ben je te laat? Meld je bij de balie en ga je zitten in de aula
  • Petten, mutsen, hoedjes en jassen uit, je tas op de grond.
  • We zijn rustig op de gangen.
  • WC bezoek alleen tijdens de leswissel.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afspraken
Je telefoon is
in je zakkie
jas over de stoel
koptelefoon weg
Schoolspullen

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

JdW-kijkwijzer
Lesopbouw:

  1. Vooraf:
    Startklaar, Voorkennis activeren, Formatief Handelen

  2. Instructie:
    Leerdoelgericht werken, Inclusieve didactiek, Concrete en herkenbare voorbeelden, Formatief Handelen

  3. Toepassing:
    Actieve verwerking, Formatief handelen 

  4. Evaluatie:
    Afsluiting

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overzicht Periode 1
  • Thema 1
  • Benodigde lesmaterialen:  Boek biologie voor Jou (BvJ); Map, laptop en schrijfbenodigheden.
Week 1
Week 2
Week 3
Week 4
Week 5
Week 6
Week 7
Week 8
Week 9
Week 10 
Week 11
Thema 1
Bassistof 1.1.1  en 1.1.2
Thema 1
Basisstof 
1.2..3, 1.3.4 en 1,3,5
Thema 1:
Bassistof 1.4.6, 1.4,7 en 1.5.8
Thema  2
Basisstof  2.1.1 en 2.2.2. en 2.3.3.
Thema 2
2.3.3
Thema 2 
2,4.4, 2.4.5 en 
2.4.6
Herstva-kantie
thema 2
2.5.7
thema 2
2.6.8 en
2.6.9
Demon-
stratie  verbran-
ding!
Herha-
ling.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Agenda voor vandaag

  1. Basisregels
  2. Kennismakingsronde
  3. Praktische info (afspraken, lestijden, schoolspullen enz)
  4. Starten met de basisstof 1.1
  5. Opdrachten maken
  6. les afsluiten

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Titel van de les: Verbranding en ademhaling

subtitel:  1.1 Verbranding 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

           Leerdoelen
1.1.1 Je weet dat voor verbranding zuurstof nodig is en dat koolstofdioxide ontstaat.
1.1.2 Je kunt koolstofdioxide aantonen met een indicator.

Slide 11 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   
Thema 1 Verbranding en Ademhaling 







(Video uit Bvj digitaal basisstof 1.1.): verbranding van kaarsvet).

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ga op je laptop naar 
lessonup.app

Vul de code (linksonder in beeld) van deze lessonUp in. Vul je naam in en doe mee!

AAN DE SLAG

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verbranding

Slide 14 - Woordweb

2. Voorkennis activeren
De docent activeert relevante voorkennis aan de hand van een terugblik-opdracht, waarbij eventueel een beroep op de thuistalen wordt gedaan. Op deze manier biedt de docent een kapstok om nieuwe stof te verbinden aan de eerder geleerde stof en richting te geven aan het verdere verloop van de les. Tegelijkertijd worden hiermee misconcepties van leerlingen zichtbaar gemaakt, waar de docent vervolgens gericht op in kan spelen. 
                       Verbranding 
Verbranding:
Een reactie van een brandstof  (zoals kaarsvet) met zuurstof.  
Hierbij ontstaan nieuwe stoffen: koolstofdioxide (CO₂) en water (H₂O).
Tegelijk komt energie vrij: in de vorm van warmte en licht (dat is de vlam!).

Verbranding:
Brandstof + zuurstof --->     koolstofdioxide  +  water +  energie




C

Slide 15 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.


           Voorbeeld van een brandstof
Hout en  papier (gemaakt van houtvezels cellulose): kunnen goed verbranden.

*Benzine


Glucose (uit voedsel):


Slide 16 - Tekstslide

5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische en concrete voorbeelden die voor leerlingen herkenbaar zijn in hun eigen leefwereld om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven. 
                       Verbranding bij de mens
Verbranding in jouw lichaam:
*Brandstof (= glucose) + zuurstof --->    water + koolstofdioxide    +    energie

*Glucose: uit voedsel (eten)
                       gemaakt door planten: fotosynthese


*Verbranding: vindt plaats in alle cellen van een organisme




C

Slide 17 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.


Groot
Klein

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Wat gebeurt er als je een glas over een brandende kaars zet?
A
De kaars blijft branden.
B
De kaars gaat uit.
C
c.
D
d.

Slide 20 - Quizvraag

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de les gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt willekeurig leerlingen met open vragen. De docent stimuleert kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen elkaars werk te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden te gebruiken, gevolgd door geïnformeerde vervolgstappen.

Waarom gaat de kaars uit?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

                       Verbranding (2)
Als je een kaars aansteekt, zie je licht en voel je warmte
Als een kaars brandt, verbrandt er kaarsvet. Kaarsvet is een brandstof. 
Voor verbranding is zuurstof nodig. 

Verbranding:
Brandstof + zuurstof → water + koolstofdioxide + energie

(Video uit Bvj digitaal  basisstof 1.1.): verbranding van kaarsvet).
C

Slide 22 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.


 Aantonen van kooldioxide met een indicator (1)
Een indicator: een stof die laat zien dat een andere stof aanwezig is.

Als een kaars brandt, gebeurt er een verbranding. Daarbij ontstaan water (H2O) en koolstofdioxide (CO₂).

Het water kun je zien als kleine druppeltjes tegen een koud glas boven de vlam.
Het koolstofdioxide kun je niet zien, maar je kunt het aantonen met kalkwater.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

     Aantonen van kooldioxide met een indicator (2)
Kalkwater is een stof die reageert met koolstofdioxide:
Helder kalkwater is eerst doorzichtig.
Als er koolstofdioxide bijkomt, wordt het troebel.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

           Voorbeeld van een brandstof
Glucose: 



Papier is gemaakt van houtvezels (cellulose), en dat kan goed verbranden.
Voorbeelden die bij papier horen: hout en karton.


Checklist:
  • Dual Cog (woord en beeld combineren)
  • Concrete voorbeelden
  • Herkenbare voorbeelden gerelateerd aan de leefwereld van de leerlingen

Slide 25 - Tekstslide

5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische en concrete voorbeelden die voor leerlingen herkenbaar zijn in hun eigen leefwereld om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven. 
Ch

Slide 26 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.


           Aan de slag
Heb je geen een vragen, start met de volgende opdrachten:
  • Basisstof 1 opgaven: 2, 3, 6, 7, 8 en 9!!
  • Met wie: in tweetallen
  • Tijd: 20 min.
  • Hulp: vraag aan de docent                                Klaar: Ga door met samenhang!!

Checklist:
  • Expliciete instructie voor toepassingsopdracht: wat, hoe, hoe lang, klaar?
  • Afwisseling in oefentypes (herkneden van de lesstof)
  • Eerst voordoen, daarna begeleidt inoefenen, vervolgens zelfstanding en weer samen (ik--wij-jij/jullie-wij)
  • Het leren zichtbaar maken (zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode )
  • Differentiëren waar nodig: heterogeen en flexibel.

Slide 27 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. De docent start met modelleren en laat leerlingen vervolgens actief inoefenen. Volgens het 'ik-wij-jullie/jij-wij' principe wordt de ondersteuning geleidelijk afgebouwd. Er wordt gevarieerd in oefentypes en het leerproces wordt zichtbaar gemaakt, bijvoorbeeld met hardop denken opdrachten. Effectieve leerstrategieën zoals zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode worden expliciet aangeleerd. Dit herkneden van de lesstof helpt bij het bewerken van het lange termijn geheugen
Ch

Slide 28 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.


           Begrippen uit deze les
           
  • Verbranding: een chemische reactie van een brandstof met zuurstof, waarbij energie vrijkomt.
  • Brandstof: is een stof die kan verbranden.
  • Zuurstof: is een gas dat in de lucht zit en is nodig voor de verbranding,
  • Zonder zuurstof stopt een verbranding.
  • Energie (zoals warmte en licht) komt vrij bij verbrandiING.
  • Verbranding: brandstof + zuurstof → water + koolstofdioxide + energie
  • Indicator: stof waarmee je een andere stof aantoont

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugkijken 
op de leerdoelen
1.1.1 Ik weet  nu dat voor verbranding zuurstof nodig is en dat koolstofdioxide ontstaat.
1.1.2 Ik kan koolstofdioxide aantonen met een indicator.
Checklist:
  • Zijn de leerdoelen behaald?
  • Les in context plaatsen van de periode 
  • Het leren en het gedrag samen evalueren
  • Vooruitblikken adhv JdW-planner  

Slide 30 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.


Welke 2 stoffen ontstaan bij de verbranding?

Slide 31 - Open vraag

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de les gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt willekeurig leerlingen met open vragen. De docent stimuleert kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen elkaars werk te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden te gebruiken, gevolgd door geïnformeerde vervolgstappen.
Titel van de les: Verbranding en ademhaling

subtitel:  1.2  Energie 

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Energie

Slide 33 - Woordweb

2. Voorkennis activeren
De docent activeert relevante voorkennis aan de hand van een terugblik-opdracht, waarbij eventueel een beroep op de thuistalen wordt gedaan. Op deze manier biedt de docent een kapstok om nieuwe stof te verbinden aan de eerder geleerde stof en richting te geven aan het verdere verloop van de les. Tegelijkertijd worden hiermee misconcepties van leerlingen zichtbaar gemaakt, waar de docent vervolgens gericht op in kan spelen. 
                       Verbranding  
Verbranding:
Een reactie van een brandstof  (zoals kaarsvet) met zuurstof.  
Hierbij ontstaan nieuwe stoffen: koolstofdioxide (CO₂) en water (H₂O).
Tegelijk komt energie vrij: in de vorm van warmte en licht (dat is de vlam!).

Verbranding:
Brandstof + zuurstof --->     koolstofdioxide  +  water +  energie




C

Slide 34 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.


                                 Energie
  • Om te bewegen:  alle organen/alle cellen hebben energie nodig
  • Verbranding: dag en nacht (alle organismen)
  • (voorbeeld: spiercellen)

  • Om warm te blijven
C

Slide 35 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.


LET OP!

  • Leerlingen denken vaak dat de brandstof op is en dus gewoon weg is (verdwijnt), terwijl er eigenlijk nieuwe stoffen ontstaan (zoals koolstofdioxide en waterdamp).
  • Dit noemen we een misconcept: het lijkt hetzelfde, maar het is toch niet helemaal hetzelfde!!

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LET OP!

  • Leerlingen denken vaak dat de brandstof op is en dus gewoon weg is (verdwijnt), terwijl er eigenlijk nieuwe stoffen ontstaan (zoals koolstofdioxide en waterdamp).
  • Dit noemen we een misconcept: het lijkt hetzelfde, maar het is toch niet helemaal hetzelfde!!

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

           Aan de slag
Heb je geen een vragen, start met de volgende opdrachten:
  • Basisstof 1 opgaven: 1, 2, 3, 4, 5 en 7!!
  • Met wie: in tweetallen
  • Tijd: 20 min.
  • Hulp: vraag aan de docent                                Klaar: Ga door met samenhang!!

Checklist:
  • Expliciete instructie voor toepassingsopdracht: wat, hoe, hoe lang, klaar?
  • Afwisseling in oefentypes (herkneden van de lesstof)
  • Eerst voordoen, daarna begeleidt inoefenen, vervolgens zelfstanding en weer samen (ik--wij-jij/jullie-wij)
  • Het leren zichtbaar maken (zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode )
  • Differentiëren waar nodig: heterogeen en flexibel.

Slide 38 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. De docent start met modelleren en laat leerlingen vervolgens actief inoefenen. Volgens het 'ik-wij-jullie/jij-wij' principe wordt de ondersteuning geleidelijk afgebouwd. Er wordt gevarieerd in oefentypes en het leerproces wordt zichtbaar gemaakt, bijvoorbeeld met hardop denken opdrachten. Effectieve leerstrategieën zoals zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode worden expliciet aangeleerd. Dit herkneden van de lesstof helpt bij het bewerken van het lange termijn geheugen

Slide 39 - Woordweb

2. Voorkennis activeren
De docent activeert relevante voorkennis aan de hand van een terugblik-opdracht, waarbij eventueel een beroep op de thuistalen wordt gedaan. Op deze manier biedt de docent een kapstok om nieuwe stof te verbinden aan de eerder geleerde stof en richting te geven aan het verdere verloop van de les. Tegelijkertijd worden hiermee misconcepties van leerlingen zichtbaar gemaakt, waar de docent vervolgens gericht op in kan spelen. 

De vraag kan hier 
geplaatst worden.
A
a.
B
b.
C
c.
D
d.

Slide 40 - Quizvraag

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de les gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt willekeurig leerlingen met open vragen. De docent stimuleert kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen elkaars werk te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden te gebruiken, gevolgd door geïnformeerde vervolgstappen.

Titel kan hier geplaatst worden.

Slide 41 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


De vraag kan hier 
geplaatst worden.
A
a.
B
b.
C
c.
D
d.

Slide 42 - Quizvraag

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de les gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt willekeurig leerlingen met open vragen. De docent stimuleert kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen elkaars werk te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden te gebruiken, gevolgd door geïnformeerde vervolgstappen.
Organismen
Biologen noemen alle levende wezens organismen. 

Dieren (ook jij en ik ), bacteriën, schimmels, planten zijn ook organismen. 

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eindslide.

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

           Afsluiting
Volgende les: basisstof 1.3 doorlezen!!
Checklist:
  • Zijn de leerdoelen behaald?
  • Les in context plaatsen van de periode 
  • Het leren en het gedrag samen evalueren
  • Vooruitblikken adhv JdW-planner  

Slide 45 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner. 

Slide 46 - Woordweb

2. Voorkennis activeren
De docent activeert relevante voorkennis aan de hand van een terugblik-opdracht, waarbij eventueel een beroep op de thuistalen wordt gedaan. Op deze manier biedt de docent een kapstok om nieuwe stof te verbinden aan de eerder geleerde stof en richting te geven aan het verdere verloop van de les. Tegelijkertijd worden hiermee misconcepties van leerlingen zichtbaar gemaakt, waar de docent vervolgens gericht op in kan spelen. 

De vraag kan hier 
geplaatst worden.
A
a.
B
b.
C
c.
D
d.

Slide 47 - Quizvraag

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de les gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt willekeurig leerlingen met open vragen. De docent stimuleert kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen elkaars werk te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden te gebruiken, gevolgd door geïnformeerde vervolgstappen.

Titel kan hier geplaatst worden.

Slide 48 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


De vraag kan hier 
geplaatst worden.
A
a.
B
b.
C
c.
D
d.

Slide 49 - Quizvraag

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de les gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt willekeurig leerlingen met open vragen. De docent stimuleert kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen elkaars werk te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden te gebruiken, gevolgd door geïnformeerde vervolgstappen.
           Instructie
Checklist:
  • Interactieve uitleg (responsief): wisbordjes, LessonUp check-vragen, Cornell-methode.
  • Een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren.
  • Meertaligheid functioneel inzetten.
  • Iedereen bij de les betrekken.

Slide 50 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.