H3-C5-§4 onbepaald voornaamwoord

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
Doel van de les= onbepaald voornaamwoord
10 minuten stil lezen
Indien opdrachten gemaakt, dan bespreken

Start nieuw onderwerp

Aan het werk
 

Telefoon in de kluis? Chromebook in de tas. Lees en werkboek op tafel.

Slide 3 - Tekstslide

Wat moeten jullie straks kennen en kunnen?


Oftewel, wat is het doel van deze les?


In deze les leer je onbepaalde voornaamwoorden herkennen


Slide 4 - Tekstslide

H3-C5-§4 onbepaald voornaamwoord
Bekijk de volgende zinnen:
– Op menige quizvraag wist niemand het antwoord.
Iedereen wil wel iets vertellen over de vakantie.

In de voorbeeldzinnen zijn menige, niemand, Iedereen en iets onbepaalde voornaamwoorden.

Een onbepaald voornaamwoord (onbep.vnw) duidt een persoon of een zaak aan, maar zegt niet precies wie of wat er bedoeld wordt.
De volgende woorden komen voor als onbepaald voornaamwoord: alles, een of ander(e), (een) zekere, elk(e), ene, het, ieder(e), iedereen, iemand, men, menig(e), menigeen, niemand, niets, wat, (zo)iets.

Slide 5 - Tekstslide

H3-C5-§4 onbepaald voornaamwoord
Drie lastige gevallen vormen de woorden je, het en wat:
Het woord je is onbepaald voornaamwoord als het men betekent.

– Je (= men) moet omrijden, want de brug is afgesloten.
Het woord het is een onbepaald voornaamwoord als het niet naar een of meer andere woorden verwijst, maar tijd, weersomstandigheden of sfeer aangeeft.
Het is avond en het regent, maar het is niet koud buiten.

Het woord wat is een onbepaald voornaamwoord als het iets betekent.
– Kun jij ook wat (= iets) meenemen voor de picknick?

Slide 6 - Tekstslide

Onbepaald voornaamwoord

Slide 7 - Tekstslide

Onbepaald voornaamwoord: 
de verschillen met andere voornaamwoorden

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Link

Al enige tijd heb ik last van het een of ander.

Slide 11 - Woordweb

Niets lukt

Slide 12 - Woordweb

Wat is het onbepaald voornaamwoord?
In die winkel kun je bijna alles kopen.

Slide 13 - Open vraag

Wat is het onbepaald voornaamwoord?
Niemand durfde de docent tegen te spreken.

Slide 14 - Open vraag

Wat is het onbepaald voornaamwoord?
Spelen we alles of niets?

Slide 15 - Open vraag

Het woord WAT kan ook een vragend voornaamwoord zijn.
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Bekijk deze poster.

Welke onbepaalde voornaamwoorden zie je?

Slide 17 - Tekstslide

Bekijk deze poster.

Welke onbepaalde voornaamwoorden zie je?

                    je, iets

Slide 18 - Tekstslide

Bekijk deze poster.

Door welk onbepaalde voornaamwoorden kun je iets vervangen?



Slide 19 - Tekstslide

Bekijk deze poster.

Door welk onbepaalde voornaamwoorden kun je iets vervangen?

                        wat



Slide 20 - Tekstslide

Welke zin heeft geen onbepaald voornaamwoord?
A
Niemand weet wat er aan de hand is.
B
Wat is er aan de hand?

Slide 21 - Quizvraag

Onbepaald voornaamwoord:
A
daar
B
wie
C
verder
D
men

Slide 22 - Quizvraag

Welk woord is geen onbepaald voornaamwoord?
A
men
B
ergens
C
derde
D
iets

Slide 23 - Quizvraag

Even checken. Wie vertelt mij nog even wat we zojuist hebben gehoord?


Geen vingers, ik geef de beurt aan ..............................................

Slide 24 - Tekstslide

Aan de slag

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

§ 2 Tekstverbanden
Je gaat zo de opdrachten maken. Neem altijd oordopjes mee voor de online opdrachten
Zet het zo in je schrift:
cursus-C
paragraaf -§
bladzijde -blz. 
opdracht- opdr.

Staat er: omcirkel, onderstreep of markeer, dan mag je het met potlood in je werkboek maken. Is dit niet het geval, dan maak je alles in je schrift!

Slide 27 - Tekstslide

§ 2 Tekstverbanden
Maken weektaak: 

Cursus 5
§ 4 woordsoorten> onbep.vnw
Oefenen met opdracht 1 t/m 4
blz. 212- 213


Snel klaar? Je leest verder in je boek en blijft stil voor je klasgenoten.






Slide 28 - Tekstslide

H3-C5-§4 onbepaald voornaamwoord
Tekst

Slide 29 - Tekstslide