Levende Tuin- klimaat

Welkom!
Hoe zit je erbij?
A
B
C
1 / 25
volgende
Slide 1: Quizvraag
Bos en natuurbeheer/groenMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Hoe zit je erbij?
A
B
C

Slide 1 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Klimaat?

Slide 2 - Woordweb

Wat is klimaat? anders dan het weer?
"gemiddelde weerstoestand over een periode van 30 jaar"

klimaatverandering heeft altijd al plaatsgevonden, maar nog nooit met het huidige tempo.
Thema: Klimaat
Meerwaarden;
- Water
- Temperatuur
- Luchtkwaliteit

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat kun jij doen rondom water?
- afvoeren
- infiltreren
- vasthouden/ bergen
- waterrobust bouwen
-> https://www.rainproof.nl (tips/ideeën)



Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Kijkvragen:
Welke nadelen heeft het opwarmen van nederland?

Welke begrippen/ woorden ken je nog niet?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hittestress

Slide 12 - Tekstslide

Gezamenlijke bespreking groep:
Beschaduwing leidt tot minder opwarming van materialen en vermindering 
van het Urban Heat Island-effect ( stedelijke hitte effect) .         
Beschaduwing beschermt mensen tegen zonlicht (verbranding en UV-B).
Bladeren leiden tot verkoeling middels verdamping van water en het dempen van 
temperatuurstijging.
Op warme dagen is een het aangenamer te verblijven onder boomkronen.
Voor de cursisten:
1. De hierboven beschreven functies moet de boom uitvoeren onder de 
moeilijkste omstandigheden van hoge temperaturen en droogte. 
Waar moet je dan op letten als groenprofessional?
Wat betekent de functie van deze boom voor het vak als groenprofessional?

Waar moet je dan op letten als groenprofessional?
Antwoord:
          de juiste boom op de juiste plaats. Goede groeiplaats omstandigheden, de bodem en 
          waterhuishouding. hoe ouder en gezonder hoe beter de boom haar functies kan vervullen. 
Wat betekent dit voor het vak als groenprofessional?
               Antwoord: Goede 
sortimentskennis, kennis klimaatbestendige beplanting, kennis onderhoud en wijze van snoeien 
voor meer schaduw

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planten van bomen
Juiste boom op de juiste plaats, goede groeiplaats, bodem en waterhuishouding.
Hoe ouder en gezonder de boom, hoe beter de boom de functies kan vervullen.

Dus jij als groenprofessional: sortimentkennis, kennis over klimaatbestendige beplanting, kennis over snoei en onderhoud.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mos is ook heel effectief in het vangen van fijnstof. Daarom wordt er in Duitsland mos geplant in de bermen tussen autowegen.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Meer bomen!

Slide 23 - Tekstslide

plaatje, verschil bomen:

Hoe komt het dat er in beijing meer fijnstof gevangen wordt?

Waar in de stad plaats je bomen om de meeste fijnstof te vangen?
Fijnstof: Deeltjes, natuurlijk of niet- natuurlijk, kleiner dan 0.01 mm
Stikstofdioxide: NO2, giftig gas, ook in de vorm van zure regen
Co2: Koolstof dioxide, komt vrij bij verbranding van fossiele brandstoffen.
VOS: Vluchtige Organische Stoffen, stoffen die snel 
verdampen, zoals brandstoffen, drijfgassen 
(in spuitbussen) en chemische verf.
Nog even op een rijtje;

Fijnstof: Zeer kleine deeltjes, natuurlijk of niet- natuurlijk, kleiner dan 0.01 mm, ook wel aerosol.
Stikstofdioxide: NO2, giftig gas, ook in de vorm van zure regen.
CO2: Koolstof dioxide, komt vrij bij verbranding van fossiele brandstoffen.
VOS: Vluchtige Organische Stoffen, stoffen die snel 
verdampen, zoals brandstoffen, drijfgassen 
(in spuitbussen) en chemische verf.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies