Waterkringloop

Water
Kringloop
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Water
Kringloop

Slide 1 - Tekstslide

Waar komt het water uit de kraan eigenlijk vandaan?
A
Uit de zee
B
Uit rivieren of de grond
C
Uit regenwater dat op je dak valt
D
Uit de koelkast

Slide 2 - Quizvraag

Wat gebeurt er met het water als je het toilet doorspoelt?
A
Het verdwijnt gewoon
B
Het wordt hergebruikt in je huis
C
Het gaat via het riool naar een waterzuiveringsinstallatie
D
Gaat naar zee

Slide 3 - Quizvraag

Hoeveel liter water gebruikt een gemiddelde douchebeurt van 5 minuten?
A
10 liter
B
25 liter
C
40 liter
D
80 liter

Slide 4 - Quizvraag

Welk huishoudelijk apparaat gebruikt het meeste water per keer?
A
vaatwasser
B
wasmachine
C
waterkoker
D
koffiezetapparaat

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Video

Hoeveel procent van al het water op aarde is beschikbaar zoet water?
A
1 %
B
5 %
C
25 %
D
75 %

Slide 7 - Quizvraag

Bijna al het water op aarde is zout en dus onbruikbaar voor mensen.
Water dat niet zout is, heet zoet water:
- Meeste zoetwater zit vast in ijs of in de grond (grondwater).
- 1% van het water zit in rivieren en meren (dus 0,01% van het totaal).

Slide 8 - Tekstslide

Waterkringloop: de voortdurende verplaatsing van water op aarde

Slide 9 - Tekstslide

Oppervlaktewater: al het vloeibare water aan de oppervlakte:
1. Rivieren en meren
2. Zeeën/oceanen

De zon laat water verdampen → vloeibaar water verandert in gas.
Waterdamp stijgt op en koelt daardoor af.
Door condensatie ontstaan wolken.
Het water valt uiteindelijk weer terug in de zee als neerslag.

Slide 10 - Tekstslide

Wat is een manier hoe water in de lucht terecht komt
A
Water van rivieren verdampt
B
Het bevriezen van water
C
Planten laten water verdampen
D
Wanneer rivieren sneller stromen

Slide 11 - Quizvraag

Waterkringloop

Slide 12 - Woordweb

Slide 13 - Video

kringloop
Hoeveelheid water verandert niet op aarde. Kan wel in vorm veranderen:
  1. gas (waterdamp)
  2. vloeibaar (water)
  3. vast (ijs)

Slide 14 - Tekstslide

De waterkringloop
Infiltratie
Vloeibaar naar gasvormig
Gasvorming naar vloeibaar
Opgeslagen in de vorm van ijs
Motor van de kringloop van het water
Oppervlaktewater

Slide 15 - Tekstslide

Twee kringlopen
1. Korte kringloop 
2. Lange kringloop  

Slide 16 - Tekstslide

Wat is de waterkringloop?
A
Een soort waterfilter
B
Een type irrigatie
C
De cyclus van water in de natuur
D
Een wateropslag systeem

Slide 17 - Quizvraag

Wat beschrijft de korte kringloop?
A
Langdurige oceanische stromingen
B
Verdamping en neerslag in een regio
C
Verplaatsing van grondwater
D
Afvoer van rivieren

Slide 18 - Quizvraag

Welk proces zorgt ervoor dat waterdamp weer waterdruppels wordt in de lucht?
A
Verdamping
B
Neerslag
C
Condensatie
D
Infiltratie

Slide 19 - Quizvraag

Wat is de bron van verdamping?
A
zon
B
rivier
C
wolken
D
grondwater

Slide 20 - Quizvraag

Wat is de bron van neerslag?
A
zon
B
rivier
C
wolken
D
grondwater

Slide 21 - Quizvraag

Zeewater
Het zout uit de zee wordt aangevuld door......
Rivieren!

Slide 22 - Tekstslide

Zeewater
Het zout uit de zee wordt aangevuld door rivieren
In gesteente zitten zouten. 
Rivieren nemen dit mee

Slide 23 - Tekstslide

Verdamping
Bij verdamping van zeewater verdampt alleen het zoete water 

Dit betekent dus dat zout achterblijft! 

Slide 24 - Tekstslide

Waar zal het zeewater het meest zout zijn?
A
Bij de noordpool
B
Bij de zuidpool
C
Rond het Middellandse zeegebied
D
Bij Canada

Slide 25 - Quizvraag

Waar is het zeewater het meest zout?
A
Rond de evenaar
B
Rond het Middellandse zeegebied

Slide 26 - Quizvraag

Neerslag 
Op plekken waar veel neerslag valt is het zeewater minder zout

Daarom minder zout rond de evenaar ondanks de verdamping

Slide 27 - Tekstslide

Aan de slag
opdracht 13 t/m 16
bladzijde 109 en 110

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video

Wat is er nodig voor de waterkringloop?

Slide 30 - Woordweb

1
  • Vloeistof
  • Gas
  • Vast
2
  • Vloeistof
  • Gas

Slide 31 - Tekstslide

Welke kringloop is voor de mens het belangrijkst, en waarom?

Slide 32 - Open vraag

Slide 33 - Video

Veel neerslag blijft ongebruikt 
Dit komt doordat: 

  • Neerslag vaak in dun bevolkte gebieden valt
  • Er vaak maar een korte periode neerslag valt
  • Veel neerslag aan het einde van het groeiseizoen valt(te koud voor akkerbouw)

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Video

Wat zijn de twee belangrijkste rivieren van NL
A
Maas
B
Rijn
C
IJssel
D
Lek

Slide 36 - Quizvraag

Wat hoort er allemaal bij het stroomgebied van een rivier?

Slide 37 - Open vraag

Waarvoor staat de afkorting NAP?

Slide 38 - Open vraag

Hoe noemen we de mix tussen zout en zoet water?
A
Sterk water
B
Brak water
C
Mix water
D
Combinatie water

Slide 39 - Quizvraag

Slide 40 - Video

Verdeling van het water 
  • Van al het water op aarde is slechts  3% zoet (drinkbaar)
  • Hiervan is het grootste deel bevroren of diep grondwater
  • 1% Van het zoetwater is toegankelijk
  • Zoutwater kan ontzilt worden, maar dat is een duur proces

Slide 41 - Tekstslide

Soms te veel 
Vaak te weinig

Slide 42 - Tekstslide

Wat vind je onduidelijk?

Slide 43 - Open vraag

Water
Kringloop

Slide 44 - Tekstslide