In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 40 min
Onderdelen in deze les
3.23 tot en met 3.27
Slide 1 - Tekstslide
Lesdoelen
Aan het einde van de les
Relatie tussen de rentestand en bestedingen uitleggen.
Relatie tussen de rentestand en ontwikkeling inflatie uitleggen.
Relatie tussen rentestand en werkgelegenheid uitleggen.
Relatie tussen rentestand en wisselkoersverandering uitleggen.
Verklaren dat de ECB streeft naar prijsstabiliteit.
Uitleggen hoe de centrale bank de rente gebruikt om inflatie te beperken.
Slide 2 - Tekstslide
Leg uit waarom lenen een voorbeeld is van ruilen over tijd.
Slide 3 - Open vraag
Houden landen zich aan het verdrag?
Nee.
Convergentie --> landen groeien op economisch gebied naar elkaar toe.
Divergentie --> landen groeien op economisch gebied uit elkaar.
Landen worden door elkaar beïnvloed --> daarom is het verdrag nodig.
Slide 4 - Tekstslide
Het stabiliteits- en groeipact
Duitsland en Frankrijk norm overtreden -> Boetes zijn niet opgelegd --> andere landen gingen de norm ook overtreden.
Gevolg
Staatsschuld is niet meer houdbaar.
Hoge rentes betalen
Belegger vrezen dat hun schuld niet wordt terugbetaald --> hogere rentes --> hoger tekort.
Slide 5 - Tekstslide
ECB
Slide 6 - Woordweb
Europese Centrale Bank
Geeft bankbiljetten uit.
Zorgt voor giraal geldverkeer en houdt toezicht op banken.
Is de bank van de banken.
Monetair beleid --> handhaven van prijsstabiliteit (koopkracht).
Slide 7 - Tekstslide
De ECB verhoogt de rente. Wat gebeurt er met de inflatie?
A
De inflatie blijft gelijk
B
De inflatie stijgt
C
De inflatie daalt
D
er is deflatie
Slide 8 - Quizvraag
ECB en rente
ECB verhoogt rente --> rente op de geldmarkt stijgt --> minder lenen en meer sparen.
De bestedingen nemen af --> de productie daalt --> de bezettingsgraad daalt --> maximale productiecapaciteit wordt niet bereikt -->
Minder kans op inflatie.
Slide 9 - Tekstslide
ECB en de rente
Andersom werkt het als volgt
ECB -> Rente verlagen-> Lenen aantrekkelijk, sparen niet aantrekkelijk -> Consumenten gaan meer uitgeven en dus minder sparen -> Meer vraag -> betekent stijging van de inflatie
Slide 10 - Tekstslide
Wanneer zal de ECB de rente verhogen?
A
Laagconjunctur
B
Hoogconjunctuur
Slide 11 - Quizvraag
Rente en wisselkoers
Rente in eurozone stijgt --> trekt buitenlandse beleggers aan --> vraag naar euro stijgt --> wisselkoers euro stijgt.
Rente in eurozone stijgt --> beleggingen uit eurozone in buitenland daalt --> aanbod van euro's op de valutamarkt daalt --> wisselkoers stijgt.
Slide 12 - Tekstslide
Landen met hoge schulden kunnen via de ECB lenen tegen een lagere rente. Wat voor probleem kan hier ontstaan?
Slide 13 - Open vraag
Leg uit wat er met de reele waarde van schulden gebeurt bij deflatie