H4 15 juni 2021 2.3

Planning
- Oefenen begrippen
- Afsluiting 2.2
- Starten 2.3
- Voorbereiden VT
- Afsluiting + planning
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Planning
- Oefenen begrippen
- Afsluiting 2.2
- Starten 2.3
- Voorbereiden VT
- Afsluiting + planning

Slide 1 - Tekstslide

Oefenen begrippen
- Groepjes van 3
- Maak met de begrippen H1 en H2 een domino aan elkaar
- Begrip -- Omschrijving/ Plaatje
- Weet je een begrip niet? Zoek op in je boek

Doel: ??

Slide 2 - Tekstslide

2.2 Onbeheersbare rivieren
- wat zijn de kenmerken van het Nederlandse rivierenprofiel?
-welke gevolgen hebben de eigenschappen van de Rijn en Maas voor de waterafvoer?

Slide 3 - Tekstslide

2.2 Onbeheersbare rivieren
1. Dwarsprofiel: zomerbed/ winterbed
2. Lengteprofiel: verval/ verhang
3. Lengteprofiel: debiet/ regiem

Slide 4 - Tekstslide

Zomerdijk
Winterdijk
Uiterwaarde
Zomerbed

Slide 5 - Sleepvraag

winterbed
binnendijks
buitendijks
zomerdijk
winterdijk
zomerbed
krib
uiterwaard

Slide 6 - Sleepvraag

Hoogteverschil per km
Hoogteverschil tussen 2 punten
Schommelingen in het debiet
Hoeveelheid water die op een bepaald punt in de rivier stroomt

Verval
Verhang
Debiet
Regiem

Slide 7 - Sleepvraag

Groot verhang
m.n. sedimentatie
m.n. erosie
klein verhang
Meanders
v-dal

Slide 8 - Sleepvraag

Verhang

Slide 9 - Tekstslide

Verval en verhang

Slide 10 - Tekstslide

Debiet en Regiem
  • Debiet is de hoeveelheid water die op een bepaald punt door de rivier stroomt

  • De schommelingen in de waterafvoer noem je het regiem.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Maastricht (60m) en Hoek van Holland (0m) liggen 150 km van elkaar. Het verval is dan:
A
150 meter.
B
150 km.
C
60 meter.
D
60 km.

Slide 13 - Quizvraag

Als het verval 600 meter is en de lengte van de rivier 450 kilometer is. Wat is dan de juiste berekening voor het verhang?
A
600 x 450
B
600-450
C
600 \ 450
D
600 + 450

Slide 14 - Quizvraag

2.3 Ruimte voor de rivier
Welke omslag was er na 1995 in het Nederlandse waterbeleid?
Hoe werkt Ruimte voor de rivier?

Slide 15 - Tekstslide

Nieuw waterbeleid
Het nieuwe waterbeleid breekt met de traditie van dijkverzwaring, hard pompen en snel lozen. 

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Ruimte voor de rivier: maatregelen

Slide 18 - Tekstslide

"Flessenhals"

Slide 19 - Tekstslide

Beschermingsmaatregelen
7. Noodoverloopgebieden

Slide 20 - Tekstslide

Combi

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Vaak combi met 
natuurontwikkeling, nieuwe stedelijke ontwikkeling., economische activiteiten als grindwinning. 

Bijv Nijmegen --> Stadseiland en uniek rivierpark,
eiland in de Waal. Zo is op het eiland ruimte ontstaan voor nieuwe stedelijke ontwikkeling (Lent bij Nijmegen trekken, Nijmegen-Noord).

Slide 23 - Tekstslide

Sleep de letters uit de afbeelding naar de maatregelen van het plan Ruimte voor de rivier die hieronder staan 
Let op: Bij sommige maatregelen hoort maar één letter en bij anderen moeten er meer achter staan (je houdt geen letters over).
 


rivierbed verdiepen
huizen, fabrieken en zomerdijken verwijderen
uiterwaard verlagen
dijk verleggen
A
B
C
D
E
F
G

Slide 24 - Sleepvraag

Het creëren van meer ruimte voor de rivier kan goed gecombineerd worden met andere functies van het (rivieren-)landschap.
Geef twee van deze functies.

Slide 25 - Open vraag

In het kader van het beleidsplan Ruimte voor de Rivier worden veel kribben verlaagd of verwijderd.


Geef een argument waarom het verlagen of verwijderen van kribben past in het beleidsplan Ruimte voor de Rivier.

Slide 26 - Open vraag

Van oudsher bevinden zich in de uiterwaarden veel steenfabrieken. In het kader van het beleidsprogramma Ruimte voor de Rivier, wil men enkele van deze steenfabrieken verwijderen.
Bij welk onderdeel van de drietrapsstrategie past het verwijderen van deze steenfabrieken het beste?

Slide 27 - Open vraag

Planning
- do 17/6: voorbereiding VT
- TW: VT H1 en H2
- wo 30/6: onderzoek UU
- dinsdag 6/7: onderzoek UU of woensdag 8/7

Slide 28 - Tekstslide

Afsluiting
Wat ga je onthouden?

Heb je je PO beoordeling gelezen? wat ga je daarvan onthouden?

Slide 29 - Tekstslide

Geleerd van PO?

Slide 30 - Woordweb

Wat ga je onthouden?

Slide 31 - Woordweb