TH1 - H4.3 - Rivieren

Hfdst 4  Water
Paragraaf 1 - 2 - 3 - 4 gaan we behandelen.

Cijfer > Toets / BvB
1 / 37
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Hfdst 4  Water
Paragraaf 1 - 2 - 3 - 4 gaan we behandelen.

Cijfer > Toets / BvB

Slide 1 - Slide

H4.3  Rivieren

Slide 2 - Slide

Drie soorten rivieren
  • Regenrivier
  • Gletsjerrivier
  • Gemengde rivier

Slide 3 - Slide

Soorten rivieren

  • Regenrivier: door regen gaat het water stromen.
  • Gletsjerrivier: door het smelten van een gletsjer. (schuivend ijs)
  • Gemengde rivier: krijgt zijn water van beide soorten rivieren.

Slide 4 - Slide

Wat is geen riviersoort?
A
Gemengde rivier
B
gletsjer rivier
C
regenrivier
D
zoutwaterrivier

Slide 5 - Quiz

Wat voor soort rivier is de Maas?
A
regenrivier
B
gletsjerrivier
C
gemengde rivier
D
grondwaterrivier

Slide 6 - Quiz

Wat voor soort rivier is de Rijn?
A
regenrivier
B
gletsjerrivier
C
gemengde rivier
D
bergrivier

Slide 7 - Quiz

Regiem
Schommelingen in de waterafvoer van een rivier (in de loop van een jaar).

Slide 8 - Slide

Stroomgebied A       Stroomgebied B
Stroomgebied
het verzamelgebied van een rivier waarbinnen alle neerslag en grondwater via de zijrivieren uiteindelijk in de hoofdrivier stroomt

Slide 9 - Slide

De waterscheiding is de grens tussen 2 stroomgebieden

Slide 10 - Slide

Een stroomstelsel
het geheel van de hoofdrivier met al zijn zijtakken
Blauw = Stroomstelsel
Rood = Stroomgebied

Slide 11 - Slide


Waar ligt hier de waterscheiding?
A
B
C
D
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 12 - Quiz

Een stroomstelsel bestaat uit drie delen, die samen het lengteprofiel vormen
Bovenloop
Middenloop
Benedenloop

Slide 13 - Slide

1. De bovenloop: hoog in de bergen, waar de rivier ontspringt. Door het grote hoogteverschil stroomt de rivier snel en is de erosieve kracht groot.

 

2. De middenloop: het middelste deel waar de rivier door een dal loopt waar hij zich heeft ingesneden.


3. De benedenloop: dicht bij de monding waar de rivier door een riviervlakte stroomt. De stroomsnelheid is laag en hierdoor neemt de sedimentatie toe.

Slide 14 - Slide

Bovenloop
Middenloop
Benedenloop

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Sedimentatie & Erosie

In de binnenbocht gaat water langzaam dus afzetten grind&kiezel = sedimentatie


In de buitenbocht gaat water snel, neemt alles mee dus erosie.


  1. sedimentatie
  2. erosie

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Meander (waterloop)

Een meander is een bocht in een rivier. Meanders ontstaan doordat het water in de buitenbocht sneller stroomt dan in de binnenbocht. Aan de buitenbocht (de zogenaamde stootoever) wordt daardoor grond weggespoeld, terwijl aan de binnenbocht (de glij-oever) de grond wordt afgezet, omdat de grond in het langzaam stromende water naar de bodem zinkt. Dit proces vindt plaats bij bijna alle rivieren en beken die niet in de bergen liggen.
Kanaal (waterweg)

Een kanaal of vaart is een door de mens (kan met met machines) in een rechte lijn gegraven vaarweg.

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Slide

Wat ik niet begreep van de uitleg lesboek en/of vragen in het werkboek is ...

Slide 23 - Open question

Stroomstelsel
A
Een rivier van berg naar zee
B
Een rivier vanaf de middenloop
C
Een rivier met al haar zijrivieren
D
Een rivier aangesloten op een meer

Slide 24 - Quiz

Het stroomgebied is
A
De hoofdrivier en alle zijrivieren
B
hetzelfde als het stroomstelsel
C
Het hele gebied dat afwatert op een rivier en de zijrivieren

Slide 25 - Quiz

Grens tussen twee stroomgebieden
A
meanderen
B
watervoetafdruk
C
waterscheiding
D
waterschaarste

Slide 26 - Quiz

welk begrip hoort bij de hele afbeelding
A
bovenloop
B
stroomgebied
C
waterscheiding
D
benedenloop

Slide 27 - Quiz


A
Bovenloop
B
Middenloop
C
Benedenloop

Slide 28 - Quiz


A
Bovenloop
B
Middeloop
C
Benedenloop

Slide 29 - Quiz


A
Bovenloop
B
Middenloop
C
Benedenloop

Slide 30 - Quiz


A
Bovenloop
B
Middenloop
C
Benedenloop

Slide 31 - Quiz

Waar?
A
Bovenloop
B
Middenloop
C
Benedenloop

Slide 32 - Quiz

Waar?
A
Bovenloop
B
Middenloop
C
Benedenloop

Slide 33 - Quiz

Waar?
A
Bovenloop
B
Middenloop
C
Benedenloop

Slide 34 - Quiz

Wat is de juiste volgorde als je kijkt vanaf de bron?
A
Benedenloop, middenloop, bovenloop
B
Bovenloop, beneden-loop, middenloop
C
Middenloop,beneden-loop,bovenloop
D
Bovenloop, midden-loop, benedenloop

Slide 35 - Quiz

In de benedenloop / bovenloop vindt de meeste erosie plaats.
A
Benedenloop
B
Bovenloop

Slide 36 - Quiz

Sedimentatie komt vooral voor in de .....
A
Benedenloop
B
Bovenloop

Slide 37 - Quiz