2.1 Soorten Krachten

Lees de grootte van de kracht op de krachtmeter af.
De kracht is...
A
2,5N
B
2,2N
C
2,6N
D
2,8N
1 / 45
next
Slide 1: Quiz
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Lees de grootte van de kracht op de krachtmeter af.
De kracht is...
A
2,5N
B
2,2N
C
2,6N
D
2,8N

Slide 1 - Quiz

This item has no instructions

Zwaartekracht
Veerkracht
Spankracht

Slide 2 - Drag question

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
  • Je kunt beschrijven wat de gevolgen zijn als een kracht op een voorwerp werkt.
  • Je kunt verschillende soorten krachten beschrijven.
  • Je kunt de grootte van een kracht meten.
  • Je kunt de zwaartekracht op een massa berekenen.
  • Je kunt een kracht tekenen door gebruik te maken van de krachtenschaal.
  • Je kunt uitleggen wat het zwaartepunt van een voorwerp is. (p)

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je over krachten?

Slide 5 - Mind map

• zwaartekracht
• spierkracht
• windkracht
• veerkracht
• waterkracht
• magnetische kracht
• mechanische kracht
Samenvatting 3.1 Krachten
De drie effecten van kracht
  • snelheid, richting en vorm (plastisch/elastisch)

Krachten tekenen: 3 regels
  • Aangrijpingspunt, richting en grootte Vector

Zwaartekracht (Fz) en zwaartepunt
  • De aantrekkingskracht van de aarde
  • Denkbeeldig punt waar Fz op een voorwerp aangrijpt

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Je kan een kracht niet zien.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Je kan een kracht niet zien.

je ziet, hoort of voelt alleen het gevolg er van 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

3.1 Krachten herkennen

Eigenschappen:
   * Zijn niet zichtbaar
   * De gevolgen zijn soms zichtbaar

Gevolgen van krachten:
   *  Snelheid
   *  Richting
   *  Vormverandering  
        => Tijdelijk (elastisch)
        => Blijvend (plastisch)

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Soorten vervorming
Een voorwerp kan blijvend vervormd raken. Dit is plastisch, zoals een botsende auto.

Ook kan een voorwerp elastisch vervormen, 
 zoals bij een bal of elastiek. Dan keert het 
zonder de kracht terug naar 
de oorspronkelijke toestand.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Noem verschillende krachten

Slide 15 - Mind map

This item has no instructions

Soorten krachten
Spierkracht (Fspier)
Veerkracht (Fv)
Zwaartekracht (Fz)
Magnetische kracht (Fm)
Spankracht (Fspan)
 

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Spierkracht
  • Kracht van mensen en dieren

  • Onstaat door het spannen van spieren

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Veerkracht
Een veerkrachtig materiaal wil terug in zijn oorspronkelijke vorm.

Veerkracht is een eigenschap

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Spankracht
Een strak gespannen touw, ketting of kabel kan een kracht overbrengen.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Spankracht

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Spankracht en spierkracht

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Magnetische kracht


De kracht van een magneet.

Magnetische krachten kunnen afstoten of aantrekken.

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Zwaartekracht  
Kracht waarmee de aarde
voorwerpen aantrekt.

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Zwaartekracht

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Het zwaartepunt
aangrijppunt van de zwaartekracht

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Zwaartekracht

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Het symbool voor zwaartekracht is
A
F
B
Fz
C
Fg
D
Fs

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Waar zit het aangrijpingspunt van de zwaartekracht en wat is de richting van de zwaartekracht.
A
aangrijpingspunt is in het midden, de richting omlaag
B
aangrijpingspunt is in het midden, de richting omhoog
C
aangrijpingspunt is op de plek waar je de grond raakt, de richting omlaag
D
aangrijpingspunt is op de plek waar je de grond raakt, de richting omhoog

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de eenheid van zwaartekracht?
A
Watt
B
Newton per kilogram
C
Newton
D
Volt

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

Bereken de zwaartekracht van Lotte op de maan. Lotte weegt 69 kg en op de maan is
g=1,6 N/kg.
A
69 N
B
43,1 N
C
110,4 N
D
676,2 N

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

Wrijvingskracht
Ontstaat als twee voorwerpen langs elkaar wrijven;
hierbij ontstaat warmte.

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Elektrische krachten

Heb je bij voorwerpen met electrische krachten.

Een electrische lading oefent kracht uit op andere voorwerpen.

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Soorten krachten

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Krachten tekenen

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Kracht tekenen 

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Krachten tekenen
Krachten tekenen:
  • Aangrijpingspunt
  • Lengte
  • Richting

Zwaartekracht: Fz
  • Zwaartepunt (vaak) midden voorwerp
  • Wijst ALTIJD naar beneden

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Krachtenschaal
Komt overeen met

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Wat hoeft een krachten tekening NIET te hebben?
A
Lengte
B
Dikte
C
Aangrijpingspunt
D
Richting

Slide 40 - Quiz

This item has no instructions

Een steen oefent een kracht uit op de hand van 15 N
Wat is de lengte van de pijl die je moet tekenen?
A
1 cm
B
3 cm
C
5 cm
D
15 cm

Slide 41 - Quiz

This item has no instructions

De schaal van een getekende pijl is 1 cm = 10N. We willen een kracht van 5N tekenen, hoe groot is de pijl?
A
0,5cm
B
2cm
C
0,1cm
D
12cm

Slide 42 - Quiz

This item has no instructions

Je moet een kracht tekenen met een grootte van 600 N.

Welke krachtenschaal is het handigst?
A
1 cm ≙ 0,1 N
B
1 cm ≙ 1 N
C
1 cm ≙ 10 N
D
1 cm ≙ 100 N

Slide 43 - Quiz

This item has no instructions

krachtenschaal 1 cm = 50 N
de krachtenpijl is 5 cm. Hoe groot is de kracht?
A
50 N
B
250 N
C
125 N
D
75 N

Slide 44 - Quiz

This item has no instructions

huiswerk havo
Woensdag 27-11
maken par 2.1: 
1 t/m 9; (in je schrift, tekeningen in je boek) 

Maandag 02-12
(toets bespreken)
test-je-zelf 2.1 (online)

Slide 45 - Slide

This item has no instructions