7.5 + 8.1

Welk van de volgende organismen is autotroof?
A
B
C
D
1 / 13
next
Slide 1: Quiz
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Welk van de volgende organismen is autotroof?
A
B
C
D

Slide 1 - Quiz

Sleep ieder tekstblok naar één van de plekken in dezelfde kleur
Autotroof
Heterotroof
Consument
Producent
Energie uit zonlicht
Energie uit andere organismen

Slide 2 - Drag question

Adder
spitsmuis
sprinkhaan
bosanemoon
Sleep het juiste woord naar één van deze organismen
Ieder organisme krijgt maar maximaal één woord per kleur 
autotroof
heterotroof
herbivoor
omnivoor
carnivoor
predator
prooi

Slide 3 - Drag question

Welk antwoord past het best bij het volgende proces: Het vastleggen van CO2 tot glucose
A
Assimileren, kost energie
B
Assimileren, levert energie op
C
Dissimileren, kost energie
D
Dissimileren, levert energie op.

Slide 4 - Quiz

Waar komt de energie vandaan die planten gebruiken bij het assimileren van koolstofdioxide?

Slide 5 - Open question

Uit welke reactie haalt de plant zijn energie?
A
Fotosynthese (assimileren)
B
Fotosynthese (dissimileren)
C
Verbranding (assimileren)
D
Verbranding (dissimileren)

Slide 6 - Quiz

Waar haalt een autotroof organisme zijn energie vandaan?
A
zichzelf
B
andere organismen
C
de zon
D
geen van bovenstaande

Slide 7 - Quiz

Een voedselketen loopt altijd volgens een vaste opbouw: 
  Producenten 
Reducenten
Consumenten (herbivoor)
Consumenten (carnivoor)

Slide 8 - Drag question

Na het verdwijnen van de zee-otter (toppredator) is de productie van het ecosysteem ...?
A
Toegenomen
B
Afgenomen
C
Gelijk gebleven

Slide 9 - Quiz

De biomassa van welke groep is het sterkst toegenomen als gevolg van het verdwijnen van de toppredator?
A
Producenten
B
consumenten 1e orde (herbivoren)
C
Consumenten 2e orde (carnivoren)
D
Reducenten

Slide 10 - Quiz

Wat zou de beste strategie zijn om het ecosysteem in zijn oude evenwichtssituatie te herstellen
A
Herintroductie kelp
B
Herintroductie zee-otter
C
verwijderen zee-egels
D
Niets doen en wachten

Slide 11 - Quiz

Waarom is het voordelig om meerdere verschillende soorten te hebben op een trofisch niveau in de voedselketen?

Slide 12 - Open question

Waardoor zou de populatie zeehonden niet veranderd zijn als gevolg van het kantelpunt?

Slide 13 - Open question