engels 6.1 6.2

• Engels
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Welcome to English class!

- Find a seat.

- Grab your workbook, notebook and pen. 

- Let's start right away!

Lesson 6.1 & 6.2

who/which/that?
She sent me a reply, ... simply said: "OK".

1. who
2. which
3. that

who/which/that/O?
She was somebody ... always looked happy.

1. who
2. which
3. that
4. O

who, which, that?
Here are some songs ... my mother taught me.

1. who
2. which
3. that

Ik mag who/which/that weglaten in de zin als...

1. de bijzin WEL nodig is om de zin te begrijpen
2. de bijzin NIET nodig is om de zin te begrijpen

Gerund: ww + ing

Gerund = ww + ing (zonder to be er voor)

Als onderwerp, lijdend voorwerp of meewerkend voorwerp.

I am swimming = present continuous

Swimming is good for you = onderwerp

 I was thinking about meeting them = Lijdend/meewerkend voorwerp

When?

Je gebruikt de gerund (ww+ing): als onderwerp van de zin, lijdend voorwerp of meewerkend voorwerp.

• na ww die een mening uitdrukken (hate/ like/ love/enjoy)
• na deze ww start/ begin/ continue/ stop
• na voorzetsels (after/ before/ while/ at etc.)
• na bepaalde uitdrukkingen: It's no use / It's (not) worth it / don't mind / to look forward to

Na een komma gebruik je nooit that

the book that i borrowed from the library is interesting

komma, voor extra informatie eN HOOFDZIN is zonder bijzin nog logisch

zonder komma: essebtiele info, zonder is de hoofdzin niet logisch.

Je mag who,which, that weglaten,

als het geen onderwerp is in de bijzin. 

lijdendvoorwerp is het deel van de zin dat de handleing van het werkwoord ontvangt

Finish the assignments!

1. Finish yesterday’s assignments:2, 3, 4, 5  unit 6.1.

2. Check and correct your work! 

3. Start reading 6.2 / Study vocabulary from 6.1

🔇 Work silently – I will be checking your progress.

get ahead: Maak een verhaal met minimaal 15 woorden van unit 3 vocab. denk aan grammatica gebruiken van dit hoofdstuk zoals 

Read Grammar 

p.127 & 128

Let's get to work!

What? After reading the grammar: Complete exercises 12, 15, 16 and 17

- Exercises 13 & 14 to study the words

How?  Work quietly (Low volume)

Done? Study vocabulary from 6.2 or exercises 13 & 14

get ahead: Maak een verhaal met minimaal 15 woorden van unit 3 vocab. denk aan grammatica gebruiken van dit hoofdstuk zoals