Periode 3 H5

luistervaardigheid tips

LUISTERVAARDIGHEID: TIPS

• Concentreer je tijdens het luisteren
• Let op tijdens de inleiding
• Lees eerst de vraag goed (pas op voor instinkers)
• Luister het hele fragment af
• Maak eventueel korte aantekeningen tijdens het luisteren
• Zoek het antwoord dat helemaal correct is
• Geen zorgen als je vaak achter elkaar dezelfde letter beantwoordt
• Vermijd vage antwoorden

LUISTERVAARDIGHEID: TIPS

• Je antwoord moet de vraag beantwoorden
• Herhaal wat er gezegd wordt in je hoofd
• Leer de signaalwoorden goed
  
• Let op steekwoorden
  
• Oefen met een podcast of radio-uitzending
  

LUISTERVAARDIGHEID: TIPS

Veelvoorkomende vragen

• Welke uitspraak komt overeen met ...
• Wat vindt de spreker van ...
• Hoe reageert de spreker op ...
• Wat is volgens ...
  

signaalwoorden

betekenis, tekstverband, voorbeelzin

actually

1. eigenlijk, in feite
2. tegenstelling
3. voorwaarde
4. voorbeeld

actually (tekstverband)

1. uitbreiding, opsomming
2. tegenstelling
3. vergelijking
4. voorwaarde

also

1. want
2. ook
3. kortom
4. zodra

also (tekstverband)

1. reden
2. tegenstelling
3. uitbreiding, opsomming
4. gevolg

although

1. ook
2. omdat
3. hoewel
4. bijvoorbeeld

although (tekstverband)

1. tegenstelling
2. uitbreiding, opsomming
3. reden
4. gevolg

and

1. bijvoorbeeld
2. echter
3. en
4. sterker nog

and (tekstverband)

1. tegenstelling
2. uitbreiding, opsomming
3. reden, oorzaak
4. gevolg, conclusie

as

1. omdat
2. sterker nog
3. als gevolge van
4. ten minste

as (tekstverband)

1. tijd, volgorde
2. uitbreiding, opsomming
3. reden, oorzaak
4. tegenstelling

as a result of

1. en
2. als gevolge van
3. in feite
4. ondanks

as a result of (tekstverband)

1. uitbreiding, opsomming
2. gevolg, conclusie
3. reden, oorzaak
4. tegenstelling

because

1. nu
2. ooit
3. omdat
4. vergeleken met

because (tekstverband)

1. reden, oorzaak
2. uitbreiding, opsomming
3. tegenstelling
4. voorwaarde

before

1. voor
2. zodra
3. eerst
4. kortom

before (tekstverband)

1. voorbeelden
2. reden, oorzaak
3. tijd, volgorde
4. gevolg, conclusie

both ... and

1. vergeleken met
2. zowel ... als ...
3. dus, daarom
4. in plaats daarvan

both ... and (tekstverband)

1. tijd, volgorde
2. voorbeelden
3. uitbreiding, opsomming
4. vergelijking

but

1. maar
2. zodra
3. aangezien
4. kortom

but (tekstverband)

1. gevolg, conclusie
2. reden, oorzaak
3. voorwaarde
4. tegenstelling

compared to/with

1. ten minste
2. eerder dan
3. vergeleken met
4. toch

compared to/with (tekstverband)

1. reden, oorzaak
2. vergelijking
3. tegenstelling
4. gevolg, conclusie

consequently

1. ondanks
2. vergeleken met
3. aangezien
4. met als gevolg van

consequently (tekstverband)

1. gevolg, conclusie
2. tegenstelling
3. reden, oorzaak
4. voorbeeld

despite

1. want
2. in plaats daarvan
3. ondanks
4. met als gevolg

despite (tekstverband)

1. tijd/volgorde
2. reden
3. uitbreiding, opsomming
4. tegenstelling

examenteksten