H1.2 + H1.3 - Soorten beweging + Kracht en versnelling
Welkom v3j
1 / 29
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3
This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Welkom v3j
Slide 1 - Slide
Lesprogramma
Terugblik H1.1 - Kracht bij beweging
Huiswerk bespreken
H1.2 - Soorten beweging
Afsluiting
Slide 2 - Slide
Zonder kracht geen versnelling!
Aan het einde van deze les kan je...
de resulterende kracht berekenen;
met de resulterende uitleggen wat er gebeurt (versnellen, vertragen) met de beweging.
soorten bewegingen benoemen en uit een (v,t)-diagram aflezen.
SGDC | NATUURKUNDE | PERIODE 2 | 3HV
Slide 3 - Slide
Leerdoelen
❑ Je kunt de resulterende kracht bepalen van twee of meer krachten in één lijn (HAVO) en van twee of meer krachten in verschillende richtingen (VWO)
❑ Je kunt de beweging beschrijven van een voorwerp met een resulterende kracht die nul is
❑ Je kunt uitleggen dat als er een resulterende kracht op een voorwerp werkt,
er een verandering van snelheid plaatsvindt (in waarde en/of richting)
❑ Je kunt de Tweede Wet van Newton gebruiken en toepassen (Fres = ma)
❑ Je begrijpt dat de formule voor zwaartekracht is afgeleid van
Newton’s Tweede Wet
Slide 4 - Slide
Resulterende kracht / Fnet
❑ Je kunt de resulterende kracht bepalen van twee of meer krachten in één lijn
Slide 5 - Slide
Resulterende kracht / Fnet
❑ Je kunt de resulterende kracht bepalen van twee of meer krachten in één lijn
Slide 6 - Slide
Ga naar de PhET simulatie om hiermee te oefenen!
(link in materiaal - periode 1)
Slide 7 - Slide
Eenparige beweging
Wanneer 'Fnet' op een voorwerp nul is, dan is de beweging van dat voorwerp constant (eenparig) of 0 m/s (bijzonder geval)
❑ Je kunt de beweging beschrijven van een voorwerp met een resulterende kracht die nul is
Slide 8 - Slide
Eenparige bewegingen
Wanneer de Fnet op een voorwerp nul is, dan is de beweging van dat voorwerp constant (eenparig) of 0 m/s (bijzonder geval)
❑ Je kunt de beweging beschrijven van een voorwerp met een resulterende kracht die nul is
Slide 9 - Slide
Formules voor snelheid
Formule voor constante snelheid:
Formule voor gemiddelde snelheid:
❑ Je kunt de beweging beschrijven van een voorwerp met een resulterende kracht die nul is
vgem=tΔs
v=ts
Omrekenen van m/s naar km/h of andersom:
Slide 10 - Slide
Niet eenparige beweging
Wanneer Fnet op een voorwerp niet nul is, dan is de beweging niet eenparig. Met andere woorden, het voorwerp versnelt, vertraagt of verandert van richting.
❑ Je kunt uitleggen dat als er een resulterende kracht op een voorwerp werkt, er een verandering van snelheid plaatsvindt (in waarde en/of richting)
Slide 11 - Slide
Newton's Tweede Wet
Een resulterende kracht F zorgt voor een
versnelling a, evenredig met de massa
Fnet=m⋅a
❑ Je kunt de Tweede Wet van Newton gebruiken en toepassen (Fres = ma) en je begrijpt dat de formule voor zwaartekracht is afgeleid van Newton’s Tweede Wet
Slide 12 - Slide
Newton's Tweede Wet
Een speciaal geval van deze wet is die
van de zwaartekracht of 'gewicht'
Fnet=m⋅g
❑ Je kunt de Tweede Wet van Newton gebruiken en toepassen (Fres = ma) en je begrijpt dat de formule voor zwaartekracht is afgeleid van Newton’s Tweede Wet
Slide 13 - Slide
Leerdoelen behaald?
❑ Je kunt de resulterende kracht bepalen van twee of meer krachten in één lijn
❑ Je kunt de beweging beschrijven van een voorwerp met een resulterende kracht die nul is
❑ Je kunt uitleggen dat als er een resulterende kracht op een voorwerp werkt, er een verandering van snelheid plaatsvindt (in waarde en/of richting)
❑ Je kunt de Tweede Wet van Newton gebruiken en toepassen (Fres = ma) en je begrijpt dat de formule voor zwaartekracht is afgeleid van Newton’s Tweede Wet
Slide 14 - Slide
H1.2 Soorten beweging
Aan het einde van deze les kan je...
de resulterende kracht berekenen;
met de resulterende uitleggen wat er gebeurt (versnellen, vertragen) met de beweging.
soorten bewegingen benoemen en uit een (v,t)-diagram aflezen.
SGDC | NATUURKUNDE | PERIODE 2 | 3HV
Slide 15 - Slide
Leerdoelen
❑ Je kent verschillende soorten beweging (eenparig, eenparig versneld/vertraagd)
❑ Je kan verschillende soorten beweging herkennen uit s-t en v-t grafieken
❑ Je kunt de gemiddelde snelheid berekenen met de formule vgem = Δs / t.
❑ Je kunt versnelling berekenen met waarden uit een v-t grafiek of met a = Δv / t (VWO)
❑ Je kunt een afstand-tijd (s-t) grafiek interpreteren en hieruit afstanden aflezen
❑ Je kunt een snelheid-tijd (v-t) grafiek interpreteren en hieruit snelheden aflezen (VWO)
❑ Je kan aan de helling of steilheid van een s-t grafiek de gemiddelde snelheid bepalen
❑ Je kan aan de helling of steilheid van een v-t grafiek de versnelling bepalen (VWO)
Slide 16 - Slide
Soorten bewegingen
Eenparige beweging
Versnelling
Vertraging
Snelheid is constant. De trein legt in elke seconde dezelfde afstand af.
Snelheid neemt toe. De raket legt elke seconde een grotere afstand af.
Snelheid neemt af. De auto remt en legt elke seconde een kleinere afstand af.
❑ Je kent verschillende soorten beweging (eenparig, eenparig versneld/vertraagd)
Slide 17 - Slide
Welke beweging wordt weergegeven in de grafieken?
1
2
3
4
5
6
Slide 18 - Slide
❑ Je kan verschillende soorten beweging herkennen uit s-t en v-t grafieken.
Slide 19 - Slide
Gemiddelde snelheid berekenen
Formule voor gemiddelde
snelheid:
vgem=tΔs
❑ Je kunt de gemiddelde snelheid berekenen met de formule vgem = Δs / t
vgem = gemiddelde snelheid (m/s of km/h)
Δs = verplaatsing of afstand (meters of km)
t = tijdsduur (seconden of uren)
Slide 20 - Slide
Snelheid berekenen uit grafiek
Je kunt ook uit een s,t-diagram de snelheid berekenen.
Zie hier een diagram van een fietstocht. Op de volgende dia's.
tijd (uur)
Slide 21 - Slide
Snelheid berekenen uit grafiek
- Bereken de gemiddelde snelheid in traject 1 + 2.
- Bereken de gemiddelde snelheid in traject 2 + 3.
- Bereken de gemiddelde snelheid in traject 1 + 2 + 3.
tijd (uur)
timer
2:00
Slide 22 - Slide
Snelheid berekenen uit grafiek
- Bereken de gemiddelde snelheid in traject 1 + 2. --> 20 / 1 = 20 km/h
- Bereken de gemiddelde snelheid in traject 2 + 3. --> 40 / 1 = 40 km/h
- Bereken de gemiddelde snelheid in traject 1 + 2 + 3. --> 60 / 1,8 = 33,3 km/h
tijd (uur)
Slide 23 - Slide
Formule voor versnelling (VWO)
Formule voor een constante versnelling:
a=ΔtΔv
❑ Je kunt versnelling berekenen met waarden uit een v-t grafiek of met a = Δv / t
Slide 24 - Slide
Niet constante versnelling
Bij een niet constante versnelling maak je gebruik van de raaklijnmethode:
Bepaal het punt in de grafiek waarop je de versnelling wilt bepalen.
Teken een rechte lijn door het punt, langs de grafiek.
Bereken de versnelling van de "driehoek".
a=ΔtΔv
Slide 25 - Slide
Niet constante versnelling
Bij een niet constante versnelling maak je gebruik van de raaklijnmethode:
Bepaal het punt in de grafiek waarop je de versnelling wilt bepalen.
Teken een rechte lijn door het punt, langs de grafiek.