Rekenen 3.3 en 3.4

Welkom bij 

Rekenen
Rekenen

3.3 en 3.4
1 / 23
next
Slide 1: Slide
RekenenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom bij 

Rekenen
Rekenen

3.3 en 3.4

Slide 1 - Slide

Hoofdstuk 3 
Decimale Getallen

3.1 Optellen en aftrekken met decimale getallen
3.2 Vermenigvuldigen met decimale getallen
3.3 Delen met decimale getallen
3.4 Afronden
3.5 Optellen en aftrekken met negatieve getallen
3.6 Gemengde opdrachten

Slide 2 - Slide

lesdoelen hst 11
- Je leert delen met decimale getallen
- Je leert afronden op gehele getallen en decimalen

Slide 3 - Slide

Decimale getallen delen
1. Maak de schatting
2. Reken het uit zonder komma
3. Plaats de komma terug in de buurt van de schatting

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Decimale getallen delen
1. Maak de schatting
2. Reken het uit zonder komma
3. Plaats de komma terug in de buurt van de schatting

33,5 : 5 =                              

Slide 6 - Slide

Decimale getallen delen
1. Maak de schatting
2. Reken het uit zonder komma
3. Plaats de komma terug in de buurt van de schatting

33,5 : 5 =                                  schatting -> 35 : 5 = 7


Slide 7 - Slide

Decimale getallen delen
1. Maak de schatting
2. Reken het uit zonder komma
3. Plaats de komma terug in de buurt van de schatting

33,5 : 5 =                                  schatting -> 35 : 5 = 7
335 : 5 = 67

Slide 8 - Slide

Decimale getallen delen
1. Maak de schatting
2. Reken het uit zonder komma
3. Plaats de komma terug in de buurt van de schatting

33,5 : 5 = 6,7                           schatting -> 35 : 5 = 7
335 : 5 = 67

Slide 9 - Slide

Wat is de schatting?
27,6 : 4 =
A
6
B
7
C
8
D
9

Slide 10 - Quiz

Wat is de schatting:
48,6 : 6 =
A
6
B
7
C
8
D
9

Slide 11 - Quiz

Reken uit:
34,6 : 100 =
A
0,346
B
3,46
C
34,6
D
346

Slide 12 - Quiz

Reken uit:
3,14 : 0,01 =
A
0,00314
B
0,0314
C
0,314
D
314

Slide 13 - Quiz

Reken uit:
32,0 : 5 =
A
5,3
B
6,4
C
7,5
D
8,6

Slide 14 - Quiz

Zelfstandig werken
Wat
Paragraaf 3.3
Hoe
Zelfstandig zonder rekenmachine
Hulp
Uitleg in boek, zet je microfoon aan en vraag
Tijd
15 min
Klaar?
Paragraaf 3.4
timer
15:00

Slide 15 - Slide

3.4: afronden

Slide 16 - Slide

Je kijkt naar het getal erachter
Voorbeeld: rond 3,1415 af op drie decimalen:
3,142

Slide 17 - Slide

Nog een paar:
4,134 op 2 decimalen --> 4,13
6,164 op 1 decimaal     --> 6,2
74,16724 op 4 decimalen --> 74,1672
90,75 op helen --> 91

Slide 18 - Slide

afronden decimale getallen

Slide 19 - Slide

Rond af op 2 decimalen:
3,1415
A
3,14
B
3,15
C
3,1
D
3,142

Slide 20 - Quiz

Rond af op geldbedragen:
67,976
A
67,97
B
67,98
C
68
D
67,976

Slide 21 - Quiz

Rond af op 3 decimalen:
1230123,12345
A
1230123,123
B
1230123,124
C
1230123,12
D
1230123

Slide 22 - Quiz

Zelfstandig werken
Wat
Paragraaf 3.4
Hoe
Zelfstandig zonder rekenmachine
Hulp
Uitleg in boek, zet je microfoon aan en vraag
Tijd
10 min
Klaar?
Paragraaf 3.6
timer
10:00

Slide 23 - Slide