Financiële Zelfredzaamheid (4e) H3. Huren of toch kopen?

Beco-afspraken
  • ik ben stil als de docent, of een andere leerling, aan het woord is
  • als ik iets wil vragen of zeggen in de klas, steek ik mijn vinger op
  • als ik zelfstandig werk, heb ik alleen fluisterend overleg met mijn buurman/vrouw (en niet met mijn achter buurman/vrouw)
1 / 43
next
Slide 1: Slide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 43 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Beco-afspraken
  • ik ben stil als de docent, of een andere leerling, aan het woord is
  • als ik iets wil vragen of zeggen in de klas, steek ik mijn vinger op
  • als ik zelfstandig werk, heb ik alleen fluisterend overleg met mijn buurman/vrouw (en niet met mijn achter buurman/vrouw)

Slide 1 - Slide

Financiële zelfredzaamheid
1. De Toekomst
  • studeren moet renderen
  • schade- en levensverzekeringen
2. Consumptieve kredieten
  • consumptief krediet, persoonlijke lening, doorlopend krediet en rood staan
  • huurkoop en koop op afbetaling, leasen
3. Huren of toch kopen?
  • huren of het kopen van een woning
4. Hypotheken
  • hypothecaire lening, lineaire en annuïtaire hypotheek
  • hypotheekrenteaftrek

Slide 2 - Slide

Week 48 (vanaf 24 november 2025)
Hoofdstuk 3. Huren of toch kopen?
  • actualiteit (Woningcrisis oplossen? 'Eigendom is niet heilig')
  • terugblik vorige les (consumptieve kredieten)
  • opdracht 2.6 t/m 2.11 klassikaal bespreken
  • leerdoelen
  • instructie (huren of toch kopen?)
  • filmpje (een woning kopen of huren?, wat doen de jongeren?)
  • weektaak: 3.1 t/m 3.6 en 3.7 t/m 3.12 (Financiële Zelfredzaamheid)

Slide 3 - Slide

Terugblik (consumptieve kredieten)

Slide 4 - Slide

Leasen
Leasen is een financieringsvorm om bedrijfsmiddelen aan te schaffen (vaak tussen bedrijven, business to business, B2B). Hierbij betaal je een termijnbedrag in ruil voor het gebruik van een duurzaam product (zoals een bedrijfsauto).

Private lease is leasen tussen bedrijven en consumenten
(bijvoorbeeld van auto's: onderhoud niet zelf betalen,
enkel brandstof en boetes).


Slide 5 - Slide

Lease (operational / financial)
Operational lease
  • tussentijds opzegbaar
  • verhuurder is eigenaar (ook voor onderhoud)
  • na afloop contract geef je het goed vaak weer terug
  • je wordt geen eigenaar

Financial lease
  • niet tussentijds opzegbaar
  • verhuurder is eigenaar, maar huurder is economisch eigenaar (huurder betaalt onderhoud)
  • je wordt juridisch eigenaar als je een bedrag betaalt aan het eind van de periode


Slide 6 - Slide

Opdracht 2.6 t/m 2.8

Slide 7 - Slide

Opdracht 2.9-2.11

Slide 8 - Slide

Leerdoelen H3. Huren of toch kopen?
  • Ik kan de begrippen op pagina 23 omschrijven (zie ook LWEO). 
  • Ik kan de financiële gevolgen van de keuze voor het huren of kopen van een woonhuis uitleggen en berekenen.
  • Ik kan de voor- en nadelen van huren vergeleken met kopen noemen.
  • Ik kan de functie van de verschillende partijen op de hypotheekmarkt noemen.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Prijsindex huizen
Nominaal IndexCijfer = geld
Reëel IndexCijfer = koopkracht (gecorrigeerd met de inflatie)

Opdracht:
Bereken tussen juni 2020 en juni 2025 de nominale stijging in %:
  • nominaal indexcijfer = 100 → 150
  • procentuele verandering = (N - O)/O x 100
  • stijging in % = (150 - 100)/100 x 100 = 50%
timer
1:00

Slide 11 - Slide

Kopen of huren
Kijkvraag:
Een woning kopen of huren? Wat doen de jongeren?

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Kopen of huren
Kijkvraag:
Een woning kopen of huren? Wat doen de jongeren?
  • jongeren huren vooral
  • kopen is te duur
  • dat is op korte termijn, maar op de lange termijn? 

Slide 14 - Slide

Huurmarkt Groningen (aanbod)

Slide 15 - Slide

Huren

Slide 16 - Slide

Sociale huur
Je komt in 2025 in aanmerking voor sociale huurwoning bij een inkomen tot € 49.669 (1-persoons huishouden) of tot € 54.847 (meer-persoons huishouden).
  • de kale huur is maximaal € 900,77 per maand in 2025
  • aantal punten die zijn toegekend door de woningcorporatie bepaald de maximale huur
  • huurtoeslag afhankelijk van je inkomen


Slide 17 - Slide

Rechten en plichten huurder
Plichten van de huurder
  • op tijd de huur betalen
  • aan regelgeving houden (geen hennepkwekerij, reparaties toestaan en dagelijks onderhoud)
  • huur uiterlijk 1 maand van te voren opzeggen
  • woning in originele staat opleveren bij verlaten woning (tenzij verbeterd)

Rechten van de huurder
  • woongenot en privacy, verhuurder mag niet zonder toestemming naar binnen
  • huurbescherming, verhuurder kan niet zomaar huur opzeggen

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Les & Weektaak
  • wat: opdracht 3.2 (pagina 18) en 3.6 (pagina 20) in de les
  • hoe: fluisterend overleg met buurman / buurvrouw mag
  • hulp: buurman / buurvrouw of steek je vinger op
  • tijd: tot 1 minuut voor einde les
  • uitkomst: zo ver mogelijk
  • klaar: ga verder je weektaak opdracht 3.1 t/m 3.12

Slide 20 - Slide

Week 48 (vanaf 24 november 2025)
Hoofdstuk 3. Huren of toch kopen?
  • actualiteit (verkochte huurwoningen blijft stijgen, 'goed voor starters')
  • terugblik vorige les
  • opdracht 3.2 en 3.6 klassikaal bespreken
  • leerdoelen
  • instructie (huren of toch kopen?)
  • filmpje (huren of kopen?, even vergelijken!)
  • weektaak: 3.1 t/m 3.6 en 3.7 t/m 3.12 (Financiële Zelfredzaamheid)

Slide 21 - Slide

Terugblik (kopen)
Nominaal IndexCijfer = geld
Reëel IndexCijfer = koopkracht (gecorrigeerd met de inflatie)

Opdracht:
Bereken tussen juni 2020 en juni 2025 de nominale stijging in %:
  • nominaal indexcijfer = 100 → 150
  • procentuele verandering = (N - O)/O x 100
  • stijging in % = (150 - 100)/100 x 100 = 50%
timer
1:00

Slide 22 - Slide

Terugblik (huren)

Slide 23 - Slide

Opdracht 3.2 en 3.6

Slide 24 - Slide

Leerdoelen H3. Huren of toch kopen?
  • Ik kan de begrippen op pagina 23 omschrijven (zie ook LWEO). 
  • Ik kan de financiële gevolgen van de keuze voor het huren of kopen van een woonhuis uitleggen en berekenen.
  • Ik kan de voor- en nadelen van huren vergeleken met kopen noemen.
  • Ik kan de functie van de verschillende partijen op de hypotheekmarkt noemen.

Slide 25 - Slide

Kopen
Hoe staat de woningmarkt ervoor in 2025?

In 2025 zien we een gemengde situatie:
  • huizenprijzen zijn in veel regio’s gestabiliseerd na jaren van forse stijgingen
  • hypotheekrente (kosten) blijft relatief laag, maar verschilt sterk per aanbieder
  • hypotheekrenteaftrek wordt mogelijk verder afgebouwd
  • beschikbaarheid (aanbod) van woningen blijft een groot probleem, vooral voor starters
  • nieuwbouwprojecten lopen vertraging op door stijgende bouwkosten en regelgeving

Slide 26 - Slide

Partijen
 Voor het kopen van een huis kom je in aanraking met veel verschillende partijen:
  • makelaar, bemiddelt voor verkopende of aankopende partij, courtage: 1 tot 2 % aankoopsom
  • hypotheekadviseur: € 2.250
  • kredietvertrekker
  • taxateur: € 800
  • notaris: € 1.000

Slide 27 - Slide

Netto woonlasten koopwoning

Slide 28 - Slide

Overheidsinstanties

Slide 29 - Slide

Huren of kopen
Kijkvraag:
 Huren of kopen? Even vergelijken!

Op welke 4 punten wordt huren of kopen vergeleken?

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Video

Huren of kopen
Kijkvraag:
 Huren of kopen? Even vergelijken!

Op welke 4 punten wordt huren of kopen vergeleken?
  • onderhoud (en verbouwing)
  • vaste lasten (en opzegging)
  • gemeentebelastingen
  • eigendom

Slide 32 - Slide

Voordelen kopen of huren
 Voordelen kopen
  • je bouwt vermogen op via aflossing of via waardestijging van de woning
  • je bent eigen baas, je kunt het huis aanpassen naar eigen smaak
  • hypotheekrenteaftrek

Voordelen huren
  • korte opzegtermijn
  • onderhoudskosten en reparatiekosten zijn voor de verhuurder
  • mogelijk krijg je huurtoeslag


Slide 33 - Slide

Huren of kopen?

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Les & Weektaak
  • wat: opdracht 3.11 (pagina 22) en 3.12 (pagina 23) in de les
  • hoe: fluisterend overleg met buurman / buurvrouw mag
  • hulp: buurman / buurvrouw of steek je vinger op
  • tijd: tot 1 minuut voor einde les
  • uitkomst: zo ver mogelijk
  • klaar: ga verder je weektaak opdracht 3.1 t/m 3.12

Slide 37 - Slide

Dagopening

Burgerschapsvragen:
  • Zorg voor de wereld en Toekomst
  • Duurzamer Samenleven
  • Rechten en Verantwoordelijkheden
  • Conflicthantering en Communicatie 

Discussievragen:
  1. Is de energietransitie een sterkte of een zwakte van Europa?
  2. Is de energietransitie een (economische) kans of een bedreiging voor Europa?






2. Welke marketinginstrumenten (marketingmix) worden genoemd (de 4 P's)?

Slide 38 - Slide

Opdracht 3.2 en 3.6

Slide 39 - Slide

SO
Wat: Financiële Zelfredzaamheid hoofdstuk 1 t/m 3
Wanneer: maandag 8 december 1e uur
Hoe: online (open vragen mogen op papier)
Inhoud: 14 meerkeuzevragen (14 punten)
                  6 open vragen (11 punten, vooral berekeningen)

Slide 40 - Slide

Magister (ELO bronnen)






Al jullie lesmateriaal economie staat online op:

Slide 41 - Slide

Begrippenzoeker (LWEO)





De uitleg van alle begrippen staan online op:

Slide 42 - Slide

Les & Weektaak
  • wat: opdracht 1.5 (zelftest pagina 8) in de les
  • hoe: fluisterend overleg met buurman / buurvrouw mag
  • hulp: buurman / buurvrouw of steek je vinger op
  • tijd: tot 1 minuut voor einde les
  • uitkomst: zo ver mogelijk
  • klaar: ga verder je weektaak opdracht 2.8 (zelftest pagina 16) en  3.5 (zelftest pagina 24)

Slide 43 - Slide