H4 unit 3 Gerund + present perfect continuous

Overzicht periode 2
Toetsweek Unit 3:
- vocabulary unit 3
- onregelmatige werkwoorden
-  Gerund
- past perfect continuous en present perfect continuous
- Passive
- Future (herhaling)
- Past simple/past continuous (herhaling)
- Present simple/present continuous (herhaling)
1 / 22
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Overzicht periode 2
Toetsweek Unit 3:
- vocabulary unit 3
- onregelmatige werkwoorden
-  Gerund
- past perfect continuous en present perfect continuous
- Passive
- Future (herhaling)
- Past simple/past continuous (herhaling)
- Present simple/present continuous (herhaling)

Slide 1 - Slide

Gerund

Slide 2 - Slide

Gerund
Je gebruikt de '-ing vorm' als een soort zelfstandig naamwoord:

 1. Als het onderwerp van de zin.
Example: Biking in the mall is forbidden. 

2. Na voorzetsels. (kastwoorden)
Example: She's fond of cycling.

3. Na werkwoorden die zeggen hoe je iets vindt. (like, love, hate, enjoy, etc.)
Example: I love going to the movies. 

Slide 3 - Slide

Gerund 
Je gebruikt de '-ing vorm' ook als een soort zelfstandig naamwoord:

1. Na werkwoorden die 'begin', 'einde', of 'doorgaan' aangeven. (start, begin, finish, go on, etc.)
    Example: Everybody had finished writing
2. Na een aantal andere werkwoorden. (delay, postpone, put off, imagine, consider, avoid, etc) 
       Example: I put off learning vocabulary for a whole week.
3. Na een aantal uitdrukkingen. (it's no good, it's no use, it's worth, can't help, to be busy, etc)
     Example: She can't help singing all day long. 

Leer al deze werkwoorden en uitdrukkingen op blz. 64 en 65 van je kleine boekje

Slide 4 - Slide

Uitzondering
Na onderstaande werkwoorden kan je ook het hele werkwoord met 'to' gebruiken.
  1. Start
  2. Begin
  3. Continue 
  4. Like
  5. Love
  6. Hate
  7. Prefer

Bijvoorbeeld: I hate getting up early / I hate to get up early. (de betekenis is hetzelfde)

Slide 5 - Slide


....(write) in English is easy.

Slide 6 - Open question


I love ... (go) out to restaurants.

Slide 7 - Open question

That make-up product isn't worth ... (buy)

Slide 8 - Open question

I'm looking forward to ... (receive) your letter.

Slide 9 - Open question


My mother considers ... (leave) Rob.

Slide 10 - Open question


They suddenly stopped ... (run).

Slide 11 - Open question

Present perfect continuous
Form:
have / has + been + verb + ing

Benadruk hoe lang iets duurt 
How long have you been waiting? 

Net als de present perfect is er een link met het HEDEN!

Slide 12 - Slide

Present perfect 
- benadrukt geen tijdsduur
I have had a cat. 

Nadruk ligt op het resultaat 
He has just walked 10 km and he is still tired
Present perfect continuous
- benadrukt tijdsduur
I have been living here since 2 years, but never went to Rotterdam.

Nadruk ligt op de activiteit
He has been walking marathons since he was 9 and he always wins.

Slide 13 - Slide

Use present perfect continuous. We ................(work) on this assignment for ages.

Slide 14 - Open question

Use the present perfect continuous. The teacher ................(talk) for 35 minutes.

Slide 15 - Open question

Past Perfect Continuous

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Wanneer te gebruiken

  • Vaak samen met de Past Simple.
  • Nadruk op dat het een tijdje aan de hand was. 
  • Resultaat in het verleden. 

Slide 18 - Slide

Use past perfect continuousThey ___ (talk) for over an hour when Samantha arrived.

Slide 19 - Open question

Use past perfect continuousHer neighbour had a party last night so she ___ (not sleep).
[uitschrijven!]

Slide 20 - Open question

Use past perfect continuous. We ___ (try) to open the door for ages when Jane finally found her key.

Slide 21 - Open question

DO: unit 3 
- Gerund: m. 3.1 - 19
- present & past perfect continuous: m. 3.2 - 16

L deze weel: unit 3 words lesson 1 + lesson 2

Slide 22 - Slide