What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
5.5 Het scooterhuis
Economie
3 VMBO-B
paragraaf: 5.5
De Scooterhuis
1 / 48
next
Slide 1:
Slide
Economie
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 3
This lesson contains
48 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Economie
3 VMBO-B
paragraaf: 5.5
De Scooterhuis
Slide 1 - Slide
Lesdoel:
In deze paragraaf leer je waardoor de
nettowinst kan stijgen.
Slide 2 - Slide
Theorie
& introductievragen
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Wat doet Jenny in haar bedrijf?
Slide 5 - Open question
Hoe denkt ze over de nettowinst van haar bedrijf?
Slide 6 - Open question
Bekijk het diagram in het achterwiel (afb. 39).
Hoeveel procent nettowinst is normaal in
tweewielerbedrijven?
Slide 7 - Open question
Bekijk het diagram in het voorwiel. Hoeveel procent
nettowinst maakt Jenny’s scooterhuis?
Slide 8 - Open question
Waarom is Jenny niet tevreden over haar percentage
nettowinst?
Slide 9 - Open question
Slide 10 - Slide
Bekijk afbeelding 40. Hoeveel gaat de prijs van een scooter omhoog als ze het dure prijskaartje op de scooter zet?
Slide 11 - Open question
Wat gebeurt er met de nettowinst per scooter na een prijsverhoging?
Slide 12 - Open question
Stel, Jenny verkoopt na de prijsverhoging evenveel scooters als er voor. Wat gebeurt er dan met de nettowinst van haar bedrijf?
Slide 13 - Open question
Bekijk afbeelding 41. Welke nare gevolgen kan een prijsverhoging hebben?
Het wordt ........ in de winkel.
De afzet van scooters ........ .
(2 antwoorden aanvinken)
A
drukker
B
stiller
C
daalt
D
stijgt
Slide 14 - Quiz
Bekijk afbeelding 40 nog een keer. Jenny zet het goedkoopste prijskaartje op de scooter. Hoeveel gaat dan de prijs omlaag?
Slide 15 - Open question
Wat gebeurt er met de nettowinst per scooter na een prijsverlaging?
Slide 16 - Open question
Na een prijsverlaging kan de nettowinst van haar bedrijf toch stijgen. Wat moet er dan gebeuren?
Slide 17 - Open question
Slide 18 - Slide
Hoeveel procent van de verkoopopbrengst is nodig
voor de inkoop bij tweewielerbedrijven?
Slide 19 - Open question
Bekijk het voorwieldiagram (afb. 39). Hoeveel procent van de verkoop is nodig voor de inkoop van het scooterhuis van Jenny?
Slide 20 - Open question
Waarom zal Jenny dat percentage te hoog vinden?
Slide 21 - Open question
Bekijk afbeelding 43. Waarom belt Jenny met haar dealer?
Slide 22 - Open question
Welke aantekening maakt de dealer?
Slide 23 - Open question
Als Jenny goedkoper inkoopt:
• ............ de brutowinst;
• blijft er ............. nettowinst over.
(2 antwoorden aanvinken)
A
daalt
B
stijgt
C
meer
D
minder
Slide 24 - Quiz
Slide 25 - Slide
Bekijk afbeelding 39. Wat is het percentage bedrijfskosten bij tweewielerbedrijven?
Slide 26 - Open question
Wat is het percentage bedrijfskosten bij Jenny?
Slide 27 - Open question
Wat zal ze denken over haar percentage bedrijfskosten?
Slide 28 - Open question
Jenny wil haar bedrijfskosten verlagen. Wat gebeurt
er met de nettowinst als de bedrijfskosten dalen?
Slide 29 - Open question
Ze onderzoekt hoe haar bedrijf op de kosten kan bezuinigen. Welke twee mogelijkheden onderzoekt ze?
Slide 30 - Open question
Slide 31 - Slide
Welke functie heeft Daniël?
Slide 32 - Open question
Hoe doet hij zijn werk?
Slide 33 - Open question
Jenny wil besparen op de loonkosten. Wat betekent dat voor Daniël?
Slide 34 - Open question
Bekijk afbeelding 44. Stel, Daniël neemt ontslag.
En Jenny neemt een leerling-monteur in dienst. Wat betekent dit voor de loonkosten?
Slide 35 - Open question
Waarom zullen de klanten niet tevreden zijn?
Slide 36 - Open question
Door ontevreden klanten:
• ............. de omzet;
• ................ de nettowinst
(2 antwoorden aanvinken)
A
daalt
B
stijgt
C
daalt
D
stijgt
Slide 37 - Quiz
Jenny zal de loonkosten niet verlagen. Waarom niet, denk je?
Slide 38 - Open question
Slide 39 - Slide
Jenny’s scooterhuis heeft een eigen website.
Waarvoor gebruikt ze de website?
Slide 40 - Open question
In welk blad adverteert Jenny?
Slide 41 - Open question
Bekijk afbeelding 45. Welke vereniging sponsort Jenny?
Slide 42 - Open question
Hoe verlaagt Jenny haar verkoopkosten?
Slide 43 - Open question
Waarom kost deze besparing Jenny geen klanten?
Slide 44 - Open question
Wat heb je geleerd?
Slide 45 - Slide
Geef hier aan wat je geleerd hebt deze les.
Slide 46 - Open question
Wat heb je nog niet goed begrepen en waar wil je graag nog uitleg over?
Slide 47 - Open question
Meneer Richard!
Slide 48 - Slide
More lessons like this
6.3 Winst of verlies?
November 2018
- Lesson with
26 slides
by
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 3
Eieren voor je geld
6.3 Hoe maak je winst?
December 2018
- Lesson with
28 slides
by
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Eieren voor je geld
leerjaar 4 Economie Hst 3 les 1
September 2022
- Lesson with
10 slides
Economie
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 4
3.2 Winst of verlies?
August 2018
- Lesson with
39 slides
by
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
Eieren voor je geld
Hoofdstuk 3 - Ben jij ondernemend?
January 2025
- Lesson with
44 slides
Economie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
leerjaar 4 Economie Hst 3 paragraaf 2
November 2018
- Lesson with
11 slides
Economie
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 4
3.2 Hoeveel levert het op?
August 2018
- Lesson with
44 slides
by
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Eieren voor je geld
Economisch bekeken - H1.5 Het scooterhuis (K) en H1.4 Meer nettowinst (B)
November 2023
- Lesson with
15 slides
Economie
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 4