start leesboek en discussie deel 2

1 / 33
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Welkom
Op tafel:  
laptop, kern-boek

(telefoon in tas, oortjes uit, jas uit... je weet wat je moet doen )

Lezen of NUMO in STILTE

timer
10:00

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat zijn ook alweer de regels?

Slide 3 - Open question

This item has no instructions

Hoe gaat het vandaag?
😒🙁😐🙂😃

Slide 4 - Poll

This item has no instructions

Agenda 

1. Numo (al gedaan)
2. Leesboek
3. Discussie

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Aan het einde van deze les
- Weet je hoe je aan je leesboek moet beginnen 
- Heb je gewerkt aan je NUMO
- Heb je aantekeningen en oefeningen gemaakt mbt discussie/debat
--> Zelf exit-ticket inleveren met wat je nog wil leren en wat je hebt geleerd

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Oefeningen bij je leesboek Het Gouden EI

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Geef drie tips aan je klasgenoot hoe je het beste je leesboek kan lezen

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Ik weet waar het Gouden EI over gaat en hoe ik het beste kan lezen
😒🙁😐🙂😃

Slide 9 - Poll

This item has no instructions

      Aan het einde van de les 


Heb je geleerd wat een argument is en wanneer een argument sterk is of niet

Weet je wat discussieprogramma's zijn 

Herken je meningen en feiten in een filmpje




Slide 10 - Slide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.      
Sterk/zwak argument?
Ik moet een andere jas, want deze is uit de mode
A
Sterk
B
Zwak
C
Redelijk

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Sterk/zwak argument?
Ik moet meer geld krijgen van de overheid, want ik ben zielig.
A
Sterk
B
Zwak
C
Redelijk

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Wanneer is een argument een sterk argument?

Argumenten zijn feitelijk
Je kunt bronnen noemen 
Ze zijn lastig te weerleggen 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Wanneer is een argument een zwak argument?

Argumenten zijn niet-feitelijk (gevoel, mening etc.)
Je kunt geen bronnen of ander bewijs geven
Ze zijn heel makkelijk te weerleggen

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Het zijn natuurlijk allang niet alleen maar programma's. TikTok, YouTube, Instagram staan vol met filmpjes waarin mensen proberen je te overtuigen.....

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Geef een voorbeeld (incl. link of screenshot) van een filmpje dat je de afgelopen dagen hebt gezien waar mensen je proberen te overtuigen.

Slide 17 - Open question

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

This item has no instructions


Lees en maak uit Kern 

Lees hoofdstuk 19 en maak vraag 2 + 4 - blz. 42 
Lees hoofdstuk 20 en maak   vraag 6 -  blz. 45
timer
7:00

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Vraag 2 + 4 hst 19 
2. Bijvoorbeeld: In het programma ‘Zendtijd voor Politieke Partijen’ kunnen politieke partijen hun boodschap overdragen via radio- en televisie. 

4. B, D, F

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Zoek en schrijf op in je schrift 
Onderwerp
Hoofdgedachte
Standpunt
Argument 

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Onderwerp 

Onderwerp =  waar een tekst over gaat

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Hoofdgedachte
  • Het belangrijkste wat er over het onderwerp wordt gezegd is de hoofdgedachte.

  • een hele zin, maar geen vraagzin!

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Standpunt + argumenten
In een debat ondersteunen mensen hun standpunt met argumenten. Een standpunt is je mening.

Een argument is een uitleg waarom iemand iets vindt.
Argumenten worden vaak aangegeven met één van deze woorden (signaalwoorden):

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Slide 30 - Video

This item has no instructions

Slide 31 - Video

This item has no instructions

Weet je nu ...???????
Heb je geleerd wat een argument is en wanneer een argument sterk is of niet

Weet je wat discussieprogramma's zijn
Herken je meningen en feiten in een filmpje

Waar zou je nog aan willen werken? De volgende keer gaan we het lager huis naspelen.

Slide 32 - Slide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.      
Aan het einde van deze les
- Weet je hoe je aan je leesboek moet beginnen 
- Heb je gewerkt aan je NUMO
- Heb je aantekeningen en oefeningen gemaakt mbt discussie/debat
--> Zelf exit-ticket inleveren met wat je nog wil leren en wat je hebt geleerd

Slide 33 - Slide

This item has no instructions