4.2 Gemiddelde snelheid

Vandaag
in het leerhuis maken we 4.1, je hebt hier 15 min voor. 

Klaar? Laat aftekenen. Je hebt dit keer alle aftekeningen nodig voor een 0,5 pnt op de toets. 

Klaar? Volg deze LU verder voor de uitleg van 4.2. En maak de opdrachten. 
1 / 18
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Vandaag
in het leerhuis maken we 4.1, je hebt hier 15 min voor. 

Klaar? Laat aftekenen. Je hebt dit keer alle aftekeningen nodig voor een 0,5 pnt op de toets. 

Klaar? Volg deze LU verder voor de uitleg van 4.2. En maak de opdrachten. 

Slide 1 - Slide

4.2                                               

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Felix Baumgartner
Je zag net een filmpje van Felix Baumgartner die in 2012 een recordpoging deed om de geluidsbarriere te doorbreken. Deze poging was succesvol. 

Hij sprong hierbij van meer dan 39 km naar beneden, gemeten werd 39,045 km. In de vrije val die 4 minuten en 19 seconden duurde, behaalde hij als gevolg van de ijle lucht een recordsnelheid van 1357 km/u

Slide 5 - Slide

Km/h naar m/s
1375 km/h, hoeveel meter legt Felix dan af per seconde?

Daar is een hele simpele
regel voor:
1375 km/h : 3,6 = 381,94 m/s

Slide 6 - Slide

Snel
381,94 meter per seconde. 

Dus dat is sneller dan de geluidssnelheid 
want die is
 

je doorbreekt dan de geluidsbarriere
343 m/s in lucht

Slide 7 - Slide

Snelheid
De gemiddelde snelheid bereken je door de 
afstand te delen door de tijd. 





s = afgelegde weg of afstand in meter
t = tijd in seconde
vgemiddeld=tijdafgelegdeweg=ts

Slide 8 - Slide

Gemiddelde snelheid berekenen
v = snelheid (km/h of m/s)
s =  afstand (km of m)
t = tijd (h of s)

Slide 9 - Slide

Wat is de formule om gemiddelde snelheid te berekenen
A
snelheid =afstand : tijd
B
snelheid = tijd : afstand
C
tijd = snelheid x afstand

Slide 10 - Quiz

Wat betekent gemiddelde snelheid?
A
Dat het de werkelijke snelheid is op het moment zelf.
B
Een snelheid die is berekend over een bepaalde afstand en tijd.
C
De snelheid die je hebt op het midden van de afstand

Slide 11 - Quiz

Henk fietst 40 kilometer in 2,5 uur. Wat was zijn gemiddelde snelheid?
A
16 km/h
B
20 km/h
C
18 km/h
D
14 km/h

Slide 12 - Quiz

Je fietst 7 km in 0,5 uur. Wat is je gemiddelde snelheid?
A
3,5 km / h
B
3,9 m / s
C
14 km / h
D
iets anders

Slide 13 - Quiz

Reken de duur (tijd) van de fietstocht uit:

Fietsroute: 24 kilometer lang
Gemiddelde snelheid: 12 kilometer per uur

A
2 uur
B
20 minuten
C
3 uur
D
30 minuten

Slide 14 - Quiz

Na de start bereikt de TGV (hoge snelheids trein) in 3 minuten een snelheid van 88,4 m/s.

Bereken de gemiddelde snelheid in m/s
A
29,4 m/s
B
264,9 m/s
C
44,2 m/s

Slide 15 - Quiz

Een schaatser sprint de 500 meter in 35 seconden. Was is zijn gemiddelde snelheid in km/h ongeveer?
A
14 km/h
B
51 km/h
C
35 km/h
D
26 km/h

Slide 16 - Quiz

Je woont 3 km van school, je fietst er 10 minuten over. Wat is je gemiddelde snelheid in km/u ?
A
30 km/u
B
18 km/u
C
Geen idee
D
Ander antwoord

Slide 17 - Quiz

Maak de opdrachten van 4.2
Niet af? De weektaak is 4.1 en 4.2 zijn de weektaak, dus zorg ervoor dat het af is. 

Maandag weektaak controleren, niet af is blijven. 

Slide 18 - Slide