Zinsvolgorde (woorden straat)

• NT2
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 1

Deel 2: 

zinnen met vervoer

" Ik fiets naar school. " 

Hoe maak je zinnen? 

Ik

vandaag

loop

naar school

altijd

zwemt

De zwaan

in de sloot

met de auto

zij

komt

vandaag

met de trein

Wij

naar school

komen 

De juf

met de auto

naar Rotterdam

is

is

kapot

van de baas

De fiets

naar Zwolle

De leerlingen 

voor de trein

betalen 

De bloembak

in de tuin

staat

morgen

Ik

gooi

het afval

in de afvalbak

met een bal

de kinderen

elke middag

spelen

op het grasveldje

op het terras

mooi

De stoelen

staan

Maak zelf een zin:
straat

Maak zelf een zin:
rotonde