Les 28: Conflicten

• Mentorles
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 2

Introduction

Leerlingen ervaren hoe het is om in een conflict betrokken te zijn en ze denken na over het oplossen van een conflict

Instructions

Les 28.pdf

Worksheets

Les 28.pdf

Conflicten

Les 28

Aan het eind van deze les...
• vertel ik hoe het is om een conflict te hebben,
• kan ik uitleggen hoe ik een conflict kan oplossen.

Omgaan met gevoelens:
Ik kan na een probleem bespreken wat er gebeurde

Bespreek met de leerlingen wat ze aan het einde van deze geleerd hebben.

Naspelen

We gaan oefenen

Hoe werkt het?

Instructie

Let op! Nu komt er uitleg

Doe activiteit

We gaan aan het werk

Schrijf opdracht

Opdracht uit de Baaz-map

Afronding

Gezamenlijke afsluiten

Kijken

Goede kijkhouding

Luisteren

Goede luisterhouding

Overleggen

Met elkaar overleggen

Groepsgesprek

Met elkaar in gesprek

Bespreek en herhaal de picto's die terugkomen in de les.

Mochten de leerlingen deze al goed kennen, kun je dit overslaan.

Les 28 - Conflicten

Gesprek 

Opdracht

Werkblad invullen

Afronding

Bespreek met de leerlingen de planning van de les, wijs ze hierbij ook op de picto's bij de verschillende onderdelen

Mochten leerlingen de picto's niet meer weten, ga terug naar de vorige dia

Ik heb weleens ruzie

Ja

Nee

Poll:

Met devices:

Leerlingen geven antwoord op de vraag.

Zonder devices:

Leerlingen plakken een post it bij hun antwoord ja of nee.

Actieve variant:

• Hang een A4 met Ja en A4 met Nee in het lokaal.
• Laat de leerlingen bij hun antwoord keuze gaan staan.

Bespreek nav de uitkomst:

• Waar ging de ruzie over?
• Hoe wordt het opgelost?
• Wanneer ben je tevreden?
• Wat doe je als je er samen niet uitkomt?
• Heb je ook weleens bijna ruzie gekregen?
• Hoe kon je voorkomen dat het een echte ruzie werd?

Groepsopdracht

Spelregels:
• Je krijgt 1 opdracht kaartje

• Je leest je eigen opdracht (niemand mag meelezen)

• Je hebt respect voor het materialen (niets stuk maken)

• Je hebt respect voor elkaar (elkaar geen pijn doen)

• Je hebt 5 minuten om de opdracht uit te voeren

Groepsopdracht:

Zorg voor voldoende kaartjes met opdrachten.

• Lees en bespreek met de leerlingen de spelregels.
• Laat ze evt. de spelregels in eigen woorden vertellen.
• Geef een duidelijk startteken, zet de timer op 5 minuten.
• Kijk wat de leerlingen doen en of ze uit zichzelf gaan overleggen met elkaar.
• Afhankelijk van hoe de opdracht uitgevoerd wordt, kan het spel gestopt worden om te bespreken wat er gebeurt.
• Hoe kan het opgelost worden?
• Op welke manier is iedereen (een beetje) tevreden?
• Probeer door het stellen van vragen leerlingen zelf met oplossingen te laten komen. 

Werkblad

Werkblad:

De leerlingen vullen zelfstandig of in 2 tallen het werkblad in. 

Zo voorkom ik een conflict

Open vraag:

Met devices:

Laat de leerlingen de open vraag beantwoorden. 

Zonder devices:

Laat leerlingen op een post it de antwoorden opschrijven en op het bord plakken.

Bespreek de antwoorden van de leerlingen.

Tips

oplossen conflict

Woordweb:

Met devices:

Laat de leerlingen hun tips noteren voor het oplossen van een conflict.

Zonder devices:

Laat de leerlingen op een post it hun tips noteren om een conflict op te lossen. De post its plakken ze op het bord.

Bespreek de antwoorden van de leerlingen.