3HV verbes présent-passé composé

3HV grammaire unité 1 - verbes
1 / 28
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

3HV grammaire unité 1 - verbes

Slide 1 - Slide

WERKWOORDEN

avoir
être
ww op -er (F)

onregelmatige ww (F)
faire prendre
sortir partir
aller venir
TIJDEN

présent
tegenwoordige tijd 
> ik eet

passé composé
voltooide tijd  
> ik heb gegeten

Slide 2 - Slide

Wat moet je kunnen?
1   (jullie zijn)                        ......................... en retard, allez vite!

2   (heb jij gehad)             ............................ de bonnes vacances?

3  (hij woont)                       ........................... dans la même rue.             habiter

4 (jij hebt gereisd)           Pierre, ........................ à la Réunion?             voyager


Slide 3 - Slide

5 J'ai ................ le train à 8h du matin.     prendre - volt. deelwoord


6 Vous êtes .................. à quelle heure?       partir - volt. deelwoord

7 Marc............................ ses devoirs.  faire (ne...pas) - volt. tijd

8 Michelle ............................ au cinéma. aller - volt. tijd

Slide 4 - Slide

Wat moet je weten?
avoir  p. 150 par. 8.5.2
être p. 151 par. 8.5.4
verbes -er 

 présent   p. 148 par. 8.1
passé composé p. 157 par. 9.1 p. 158 par 9.2



 
 



Slide 5 - Slide

onregelmatige werkwoorden
waar je de voltooide vorm van moet weten:
avoir 
être
faire
prendre
venir
partir
sortir

Slide 6 - Slide

Présent

Slide 7 - Slide

werkwoorden op -er
stam maken:
hele ww > haal -er eraf

uitgangen toevoegen:
kijk naar het onderwerp

Slide 8 - Slide

Nous ... français en classe.
(parler)

Slide 9 - Open question

Tu ... en France?
(habiter)

Slide 10 - Open question

Passé Composé

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

rijtje van être

Slide 13 - Mind map

uitlegvideo's
Passé Composé

KOPIEER EN PLAK!

https://edition.thiememeulenhoff.nl/secure/d/stream/libreservice_ju_e1_h3/theory/24cd4395-e87e-4120-9699-708f96097c1e/7271295e-bbfc-4c86-8bc9-3cae9a4bd80a#3147e3aa-c87a-48c0-8e2b-779eaf6b49bb

Slide 14 - Slide

geef het voltooid deelwoord van:
manger

Slide 15 - Open question

geef het voltooid deelwoord van:
avoir

Slide 16 - Open question

geef het voltooid deelwoord van:
faire

Slide 17 - Open question

Nous ...... Paris ce weekend.
(visiter - passé composé)
A
visitons
B
avons visiter
C
avez visité
D
avons visité

Slide 18 - Quiz

Elle ...... un beau cadeau.
(avoir - présent)
A
a
B
avons
C
as
D
ont

Slide 19 - Quiz

jullie hebben gevraagd
(demander)

Slide 20 - Open question

uitlegvideo's
Passé Composé

KOPIEER EN PLAK!

https://edition.thiememeulenhoff.nl/secure/d/stream/libreservice_ju_e1_h3/theory/24cd4395-e87e-4120-9699-708f96097c1e/7271295e-bbfc-4c86-8bc9-3cae9a4bd80a#3147e3aa-c87a-48c0-8e2b-779eaf6b49bb

Slide 21 - Slide

Sophie et Michelle ..... à la piscine.
(nager - passé composé)
A
avons nagé
B
sont nagée
C
ont nagée
D
ont nagé

Slide 22 - Quiz

Nous ......... à la plage.
(aller - passé composé)
A
sommes allé
B
sommes allés
C
sont allés
D
avons allé

Slide 23 - Quiz

ik ben geweest
(être) !! let op !!

Slide 24 - Open question

Ma mère a visitée Paris.

Slide 25 - Poll

Nous ne sommes pas allés à la plage.

Slide 26 - Poll

Sophie a pris un taxi à la gare.

Slide 27 - Poll

Il y a des questions?

Slide 28 - Slide