PDO les 4 Jouw vaardigheden en op stage

• Onderwijsassistenten
• MBO
• Studiejaar 1

Pedagogiek Didactiek & Ontwikkeling

                              PDO

Nodig bij de komende lessen:

* Leer- en werkboek: Basisboek Opvoeding en Ontwikkeling.

* Eventueel pen en papier voor aantekeningen.

Wat gaan we vandaag behandelen?

- Korte terugblik paragraaf 1.2

- Doelen van deze les.

- Paragraaf 1.3 en 1.4

- Aan het (huis)werk.

Wat is een belangrijke taak van een onderwijsassistent in het speciaal onderwijs?

1. Interessante projecten, materialen en ruimtes zo inrichten dat leerlingen makkelijk aan de slag kunnen.
2. Geduldig zijn, goed aansluiten bij de behoefte aan veiligheid en leerlingen uit kunnen dagen op hun niveau.
3. Het organiseren van leuke activiteiten, zodat leerlingen zich kunnen ontspannen.

Wat is geen taak van de onderwijsassistent?

1. Beslissen of een kind over mag
2. Structuur bieden aan kinderen.
3. Kinderen individueel en in groepjes begeleiden.
4. Het lokaal inrichten bij een nieuw thema.

Op de BSO staan leerdoelen centraal die aan het eind van het jaar behaald moeten zijn.

1. Waar
2. Niet waar

Doelen van deze les

Aan het einde van de les:
- ben jij je bewust van de vaardigheden die belangrijk zijn als onderwijsassistent.

- weet je wat belangrijk is om straks te starten aan je stage.

Leerstrategie: Het nut zien

Stilstaan bij het belang

Doel: Inzet stimuleren
Inzet: In groepjes

Wat is voor jou de belangrijkste reden om tijdens deze les bezig te zijn met pedagogiek, didactiek en ontwikkeling?

Vraag

Welke vaardigheden zijn van belang als onderwijsassistent?

Dus wat moet je in je hebben/kunnen/bereid zijn om aan te leren?

- handelend optreden (bv. je ziet iets liggen en raapt het op, je helpt waar nodig, je sust een ruzie als je hem ziet)

- je hebt een voorbeeldfunctie (doe zoals het hoort)

- je helpt de ontwikkeling stimuleren

- je stelt je  flexibel op

- je bent collegiaal (je helpt je collega's als het nodig is)
- je bent zelfstandig​ (je hebt niet steeds hulp nodig van je praktijkopleider)

- ontwikkelingsgerichte activiteiten​ kunnen geven 

- coördineren​ 

- je kunt toezicht houden​ (bv. pleinwacht, in de klas,)

- je kunt registreren en administreren​ (bv. aanwezigheid en toetsen invoeren)

- je bent een veilige haven voor kinderen​

- je geeft structuur en grenzen

Vragen

1. Wat betekent voor jou:​ veiligheid bieden?​

2. Geef eens een voorbeeld van:​ je flexibel opstellen.​

3. Wat versta jij onder:​ een voorbeeldfunctie hebben?​

Ga naar blz. 24 van je boek.

Lees de eerste alinea van 1.4 (blz. 24)

Oriënteer je: denk goed na over wat je te weten wilt komen.

Bouw rustig op: leer iedereen kennen, doe dingen eerst samen, kijk goed en doe dan steeds meer zelf.

Houd je aan de voorschriften en je voorbeeldfunctie: kom niet brak op je werk of stage, kijk of er kledingvoorschriften zijn, praat netjes, gebruik geen scheldwoorden en laat je telefoon in je tas!

En het allerbelangrijkste: genieten en veel plezier!

                Passende verwerkingsopdracht

Tijd over? 

- Doorlezen blz. 22 t/m 25 in je basisboek 'Opvoeding en Ontwikkeling'.

- Theorievragen van paragraaf  1.3 en 1.4 werkboek 'Opvoeding en Ontwikkeling'.

Huiswerk:_______________________________________________________________________
-Bovenstaande nog niet aan toegekomen? Dan wordt dat huiswerk voor de komende les.