This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Participatie cijfer ??!!
Slide 1 - Slide
participatie cijfer
telt als een so cijfer
ieder heeft een 10 aan het begin van de periode ( tot een week na de kerst)
een periode van ongeveer 12 weken
spullen: huiswerk, boek, schrift, geodriehoek, rekenmachine, potlood en pen,....
je gedrag
je werkhouding
mobiel gebruik, niks doen, praten
een keer waarschuwen per individu telt ook voor allen
nog andere regels??!
Slide 2 - Slide
programma en doelen
maandag verder met de po
Druk in relatie tot oppervlakte.
huiswerk controle en nakijken
maken 38 t/m 46 en
afronden dia's
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Zelf doen
huiswerk de rest van par. 3 en par. 4
Slide 12 - Slide
Hoe bereken je de druk
A
oppervlakte x massa
B
oppervlakte x kracht
C
massa : oppervlakte
D
kracht : oppervlakte
Slide 13 - Quiz
Om in te ademen, maak je het volume van je longen groter. De druk van de lucht in je longen wordt dan iets groter/kleiner dan de atmosferische druk (druk van de lucht om je heen).
A
groter
B
kleiner
Slide 14 - Quiz
welke formule is niet correct?
A
F = p x A
B
A=F/p
C
p = F/A
D
F=p/A
Slide 15 - Quiz
De druk bereken je door kracht te delen door oppervlakte. De SI eenheid van druk is dus
A
Nm2
B
Nm−1
C
Nm−2
D
Ncm−2
Slide 16 - Quiz
Een druk van 230 N / m2 is even veel als een druk van ..
A
2,30 N / cm2
B
0,0230 N / cm2
C
23000 N / cm2
D
2300.000 N / cm2
Slide 17 - Quiz
Een druk van 10 Pa is even veel als een druk van ..
A
100 N/m2
B
10 N / m2
C
10000 N / m2
D
0,01 N/m2
Slide 18 - Quiz
Een druk van 10 N/cm2 is even veel als een druk van ..