What is LessonUp
Search
Channels
AI tools
Log in
Register
‹
Return to search
zinsontleding HV2 opfrissen
zinsontleding HV2 opfrissen
1 / 18
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
This lesson contains
18 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
12 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
zinsontleding HV2 opfrissen
Slide 1 - Slide
Welke woorden horen
bij zinsontleding?
Slide 2 - Mind map
Waarom zinsontleding?
Voor 'formuleren' in havo en vwo 3
Handig bij bijvoorbeeld werkwoordspelling (ow en pv)
Voor bij andere talen (lv bij Duits)
Slide 3 - Slide
Wat is de persoonsvorm?
Gedurende de vergadering vertelden de docenten elkaar sterke verhalen over de vakantie.
Slide 4 - Open question
Persoonsvorm
Begin bij ontleden altijd met het zoeken van de persoonsvorm.
Doet dit bij voorkeur met de
tijdproef
(van tt naar vt of van vt naar tt).
Slide 5 - Slide
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Gedurende de vergadering vertelden de docenten elkaar sterke verhalen over de vakantie.
Slide 6 - Open question
Werkwoordelijk gezegde
Noteer alle werkwoorden uit de zin.
De persoonsvorm staat er dus ook bij!
Soms staan 'te' en 'aan het' erbij --> Ik
was aan het voetballen
.
Slide 7 - Slide
Zijn de zinsdeelstrepen goed gezet?
Gedurende l de vergadering l vertelden l de docenten l elkaar l sterke verhalen l over de vakantie.
A
Ja
B
Nee
Slide 8 - Quiz
Zinsdeelstrepen
Zet zinsdeelstrepen op de volgende manier:
Strepen om PV en andere WW.
Alles voor de PV is één zinsdeel.
Bekijk welk (langst mogelijk) groepje voor de PV kan staan.
Slide 9 - Slide
Dus:
Gedurende de vergadering l vertelden l de docenten l elkaar l sterke verhalen over de vakantie.
Slide 10 - Slide
Wat is het onderwerp?
Gedurende de vergadering vertelden de docenten elkaar sterke verhalen over de vakantie.
Slide 11 - Open question
Onderwerp
Wie of wat doet iets in de zin?
Stel de vraag: wie of wat + werkwoordelijk gezegde?
Wie of wat vertelden? --> de docenten
Slide 12 - Slide
Wat is het lijdend voorwerp?
Gedurende de vergadering vertelden de docenten elkaar sterke verhalen over de vakantie.
Slide 13 - Open question
Lijdend voorwerp
Een lijdend voorwerp is er niet altijd.
Een lijdend voorwerp begint nooit met een voorzetsel (in,op,uit).
Stel de vraag: wie of wat + werkwoordelijk gez. + onderwerp?
Wie of wat vertelden de docenten? --> sterke verhalen over de vakantie
Slide 14 - Slide
Wat is het meewerkend voorwerp?
Gedurende de vergadering vertelden de docenten elkaar sterke verhalen over de vakantie.
Slide 15 - Open question
Meewerkend voorwerp
Een meewerkend voorwerp is niet altijd aanwezig.
Een meewerkend voorwerp begint vaak (niet altijd!) met 'aan' of 'voor'.
Stel de vraag: aan
wie
/voor
wie
+ wg + ow+ lv?
Aan wie of voor wie vertelden de docenten sterke verhalen over de vakantie? --> elkaar
Slide 16 - Slide
Noteer de bijwoordelijke bepaling:
Gedurende de vergadering vertelden de docenten elkaar sterke verhalen over de vakantie.
Slide 17 - Open question
Bijwoordelijke bepaling
Een bijwoordelijke bepaling hoeft niet altijd aanwezig te zijn.
Er kan één bijwoordelijke bepaling zijn, maar er kunnen er ook meerdere zijn.
Ze geven antwoord op vragen als: waarom? waar? hoe? wanneer? enz.
Slide 18 - Slide
More lessons like this
Talent 3.7 Grammatica Meewerkend voorwerp
November 2023
-
26 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 2-4
herhaling grammatica Kapitel 5
July 2025
-
14 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Oefentoets taalverzorging mh1
February 2023
-
35 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
toetsstof hoofdstuk 1 Talent
October 2025
-
19 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
Quizje zinsdelen herhaling brugklas
September 2024
-
10 slides
Quiz!
2 HV Grammatica (zinsdelen)
June 2024
-
48 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Zinsdelen en zinsopbouw
January 2022
-
25 slides
Taal
Basisschool
Groep 7,8
Kidsweek in de Klas
1.7 Persoonsvorm, werkwoordelijk gezegde en onderwerp
October 2025
-
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2