H4.3 deel 1

Blz 147 + schrift. 
timer
3:00
1 / 26
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Blz 147 + schrift. 
timer
3:00

Slide 1 - Slide

Deze les
- Terugblik H4.2
- Uitleg H4.3 deel 1
- Video
- Aan de slag 
- Quiz

Slide 2 - Slide

Terugblik 
2 onderdelen 
- winst 
- Investeren + kapitaalgoederen 

Slide 3 - Slide

Weet je nog?
  • Winst = Opbrengst - Kosten --> blz 147
  • Wat is Investeren en wat zijn kaptaalgoederen

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Instructie H4.3
-Kan produceren sneller en beter? 
Zo ja hoe? Geef 2 voorbeelden 
timer
3:30

Slide 6 - Slide

Leerdoelen
Na afloop van deze les weet ik ...
  1. wat technologische ontwikkelingen zijn.
  2. wat mechanisatie en automatisering is.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

§ 4.3 Kan het sneller en beter?
Leerdoelen:
  • Je weet wat technologische ontwikkelingen zijn
  • Je weet het verschil tussen mechanisatie en automatisering
  • Je weet wat arbeidsproductiviteit is
  • Je weet hoe de arbeidsproductiviteit kan toenemen
  • Je weet hoe je de afschrijving van een kapitaalgoed berekent

Slide 9 - Slide

Technologische ontwikkelingen
  • nieuwe kennis van de techniek en nieuwe uitvindingen

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

§ 4.3 Kan het sneller en beter?
Technologische ontwikkelingen maken het mogelijk om gemakkelijker te produceren. Daarbij onderscheiden we:
  • Mechanisatie: machines nemen het zware werk van mensen over.

  • Automatisering: computers en computerprogramma’s sturen de productie aan.




Slide 12 - Slide

Mechanisatie
Aanleg Birma Railroad (1942)
Aanleg Betuwelijn (2005)


  • machines nemen het zware werk van mensen over

Slide 13 - Slide

Automatisering

Typemachine
Laptop
  • computers en computerprogramma's sturen de productie aan

Slide 14 - Slide

§ 4.3 Kan het sneller en beter?
Technologische ontwikkelingen maken het mogelijk om gemakkelijker te produceren. Daarbij onderscheiden we:
  • Mechanisatie: machines nemen het zware werk van mensen over.

  • Automatisering: computers en computerprogramma’s sturen de productie aan.




Slide 15 - Slide

Voordeel: kosten per product wordt lager

Slide 16 - Slide

Blz 152 

Slide 17 - Slide

Bekijk de afbeelding. Is er op deze afbeelding sprake van mechanisatie, van automatisering of van beide?
A
Mechanisatie
B
Automatisering
C
Beide

Slide 18 - Quiz

Vanaf blz 150 
- Maken 41 t/m 50 
- Klaar? nakijken via magister
- Klaar? maak 51 t/m 56 
- Klaar? maak op blz 175 opdracht 9 t/m 12 + nakijken (magister)

Slide 19 - Slide

Noem na de video 1 voorbeeld van automatisering en 1 voorbeeld van mechanisatie 

Slide 20 - Slide

Quiz

Slide 21 - Slide

Automatisering
Mechanisatie
Machines maken het zware werk van mensen lichter.
Computers en computers sturen de productie aan

Slide 22 - Drag question

mechanisatie
automatisering

Slide 23 - Drag question

Automatisering
Industrie
Fabriek
Agrarische sector
Beroepssectoren
Industriesector
dienstensector
landbouwsector
Beroepsbevolking
Als machines en computers het werk van mensen overnemen
Alle fabrieken samen
groep van landbouw en visserijberoepen waarbij producten uit de natuur worden gehaald
Alle mensen die werken of op zoek zijn naar werk
gebouw waar arbeiders met machines goederen produceren
groep beroepen: landbouwsector, industriesector en dienstensector
groep van industrieberoepen en ambachten
groep van beroepen waarbij je iets voor een ander doet
groep van landbouw en visserijberoepen waarbij producten uit de natuur worden gehaald

Slide 24 - Drag question

Waarom zijn er steeds weer nieuwere producten (technologische ontwikkelingen)?
A
Om goedkoper en beter te kunnen produceren
B
Omdat dit wettelijk verplicht is
C
Omdat de overheid dit eist van bedrijven

Slide 25 - Quiz

Wat is een technologische ontwikkeling?
A
Nieuwe kennis van de techniek en nieuwe uitvindingen
B
Hulpmiddelen die gebruikt worden om te produceren.
C
Kapitaalgoederen kopen waarmee je kunt produceren
D
Alle bedrijven die vooruitgang nastreven.

Slide 26 - Quiz