HERHALING- Grammar 11 (Present Perfect/Past Simple)

Hello year 2



Je krijgt uitleg over de Past Simple en de Present Perfect en je maakt hier ook oefenvragen bij
Let's go!
1 / 30
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Hello year 2



Je krijgt uitleg over de Past Simple en de Present Perfect en je maakt hier ook oefenvragen bij
Let's go!

Slide 1 - Slide

Present Perfect
We herhalen eerst de present perfect!

Weet je dit nog van het vorige hoofdstuk?

Slide 2 - Slide

Present Perfect =
De voltooide tijd

Iets is begonnen in het verleden,
-  en nu nog aan de gang
- en heeft nu nog resultaat

Of als je het over een ervaring hebt

Slide 3 - Slide

Present Perfect 

Slide 4 - Slide

Je maakt een present perfect door:

have/has + werkwoord met -ed erachter (of rij 3 van de irregular verbs)

Slide 5 - Slide

Even oefenen...
met de Past Perfect

Slide 6 - Slide

They ..............written a text
A
have
B
has

Slide 7 - Quiz

I............................
fed the hamster.
A
have
B
has

Slide 8 - Quiz

Victoria .......................
read the newspaper.
A
have
B
has

Slide 9 - Quiz

Maak present perfect:
Grandmother ....... (bake) a cake.

Slide 10 - Open question

Maak de present perfect:
Martha..... her homework. (finish)

Slide 11 - Open question

Maak present perfect:
We ..... (not pack) yet.

Slide 12 - Open question

Maak de present perfect:
We .... .... to school (go)

Slide 13 - Open question

En nu de Past Simple
Dat is de gewone verleden tijd.

Iets was in het verleden, en het is nu klaar.

Je maakt de Past Simple door -ed achter het werkwoord te zetten (of rij 2 van de irregular verbs)

Slide 14 - Slide

Weer even oefenen
maar nu met de Past Simple

Slide 15 - Slide

Maak de Past simple:
Jane .... (play) tennis yesterday.

Slide 16 - Open question

Maak de past simple:
They both _____(walk) the dog last night.

Slide 17 - Open question

Maak de past simple:
I __________ (see) him yesterday.

Slide 18 - Open question

Signaalwoorden
Er zijn woorden waaraan je kunt herkennen of iets in de gewone verleden tijd (past simple) staat of in de voltooide tijd (present perfect)

 Ze staan op de volgende slide -->

Slide 19 - Slide

Past Simple

a week ago
last month
in 2019
when I was young
yesterday
this morning

(Alles waaraan je kunt zien dat het in het verleden was)
Present Perfect

For
Yet
Never
Ever
Just
Already
Since

Afgekort FYNE JAS

Slide 20 - Slide

Maak nu de volgende 8 vragen

Slide 21 - Slide

My mum .... a delicious cake this morning
A
baked
B
has baked

Slide 22 - Quiz

Peter says he ... such a beautiful bird before
A
never saw
B
has never seen

Slide 23 - Quiz

I ... new headphones, so I can listen to my music now
A
bought
B
have bought

Slide 24 - Quiz

... Janice lately? I need her advice.
A
Did you see
B
Have you seen

Slide 25 - Quiz

When I was four I ... into the garden pond
A
fell
B
have fallen

Slide 26 - Quiz

Aranka ... here since she was seven years old.
A
lived
B
has lived

Slide 27 - Quiz

I still ... what I'm looking for.
A
didn't find
B
haven't found

Slide 28 - Quiz

Max ... the house only a few minutes ago.
A
left
B
has left

Slide 29 - Quiz

The End!
Je bent nu klaar met je les van Engels.

Tot morgen! 

Ps. vragen kun je stellen via magister of Whatsapp of Instagram (mevrouwzwaagstra)

Slide 30 - Slide