Havo-3 - par. 2.1 Sparen of beleggen?

1 / 21
next
Slide 1: Slide
Praktische economieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Groepsopdracht inleveren!
Hoe gaat het daarmee?

Slide 3 - Slide

Hoofdstuk 2 

Omgaan met geld!

Slide 4 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?

Voorkennis bepalen
Leerdoelen van vandaag
Uitleg paragraaf 2.1 (deel 1) 
Oefenen
Controleren leerdoelen en afsluiting

Slide 5 - Slide

Waarom zouden mensen sparen?
A
voor de rente
B
voor een toekomstige aankoop (doelsparen)
C
voor onverwachte uitgaven (uit voorzorg)
D
A + B + C

Slide 6 - Quiz

Ik heb EUR 1.000,-. De rente bij de bank is 5%. Aan het einde van het jaar heb ik EUR 1.050,- staan.
A
Goed
B
Fout

Slide 7 - Quiz

Ik heb EUR 1.000,- en de rente bij de bank is 5%. Na 2 jaar heb ik staan:
A
EUR 1.102,50
B
EUR 1.100,-
C
EUR 1.050,-
D
ander bedrag

Slide 8 - Quiz

De variabele rente is hoger dan de vaste rente (spaardeposito)
A
Goed
B
Fout

Slide 9 - Quiz

De huidige spaarrentes bij de bank zijn hoger dan 1%
A
Goed
B
Fout

Slide 10 - Quiz

Leerdoelen par. 2.1:
  • Na vandaag kan ik spaarmotieven benoemen.
  • Na vandaag kan ik uitleggen wat rente is.
  • Ik kan voorbeelden van spaarvormen benoemen.
  • Ik kan rekenen met enkelvoudige en samengestelde interest.

Slide 11 - Slide

Uitleg par. 2.1:

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Link

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Wat is het verschil tussen:
0,05 x EUR 5.000,- 
en
1,05 x EUR 5.000,-

Slide 19 - Slide

Aan het werk!


Ga de komende 15 minuten aan de slag met opgave 3 t/m 9 van par. 2.1 op bladzijde 37, 38, 39.



Slide 20 - Slide




Fijne dag!

Slide 21 - Slide