3.7 Grammatica (les 2)

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

3.7 Grammatica (les 2)

Deze les:

• Werkblad bespreken ''Mooie dag - Jayh''
• Persoonlijk- en bezittelijk voornaamwoord 
• Boek zoeken mediatheek

Vorige les

• Sommigen hebben een boek gekozen in de mediatheek
• Herhaling woordsoorten
• Werkblad Jayh - Mooie dag  

Vandaag 

• Werkblad nakijken met de songtekst Mooie Dag 
• Uitleg over de woordsoorten -> persoonlijk voornaamwoord en bezittelijk voornaamwoord

Persoonlijk voornaamwoord en bezittelijk voornaamwoord

Persoonlijke voornaamwoorden

Een persoonlijk voornaamwoord is een woord dat verwijst naar een levend wezen.

LET OP:
Soms is het ook een pers. vnw.
Het gaat regenen, Hoe gaat het met jou?

Wat is het bezittelijk voornaamwoord?

Het bezittelijk voornaamwoord geeft aan van wie iets is.

Die fatbike is van haar. 

Zij heeft aan hem verkering gevraagd.

Het persoonlijk voornaamwoord is /
de persoonlijke voornaamwoorden zijn...

1. Zij
2. Zij, aan
3. hem
4. zij hem

Weet je nog wat persoonlijke voornaamwoorden zijn? Zoek het persoonlijk voornaamwoord.

1. zijn
2. ik
3. haar
4. mijn

Wat is een persoonlijk voornaamwoord?

1. Mijn, jouw, haar, uw, ons, jullie etc.
2. Ik, jij, hij, zij, wij, jullie etc.
3. Wijst iets aan: deze, die, dit en dat
4. Plakt twee zinnen aan elkaar

Ik heb ze van Madelon geleend.

het persoonlijk voornaamwoord is / de persoonlijke voornaamwoorden zijn...

1. ik
2. ze
3. Madelon
4. ik / ze

Persoonlijk voornaamwoord

Bezittelijk voornaamwoord

Ik

Zijn

Haar

Hij

Mijn

Uw

Jij

bezittelijk voornaamwoord

Doet

jullie

computer

ook

zo

raar?

Hun

auto

is

duurder

Persoonlijk voornaamwoord

Bezittelijke voornaamwoord

Verwijzen met persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden

Kijk en luister goed naar het volgende filmpje. Welke persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden hoor jij?

Wat gaat hier fout?

Maakwerk

3.7 grammatica

 opdracht 3 en 4

Heb je nog geen boek? Kijk even in de mediatheek! 

Vandaag 

• Werkblad woordsoorten ''Mooie dag'' bespreken.

• Zelfstandig werken aan de werkbladen persoonlijk voornaamwoord en bezittelijk voornaamwoord 
•  Zelfstandig werken aan 3.7 grammatica opdracht:

1 en 3.