Op de 2 volgende dia's staan afbeeldingen waarover jullie moeten praten.
Maak een mindmap op papier (niet digitaal) met de categorieën:
nature - sportif - relaxant - gastronomique - culturel - transport - logement.
Zorg ervoor dat je voor elke prentje een uitdrukking met werkwoord vindt.
Zet de zinnetjes bij de juiste categorie.
vb. dormir sous une tente (logement)
vb. manger chez Burger King (gastronomique)