Tandheelkunde prothetiek les 5

Tandheelkunde prothetiek
les 5
1 / 28
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Tandheelkunde prothetiek
les 5

Slide 1 - Slide

Lesprogramma
Lesweek 1: Uitval i.v.m. 5 mei.
Lesweek 2: Uitval i.v.m. scancursus.
Lesweek 3: Uitval i.v.m. ziekte.
Lesweek 4: 10.1 Inleiding + 10.2 Gevolgen van verlies van elementen en steunweefsel.
Lesweek 5: 10.3 Anamnese en onderzoek.
Lesweek 6: Uitval i.v.m. 2e Pinksterdag.
Lesweek 7: 10.4 Prothesen + 10.4.1 Volledige prothese.
Lesweek 8: 10.4.2 Volledige immediaatprothese + 10.4.3 Overkappingsprothese.
Zelfstudie: 10.4.4 Volledige prothese bij maxillofaciale prothetiek + 10.4.5 Partiële prothese.
Zelfstudie: 10.5 Rebasing/relining en reparaties + 10.6 Preprothetische chirugische ingrepen + 10.7 Behandeling van tandeloze patiënten en vergevorderd slinken van de kaak.
Lesweek 9: Toets

Slide 2 - Slide

Toets
  • Kennistoets op It's Learning.
  • In lesweek 8.
  • Meerkeuzevragen en open vragen. 

Slide 3 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt de term maxillofaciale prothetiek uitleggen. 
  • Je weet wat een partiële prothese is, welke soorten er zijn en wat voor verschillen hier tussen zitten.

Slide 4 - Slide

Terugkoppeling naar vorige les
  • Onderwerpen: immediaatprothese, overkappingsprothese.
  • Begrippen: immediaat, raderen, fysiologisch zout, tissue-conditioner, kaakwallen, overkappingsprothese, pijlers, kauwkracht, wortelkap, 
  • We halen de lesstof van vorige les op door middel van een aantal vragen.

Slide 5 - Slide

Bij een immediaatprothese hoeft de patiënt niet zonder gebit te lopen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

Het maken van een immediaatprothese gaat hetzelfde als een gewone prothese.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quiz

De eerste 24 uur na het plaatsen van de immediaatprothese mag de patient:
A
De prothese ieder uur uit doen.
B
De prothese niet uit doen.
C
De prothese 's alleen nachts uit doen.
D
De prothese met eten uit doen.

Slide 8 - Quiz

Wat is een overkappingsprothese?
A
Een prothese met metalen haakjes.
B
Een prothese die houvast heeft aan wortels die nog in de kaak zitten.
C
Een noodprothese.
D
Een prothese die je 's nachts niet uit hoeft te doen.

Slide 9 - Quiz

Een restelement wat overkapt wordt heeft eerst een wortelkanaalbehandeling nodig.
A
Waar.
B
Niet waar.

Slide 10 - Quiz

Bij een overkappingsprothese slinkt de kaak minder dan bij een immediaatprothese.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Patiënten met een overkappingsprothese kunnen nog steeds cariës en parodontitis krijgen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

Wat is maxillofaciale prothetiek?

Slide 13 - Open question

Maxillofaciale prothetiek
"Maxillofaciale prothetiek is:
Het prothetisch vervangen en/of corrigeren van delen van het lichaam in het hoofd-hals-gebied.
Hieronder vallen: het gebit, de kaak en het aangezicht."

Slide 14 - Slide

Toepassing
  • patiënten met ontwikkelingsstoornissen zoals schisis. 
  • patiënten waarbij een tumor in het hoofd-halsgebied is verwijderd.
  • patiënten die door een ongeval of andere oorzaak een beschadiging hebben in het hoofd- halsgebied.

Slide 15 - Slide

Bij een maxillofaciale prothese wordt alleen een prothese gemaakt om het gebit te vervangen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quiz

Voorziening
  • Er wordt niet alleen een gebitsprothese gemaakt.
  • Bij schisis kan er bijvoorbeeld een prothese voor een deel van het palatum gemaakt worden.
  • Als een patiënt door een tumor of ongeval een deel van de kaak, neus, oor of oog mist, wordt hiervoor een aangezichtsprothese (epithese) gemaakt.
  • Vaak is daaraan een gebitsprothese verbonden. 

Slide 17 - Slide

Team
  • Bij maxillofaciale prothetiek zijn veel specialisten betrokken:
  • Plastisch chirurg.
  • MKA-chirurg.
  • Orthodontist.
  • Tandarts.
  • Mondhygiënist.
  • Tandartsassistent.
  • Logopedist.
  • Soms ook een psycholoog. 

Slide 18 - Slide

Wat is een partiële prothese?

Slide 19 - Open question

Partiële prothese
"Gedeeltelijke uitneembare tandheelkundige voorziening."
Vervangt één of meer, maar niet alle elementen, met bijbehorend steunweefsel. 
Er is onderscheidt tussen het kunsthars plaatje en een framprothese.

Slide 20 - Slide

Plaatje
Frame

Slide 21 - Drag question

Kunsthars plaatprothese
  • Gedeeltelijk kunstgebit van kunsthars.
  • Soms zijn er metalen verstevigingen aangebracht.
  • Het deel waar de prothesetanden in zitten noem je: zadel.
  • De plaat wordt gedragen door het onderliggende tandvlees.
  • De verdeling van de kauwkrachten is minder goed waardoor een plaatje kan breken.
  • De houvast is niet optimaal. 

Slide 22 - Slide

Vervaardigen plaatje
  • Zitting 1: alginaatafdrukken boven- en onderkaak.
  • Zitting 2: individuele afdruk. Bij een plaatje met weinig elementen wordt deze stap soms overgeslagen.
  • Zitting 3: beetbepalen en kleur/vorm tanden bepalen.
  • Zitting 4: passen in was.
  • Zitting 5: plaatsen.
  • Procedure lijkt veel op het maken van een volledige prothese.

Slide 23 - Slide

Frameprothese
  • Gedeeltelijke gebitsprothese waarbij de basis van metaal is. 
  • Het metaal rust op eigen gebitselementen. Deze noem je pijlerelementen.
  • In de pijlerelementen wordt geslepen op de plaatsen waar het metaal houvast krijgt. Deze uitgeslepen stukjes noem je steunfossa.
  • De metalen haakjes noem je ankers.
  • De kauwkrachten worden goed verdeeld. 
  • Een frame rust op eigen gebitselementen. 

Slide 24 - Slide

Plaatje vs frame

Slide 25 - Mind map

Plaatje vs frame
  • Frame heeft meer houvast dan een plaatje.
  • Frame is steviger dan een plaatje.
  • Bij een frame is meestal minder irritatie van het tandvlees.
  • Bij een frame worden de kauwkrachten beter verdeeld.
  • Een frame is duurder dan een plaatje.
  • De ankers van het frame kunnen zichtbaar zijn.
  • Bij een frame is een goede mondhygiëne noodzakelijk. 

Slide 26 - Slide

Vervaardigen frame
  • Zitting 1: alginaatafdrukken boven- en onderkaak.
  • Zitting 2: slijpen van de steunfossa en individuele afdruk.
  • Zitting 3: passen in metaal en beetbepalen / kleur en vorm tanden bepalen. 
  • Zitting 4: passen in was.
  • Zitting 5: plaatsen.
  • Tussen zitting 2 en 3 zit twee weken in verband met het vervaardigen van het metaal.

Slide 27 - Slide

Evaluatie
Fijne les met duidelijke uitleg.
Ik ga de theorie nog eens nalezen in het boek
Ik heb nog een vraag.
Lastig onderwerp maar komt goed.
Ik snap er helemaal niets van

Slide 28 - Poll