H9.2 samengestelde ionen les 4

H9 zouten
9.2: samengestelde ionen
deel 1
1 / 15
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 15 slides, with text slides.

Items in this lesson

H9 zouten
9.2: samengestelde ionen
deel 1

Slide 1 - Slide

Welkom
  • terugblik vorige les, 
  • uitleg H9.2 deel 1
  • practicum zoutformules
  • huiswerk volgende keer

Slide 2 - Slide

terugblik vorige les
leren H9.1 (blz 201/202)

uitwerken: aluminiumbromide, kopersulfide
maken : opg 30, 33, 34, 35, 36, 38



Slide 3 - Slide

leerdoelen
  • weten wat een samengesteld ion is
  • weten hoe je een zoutformule opstelt van samengestelde ionen

Slide 4 - Slide

Enkelvoudige ionen (herhaling)
bestaan uit één atoomsoort bijv.  Na+ , Cu2+ , Fe3+, Br- , O2-

Slide 5 - Slide

samengestelde ionen
  •  bestaan uit groepjes atomen die samen een lading hebben.
  • kan positief of negatief geladen zijn.
  • bijv NO3- ,OH- ,PO43-, NH4+

Slide 6 - Slide

Opstellen formule van zouten:
Een zout is een combinatie van positieve (metaal) ionen en negatieve (niet-metaal) ionen.
Om de formule op te stellen moet je de juiste symbolen , de juiste lading en de juiste verhouding gebruiken.
bijv magnesiumsulfaat wordt MgSO4
op de volgende sheet staat het stappenplan

Slide 7 - Slide

Opstellen zoutformule:

  1. noteer naam van het zout
  2. zet de ionen in symbolen
  3. zet de lading van de ionen eronder
  4. zet de verhouding eronder. de totale lading moet nul zijn
  5. schrijf de verhoudingsformule op, gebruik haakjes. Aantallen noteer je rechtsonder
  6. laat het cijfer 1 weg, kijk of de haakjes nodig zijn. schrijf de formule op
  7. schrijf de zoutformule op zonder lading


Voorbeeld 1:


1.   Magnesiumsulfaat

Slide 8 - Slide

Opstellen zoutformule:

  1. noteer naam van het zout
  2. zet de ionen in symbolen
  3. zet de lading van de ionen eronder
  4. zet de verhouding eronder. de totale lading moet nul zijn
  5. schrijf de verhoudingsformule op, gebruik haakjes. Aantallen noteer je rechtsonder
  6. laat het cijfer 1 weg, kijk of de haakjes nodig zijn. schrijf de formule op
  7. schrijf de zoutformule op zonder lading


Voorbeeld 1:

  1. Magnesiumsulfaat
  2.       Mg2+       SO42-     
  3.         2+             2-
  4.         2       :       2                                                                       1        ;       1     (vereenvoudigd)
  5.   ( Mg2+ )1    ( SO42-  )1                                                     
  6.    Mg2+         (SO42-   
  7.    Mg    SO4  

Slide 9 - Slide

Opstellen zoutformule:

  1. noteer naam van het zout
  2. zet de ionen in symbolen
  3. zet de lading van de ionen eronder
  4. zet de verhouding eronder. de totale lading moet nul zijn
  5. schrijf de verhoudingsformule op, gebruik haakjes. Aantallen noteer je rechtsonder
  6. laat het cijfer 1 weg, kijk of de haakjes nodig zijn. schrijf de formule op
  7. schrijf de zoutformule op zonder lading


Voorbeeld 2:


1.  Aluminiumsulfaat

Slide 10 - Slide

Opstellen zoutformule:

  1. noteer naam van het zout
  2. zet de ionen in symbolen
  3. zet de lading van de ionen eronder
  4. zet de verhouding eronder. de totale lading moet nul zijn
  5. schrijf de verhoudingsformule op, gebruik haakjes. Aantallen noteer je rechtsonder
  6. laat het cijfer 1 weg, kijk of de haakjes nodig zijn. schrijf de formule op
  7. schrijf de zoutformule op zonder lading


Voorbeeld 2:

  1. aluminiumsulfaat
  2.       Al3+       SO42-     
  3.         3+             2-
  4.         2       :       3                                                                    
  5.   ( Al3+ )2    ( SO42-  )3                                                     
  6.    Al3+ 2        ( SO42- )3  
  7.    Al2 ( SO4 )3  

Slide 11 - Slide

Opstellen zoutformule:

  1. noteer naam van het zout
  2. zet de ionen in symbolen
  3. zet de lading van de ionen eronder
  4. zet de verhouding eronder. de totale lading moet nul zijn
  5. schrijf de verhoudingsformule op, gebruik haakjes. Aantallen noteer je rechtsonder
  6. laat het cijfer 1 weg, kijk of de haakjes nodig zijn. schrijf de formule op
  7. schrijf de zoutformule op zonder lading


Voorbeeld 3:

  1. ijzer(III)fosfaat
  2.       -     
  3.                                                                            
  4.      

  5.   
  6.                                                    

Slide 12 - Slide

Opstellen zoutformule:

  1. noteer naam van het zout
  2. zet de ionen in symbolen
  3. zet de lading van de ionen eronder
  4. zet de verhouding eronder. de totale lading moet nul zijn
  5. schrijf de verhoudingsformule op, gebruik haakjes. Aantallen noteer je rechtsonder
  6. laat het cijfer 1 weg, kijk of de haakjes nodig zijn. schrijf de formule op
  7. schrijf de zoutformule op zonder lading


Voorbeeld 3:

  1. ijzer(III)fosfaat
  2.       Fe3+       PO43-     
  3.         3+             3-
  4.         1       :                                                                        
  5.   ( Fe3+ )1    ( PO43-  )                                                    
  6.    Fe3+          (PO43- 
  7.          Fe  PO4  

Slide 13 - Slide

leerdoelen gehaald?
  • weten wat een samengesteld ion is
  • weten hoe je een zoutformule opstelt van samengestelde ionen

Slide 14 - Slide

Huiswerk
leren par 9.2 (blz 211) + tabel 9.9 (samengestelde ionen)
uitwerken: aluminiumnitraat, ammoniumcarbonaat
maken opdr:  39, 42, 43, 44, 45, 46

Slide 15 - Slide