This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Programma
Inloggen via Lessonup
Bespreken oefen SO hoofdstuk 4
Einde les
Slide 1 - Slide
1 a Wanneer hoort een auto tot de vlottende activa van een bedrijf en Wanneer hoort een auto tot de vaste activa van een bedrijf?
Slide 2 - Open question
Als een auto voorraad is bij een autodealer dan is het vlottend. Als bedrijfsauto hoort het bij de vaste activa.
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Brutowinst – bedrijfskosten = nettowinst
240.000- 70.000- 20.000- 110.000= 40.000
Eigen vermogen is dan 200.000- 40.000= 160.000
Restant is dan kortlopende schulden= 170.000
Slide 5 - Slide
Een winkel heeft op een dag een omzet van € 600. De inkoopwaarde van deze omzet is € 150. Alle klanten betalen giraal, met de pinpas. Met welk bedrag verandert het eigen vermogen als gevolg van deze transacties?
A
B
C
D
E
F
Slide 6 - Poll
Slide 7 - Slide
Verzekeringskosten, schoonmaakkosten, telefoon-kosten en afschrijvingen staan op de balans.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 8 - Quiz
Als je goederen koopt en betaald via de bank, dan gaat je eigen vermogen met hetzelfde bedrag omlaag.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 9 - Quiz
Als de balans van het bedrijf niet in evenwicht is, dan ga je failliet of loop je grote kans om failliet te gaan.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 10 - Quiz
De aflossing op een lening boek je op de balans, de rente die je over je geleend geld moet betalen zet je op de winst- en verliesrekening.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 11 - Quiz
Eigen vermogen van 1 januari 2020 + de brutowinst over het jaar 2020 = het eigen vermogen op 1 januari 2021
A
Juist
B
Onjuist
Slide 12 - Quiz
Er bestaan posten die op zowel de balans als op de winst- en verliesrekening voorkomen
A
Juist
B
Onjuist
Slide 13 - Quiz
Op de debetzijde van de balans staan de bezittingen van het bedrijf.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 14 - Quiz
Alle liquide middelen bij elkaar opgeteld aan de debetzijde kunnen nooit hoger zijn dan het eigen vermogen op de creditzijde.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 15 - Quiz
BTW kan niet op een winst- en verliesrekening staan.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 16 - Quiz
Op een winst- en verliesrekening staan aan de linkerkant de uitgaven, aan de rechterkant de opbrengsten en dan is de nettowinst of het verlies de sluitpost om beide zijden in evenwicht te brengen.