Dagbesteding - Herhalingsles

Herhalingsles 
1 / 32
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Herhalingsles 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat is arbeid?

Slide 2 - Open question

This item has no instructions

Het huishouden doen is voor sommigen een zinvolle bezigheid. Dit is
A
Onbetaald werk
B
Vrijwilligerswerk
C
Hobby
D
Vrije tijd

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Mevrouw Jansen is mantelzorger voor haar man. Dit is
A
Vrijwilligerswerk
B
Onbetaald werk
C
Betaald werk
D
Vrije tijd

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Jeanine voedt haar kinderen alleen op. Dit is
A
Vrijwillgerswerk
B
Onbetaald werk
C
Betaald werk
D
Vrije tijd

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Arbeid
= elke lichamelijke en geestelijke inspanning die tot doel heeft een product te leveren of een dienst te verrichten.


  • Betaalde arbeid
  • Onbetaalde arbeid =het verrichten van onbetaalde productieve activiteiten.
  • Vrijwilligerswerk
       

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Mensen hebben verschillende redenen om te gaan werken.
Arbeid heeft zes functies voor de mens.
Zet de functie naast de juiste omschrijving.

Wie betaalde arbeid levert, ontvangt daarvoor loon in de vorm van geld. Met dit geld kun je dan kopen wat je nodig hebt.
Arbeid kan bevrediging geven. Je voelt je nuttig.
Werk bepaalt voor een groot deel je dagindeling.
Via je werk ontmoet je andere mensen. Vaak voel je dan ook gelukkiger.
Het soort werk wat je doet, geeft je een positie in de samenleving.
In je werk leer je steeds nieuwe dingen. Je ontmoet interessante mensen, lost problemen op, organiseert activiteiten enzovoort.
Financiële middelen
Voldoening
Structuur
Sociale contacten
Status
Ontplooiingskansen

Slide 7 - Drag question

This item has no instructions

Arbeidsmatige dagbesteding
Bij begeleiden van dagbesteding heb je de volgende kwaliteiten of vaardigheden nodig
 
  • Zelfvertrouwen
  • Empathie
  • Lef en creativiteit
  • Doorzettingsvermogen en besluitvaardigheid

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Bij arbeidsmatige dagbesteding wordt gewerkt aan verschillende doelen.

Zet het doel achter de juiste zin.
Timo was vroeger timmerman. Door een ongeluk aan zijn hand moet hij aangepast werk gaan doen. Maar hij blijft werken met hout.
Door haar ongeluk heeft Jessica lang moeten revalideren. Haar dagritme is daardoor in de war geraakt.
Vroeger werkte Eva altijd in haar eentje. Nu moet zij met anderen werken.
Hennie maakte vroeger vooral ramen en deuren. Nu maakt hij decoratieve houten sierobjecten. Dat vindt hij ook leuk.
Denise heeft nog nooit gewerkt door een aangeboren handicap.
Evert weet nog niet goed hoe hij zich moet gedragen in een arbeidssituatie. Daarvoor krijgt hij begeleiding in de omgang met anderen en het werk zelf.
Op peil houden van vaardigheden
Wennen aan werk
Leren samenwerken
Werken aan structuur en stabiliteit
Ontdekken van mogelijkheden
Trainen van sociale en arbeidsvaardigheden

Slide 9 - Drag question

This item has no instructions

Arbeidshandicap
= wanneer het disfunctioneren van een cliënt invloed heeft op de arbeidssituatie
  • Begeleiding: focus op het leren omgaan met de arbeidshandicap en/of naar een aangepaste dagbesteding
  • Je hebt een arbeidsbeperking, maar dit ben je niet.

Iemand met een arbeidshandicap kan op de volgende gebieden beperkingen ervaren:
- Sociaal
- Emotioneel
- Cognitief
- Motorisch

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Wat is arbeidsrehabilitatie?
A
De cliënt in staat stellen weer te gaan werken.
B
Solliciteren naar een baan.
C
De cliënt observeren en zijn/haar (on)mogelijkheden vaststellen
D
Op zoek gaan naar betaald of onbetaald werk.

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Bij sociaal ondernemen hoef je geen ondernemingsplan te maken of een product te leveren.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Bij sociaal ondernemen is het hoofddoel het maken van winst.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

Juiste antwoord: Het doel is om van maatschappelijke betekenis te zijn, primair en nadrukkelijk een maatschappelijk doel nastreven of een maatschappelijk probleem oplossen. Het creëren van kansen en mogelijkheden. Het doel is om van maatschappelijke betekenis te zijn, primair en nadrukkelijk een maatschappelijk doel nastreven of een maatschappelijk probleem oplossen. Het creëren van kansen en mogelijkheden. 
H7 Scholing

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Dagbesteding - scholing 
Bij dagbesteding (en dus scholing) spelen vier aspecten een rol:
  1. de persoon die aan de dagbesteding meedoet;
  2. de waarde van de dagbesteding;
  3. de aard van de dagbesteding zelf;
  4. de omgeving waarin de dagbesteding plaatsvindt.


Scholing en educatie worden ook wel ontwikkelingsgericht dagbesteding genoemd. 

Slide 15 - Slide

Scholing en educatie worden ook wel ontwikkelingsgericht dagbesteding genoemd. 
Wat is het doel van de methodiek die Liberman ontwikkeld heeft?
A
Cliënten krijgen een dagbesteding in een omgeving die een afspiegeling is van de maatschappij.
B
Cliënten krijgen online cursussen en gaan het geleerde toepassen in de praktijk.
C
Cliënten leren overlevingsstrategieën en kunnen weer meedoen in de maatschappij.
D
Cliënten leren zich afhankelijk op te stellen, zodat ze de hulp krijgen die ze nodig hebben.

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

De methodiek van Liberman draait om een praktische aanpak van dagelijks voorkomende problemen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

De bijeenkomsten verlopen volgens dezelfde structuur met onder andere informatieoverdracht en rollenspel. Bij de Liberman methode
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Psycho-educatie heeft het doel cliënten en hun omgeving vaardigheden aan te leren om hun leven weer in handen te kunnen nemen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Het motief van psycho-educatie is dat je je ziekte of beperking bent.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Wat is inclusie?

Slide 21 - Mind map

This item has no instructions

Zelfzorg en inclusie
Zelfzorg= alle handelingen die een cliënt verricht, gericht op zichzelf of zijn omgeving, met als doel in leven te blijven, zijn gezondheid te handhaven of te bevorderen en zijn welbevinden te waarborgen.

 

Zelfzorg bevat de volgende activiteiten:
  • ADL = algemeen dagelijkse levensverrichtingen
  • HDL = huishoudelijke dagelijkse levensverrichtingen
  • ADML = algemeen dagelijkse maatschappelijke levensverrichtingen

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Alle handelingen die een cliënt verricht met als doel in leven te blijven, zijn gezondheid te handhaven of te bevorderen en zijn welbevinden te waarborgen.
Als een cliënt niet in staat is op eigen kracht en naar eigen vermogen voor zichzelf te zorgen.
Het zelfstandig functioneren in de samenleving.
De handelingen die mensen dagelijks verrichten die horen bij je verzorging.
Huishoudelijke verrichtingen zoals koken, de was doen, stofzuigen.
Insluiting in de samenleving van achtergestelde groepen op basis van gelijkwaardige rechten en plichten.
Inclusie
HDL
ADL
ADML
Zelfzorgtekort
Zelfzorg

Slide 23 - Drag question

This item has no instructions

Welke vaardigheden komen voor in de SOVA-training?

Slide 24 - Open question

This item has no instructions

Een deelnemer heeft pasgeleden een teleurstellende ervaring meegemaakt. De deelnemer wordt uitgenodigd deze ervaring na te spelen.
In dit rollenspel wordt het spel volledig afgestemd op de situatie van één deelnemer. De begeleider houdt goed in de gaten dat het spel niet te belastend is voor de deelnemer.
Een deelnemer wordt op een uitdrukkelijk maar vriendelijke, positieve en aanmoedigende manier uitgenodigd om een vaardigheid uit het filmpje na te spelen.
Reconstruerend rollenspel
Anticiperend rollenspel
Imiterend rollenspel

Slide 25 - Drag question

This item has no instructions

Een cliënt kan leren voor zichzelf op te komen in alledaagse situaties in een
A
Assertiviteitstraining
B
Weerbaarheidstraining
C
Agressieregulatietraining
D
Territoriumoefeningen

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

H8 - Vrije tijd

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Bij dagbesteding ontmoet je mensen en dingen en je communiceert met de mensen om je heen. Het geeft je dag, leven en bestaan vorm en inhoud.
Iedereen besteedt zijn dag op zo’n manier dat hij invulling kan geven aan zijn behoeften en wensen. De manier waarop hangt af van de mogelijkheden, eisen en verwachtingen van de omgeving.
Elke vorm van dagbesteding heeft zijn kenmerken en eigenschappen. Leeftijd, persoonlijkheid, cultuur en sekse kleuren de vorm en de manier van de dagbesteding.
Dagbesteding vindt plaats in een bepaalde ruimte. Die plek is eigen, veilig en vertrouwd.
De persoon
De aard
De omgeving
Waarde

Slide 28 - Drag question

This item has no instructions

Wat zijn de kenmerken van vrijetijdsbeleving?

Slide 29 - Open question

This item has no instructions

Welke mogelijkheden in vrije tijd zijn er voor clienten?

Slide 30 - Open question

This item has no instructions

Welke mogelijkheden in scholing zijn er voor clienten?

Slide 31 - Open question

This item has no instructions

Welke mogelijkheden tot arbeid zijn er voor clienten?

Slide 32 - Open question

This item has no instructions